Softwareversie 3.10 Gebruiksaanwijzing

8-34
k Achtergrondafbeeldingen in een programma
U kunt de “Background”-instelling wijzigen op het configuratiescherm van een programma.
Syntaxis wanneer een achtergrondafbeelding wordt weergegeven
BG-Pict <gebied van afbeelding> [,a] ... gebied: 1 tot 20
BG-Pict "mapnaam\bestandsnaam" [,a]
Door “a” aan het eind toe te voegen worden V-Window-waarden (die met de beeldgegevens
worden opgeslagen) geladen wanneer de achtergrondafbeelding wordt weergegeven.
Syntaxis wanneer een achtergrondafbeelding niet wordt weergegeven (of is verborgen)
BG-None
k Dynamische grafieken in een programma
Dynamische grafieken kunt u in een programma verwerken. Gebruik de syntax in het
hieronder getoonde voorbeeld voor het tekenen van een dynamische grafiek in een
programma.
Invoer dynamische grafiekformule
Y = Type_ ... Specificeert het grafiektype.
"AX
2
− 3" Y1*
1
_
Specificeren van de variabele van het
dynamisch bereik
D Var A_
Bereik dynamische grafiek
1 D Start_
5 D End_
1 D pitch_
Tekenen van de grafiek
DrawDyna
*
1
Voer deze Y1 in met J4(GRAPH)1(Y)b (weergegeven als ). Als u “Y” invoert
met de toetsen, zal een Syntax ERROR het gevolg zijn.
k Tabellen afgeleid van een voorschrift in een programma
Tabellen afgeleid van een voorschrift kunt u in een programma verwerken. Van zo’n tabel kunt
u dan de grafiek tekenen. De syntaxis die u moet gebruiken is de volgende:
Definitie van het interval van de tabel Tekenen van de grafiek
1 F Start_ Grafiek door middel van verbonden punten:
5 F End_
DrawFTG-Con
1 F pitch_
Grafiek door middel van discrete punten:
Opmaken van de numerieke tabel
DrawFTG-Plt
DispF-Tbl
Voorwaarden voor het maken van tabellen met getalwaarden en grafieken
VarList <lijstnummer> ... Tabel met getalwaarden/grafiek maken met de opgegeven lijst
(nummer: 1 tot 26).
VarRange ... Tabel met getalwaarden/grafiek maken met het tabelbereik.