Operation Manual

53
Menggroep regeling met laadcircuit voeler (TPT, Voeler op platenwisselaar)
De mengklep wordt geregeld op de laadcircuit voeler (TPT) met als setwaarde de tapwatersetwaarde verhoogd met instelling 05-34. De
laadpomp (PLK) wordt ingeschakeld zodra de inschakeltemperatuur van 05-52 wordt bereikt (differentie van 2K). Indien de in-
schakeltemperatuur niet binnen een instelbare inschakelvertraging (05-43) wordt bereikt start de laadpomp alsnog.
Bij einde tapwatervraag sluit de mengklep en draait de mengcircuitpomp gedurende de ingestelde nadraaitijd na. De laadcircuitpomp
draait eve
neens na zolang de pomp inschakeltemperatuur - 2K niet wordt onderschreden.
Regeling zonder voelers.
De mengklep uitgang wordt bij tapwatervraag 100% open gestuurd en de mengcircuitpomp start, De laadcircuitpomp start na een instel-
bare i
nschakelvertraging (05-53)
Bij einde tapwatervraag draaien mengcircuit- en laadpomp gedurende de ingestelde nadraaitijd na.
Anti-kalk functie voor platenwisselaar
Indien bij de regeling voor gelaagde buffers een primaire aanvoervoeler is aangesloten dan is er een anti-kalk functie actief. D
e anti-k
alk
functie zorgt ervoor dat bij de regeling van de mengklep de maximale aanvoertemperatuur van 05-55 niet wordt overschreden.
Let op bij het verhogen van de tapwater setwaarde kan de anti-kalk begrenzing ervoor zorgen dat de tapwatertemperatuur niet
wordt bereikt.
5.3.6.2 Laadstation, laden van een gelaagde buffer via platenwisslaar
Setwaarde regeling.
De inschakelvoorwaarde is identiek aan
de voorwaarde bij standaard tapwater-
regeling. Tapwater start wanneer het
verschil tus
sen de setwaarde en de wer-
kelijke waarde groter wordt dan de in-
stelbare inschakeldifferentie (05-00).
Optioneel kan nu echter een extra sen-
sor als uitschakelvoeler (TBM) worden
aan
gesloten.
Met 05-56 kunnen we nu
instellen tot hoever de buffer moet
worden doorverwarmd alvorens de tap-
waterbereiding wordt beëindigd.
Indien de uitschakelvoeler (TBM) niet
wor
dt aang
esloten is de uitschakelvoor-
waarde op tapwatersetwaarde (TB).
Menggroep regeling met primaire
aanvoervoele
r (TMK)
De mengklep (BMK) wordt geregeld op
de meng
circuit voeler (TMK) met als set-
waarde de tapwatersetwaarde verhoogd
met instelling
05-34. De laadpomp (PLK)
wordt ingeschakeld zodra de in-
schakeltemperatuur van 05-52 wordt be-
reikt (differentie van 2K).
Bij einde tapwatervraag sluit de meng-
klep en draait de mengcircuitpomp
(PM
K) ged
urende de ingestelde
nadraaitijd na. De laadcircuitpomp (PLK)
draait eveneens na zolang de pomp in-
schakeltemperatuur - 2K niet wordt
onderschrede
n.
Installatie setwaarde:
Installatie setwaarde voor het WARMTE
MANAGE
MENT wordt bepaald uit de
setwaarde mengcircuit plus verhoging
(05-01).
40
45
50
55
60
t
Tapwater setwaarde [°C]
05-00 Inschakeldifferentie
Setwaarde
Laden AAN
Tapwater functie
Inschakeltemperatuur
05-56 Uitschakeldifferentie
Uitschakeltemperatuur
PLK
TPT
WW
WWC
TB
TWZ
TMK
BKM
PMK
TBM