Handleiding

Gebruik van de stappensequencer om een melodie te creëren
NL-15
2.
Gebruik de pads 11 () en 12 (+) om het
nummer op te geven van het bestand waarin
u de sequensgegevens wilt opslaan.
U kunt een nummer van 100 t/m 149 opgeven voor
het sequensgegevensbestand.
3.
Druk op pad 16 (ENT).
De sequensgegevens worden opgeslagen in het bestand
met het opgegeven nummer.
OPMERKING
De inhoud van de sequensgegevensbestanden 000
t/m 099 is vergrendeld en kan niet worden
overschreven.
Gebruik de onderstaande procedure om de huidige
sequens te wissen.
1.
Houd de FUNCTION-toets ingedrukt en druk
op sequensstaptoets 3 (CLEAR).
2.
Druk op de SEQ toets.
3.
Druk op pad 16 (ENT).
De sequensgegevens worden gewist.
OPMERKING
De inhoud van een sequensgegevensbestand
waarvan de gegevens zijn gewist, keert terug naar
de laatst opgeslagen toestand.
U kunt ook de inhoud van een bepaalde bank en/of
patroon wissen. Raadpleeg voor verdere informatie
de aparte Gebruiksaanwijzing (Tutorial).
1.
Houd de PADSET-keuzetoets ingedrukt en
gebruik pad 13 (TYPE) om een toontype te
selecteren.
2.
Houd de PADSET-keuzetoets ingedrukt en
gebruik de 11 () en 12 (+) toetsen om de
toon te wijzigen.
De toon van alle pads wordt gewijzigd.
1.
Druk op de pad waarvan u de toon wilt
wijzigen.
2.
Houd de PAD-keuzetoets ingedrukt en
gebruik pad 13 (TYPE) om een toontype te
selecteren.
Wissen van een sequens
Wijzigen van de toon van alle
pads
Indicator
op het
display
Naam Padtoewijzing
Drum Drumkit
Melody
(melodie)
Melodietonen van diverse
muzikale intervallen.
Solo
synthesizer
Klassieke analoge
synthesizertoon. Deze optie kan
alleen voor bank 1 worden
geselecteerd.
Deze toon is monofoon.
Sampling Bemonsterde toon
Wijzigen van de toon van een
bepaalde pad
XWPD1-D-1A.indd 17 2015/01/15 13:38:47