User Manual

5-18
7. Tabellen gebruiken
Kies de modus TABLE door het pictogram TABLE aan te klikken in het hoofdmenu.
k Opslaan en maken van een tabel
u Een voorschrift opslaan
Voorbeeld Sla het voorschrift y = 3 x
2
– 2 op in de geheugenzone Y1
Gebruik f en c om de lijst met tabelvoorschriften te verplaatsen naar de geheugenzone
waar u het voorschrift wilt opslaan. Voer daarna het voorschrift in en druk op w om dit op te
slaan.
u Definitie van het argument
Om waarden toe te kennen aan het argument (= de variabele x ) en er dan tabellen mee te
maken zijn er twee mogelijkheden:
• Het interval en de toename van het argument definiëren
Hiermee legt u interval en toename van het argument vast.
• Lijst (Xlist, Ylist)
Hiermee kent u aan het argument
x de waarden van een lijst toe die opgeslagen was in
een lijstgeheugen.
u Een tabel maken door interval en toename van het argument te definiëren
Voorbeeld Ken aan het argument x het interval –3 tot 3 en de toename 1 toe
m TABLE
5(SET)
-dwdwbw
Het interval en de toename bepalen welke waarden het argument
x zal krijgen in de tabel.
Start ............ Beginwaarde van het argument
x
End ............. Eindwaarde van het argument x
Step ............ Toename (per stap) van het argument x
Nadat deze gegevens zijn ingevoerd drukt u op J om terug te keren naar de lijst met
tabelvoorschriften.
u Een tabel maken door een lijst te gebruiken
1. Roep het configuratiescherm op terwijl de lijst met tabelvoorschriften wordt weergegeven.
2. Klik de rubriek Variable aan en druk dan op 2(LIST) om het pop-up-venster te openen.