Software Gebruiksaanwijzing

Table Of Contents
2-23
Wanneer de oplossing niet convergent is, verschijnt een foutmelding (time-out).
Meer informatie over berekeningen van het nulpunt (Solve) vindt u op pagina 4-4.
U kunt geen formule voor de berekening van een tweede afgeleide, van een bepaalde
integraal, van een sommatie ( Σ ), van een extremum (maximum/minimum), van een nulpunt
(Solve), gebruiken als term voor een van de bovenvermelde functies.
Drukt u op A tijdens het berekenen van een nulpunt (Solve) (u ziet de cursor dan niet op
het scherm), dan wordt de berekening onderbroken.
k Oplossen van f ( x ) Functie [OPTN] - [CALC] - [SolvN]
U kunt SolvN gebruiken om een functie
f ( x ) op te lossen met numerieke analyse. Dit is de
invoersyntaxis.
SolveN (linkerkant [=rechterkant] [,variabele] [, ondergrens, bovengrens])
De rechterkant, variabele, ondergrens en bovengrens mogen worden weggelaten.
“linkerkant [=rechterkant]” is de expressie die moet worden opgelost. Ondersteunde
variabelen zijn A tot Z,
r , en
θ
. Als de rechterkant wordt weggelaten, wordt de oplossing
bereikt door de rechterkant te beschouwen als = 0.
De variabele bepaalt de variabele in de expressie die wordt opgelost voor (A tot Z,
r ,
θ
).
Door een variabele weg te laten wordt X gebruikt als de variabele.
De ondergrens en bovengrens bepalen het interval van de oplossing. U kunt een waarde of
een expressie invoeren als het interval.
De volgende functies kunnen niet binnen de argumenten worden gebruikt.
Solve(,
d
2
/ dx
2
, FMin(, FMax(, Σ (
Het formaat ListAns kant tegelijkertijd tot 10 resultaten weergeven.
Het bericht “No Solution” wordt weergegeven als er geen oplossing is.
Het bericht “More solutions may exist.” wordt weergegeven als er meerdere oplossingen
bestaan dan degene weergegeven door SolvN.
Voorbeeld Los de functie
x
2
– 5 x – 6 = 0
K4(CALC) * 5(SolvN)
vx-fv-g)w
* GRAPH25+ E: 3(CALC)
J