Operation Manual
35
Voor het correct functioneren van sommige functies en voor het generen van foutmeldingen is het noodzakelijk om de sensor configuratie
na inbedrijfname eenmalig op te slaan.
3.6.6.7 Sensor configuratie bewaren
In het Algemene functies menu van de
gewenste regelaar (U02 in dit voorbeeld)
instellingen s
electer
en en bevestigen
met "Enter".
De nu weergegeven lijst laat alle instel-
lingen zien welke met het vooraf inge-
stelde wachtwoord toegankelijk zijn.
Selecteer 04-
045 Actie uitvoeren met
de inst
elknop en bevestig met "Enter".
Gebruik de instelknop om actie 8: Sen-
sorconfiguratie te
sele
cteren en beve-
stig met "Enter".
De instelling wordt na het uitvoeren van
de actie weer
automatisch op 0 gezet.
Bij een opgeslagen sensor configu-
ratie kan een sensor fout worden her-
kend en een foutmelding worden
geg
even doo
r de master bediening.
EnterEsc
Setwaarde uit,
Minimum uit voor
Maximum uit voor
Wachtwoord Serv
Actie uitvoeren
0
0.0
10.0
8
0
04-037
04-038
04-039
04-040
04-045
EnterEsc
Kloktijd
Datum
Wens- en meetwaarden
Instellingen
SaveEsc
Actie utvoeren
04-045
U
n
it 2
ALGEMENE FUNCTIES
W
o
09
:
36
2
Unit 2
ALGEMENE
FUNCTIES
Wo 09:3
6
2
U
n
it
2
ALGEMENE FUNCTIES
Wo 09:3
6
g
2