GRAPH35+ E (Versie 2.10) Software Gebruiksaanwijzing
9-18
2. Druk op 6( g) 2(CALC) om het CALC menu weer te
geven en druk vervolgens op 2(2VAR).
• Er verschijnt nu een scherm met berekeningsresultaten
voor twee variabelen op basis van de gegevens die in
stap 1 werden geselecteerd. Gebruik e en d om
het resultaatscherm te laten rollen. Druk op J om het
scherm te sluiten.
• Meer informatie over de betekenis van alle waarden op het resultaatscherm vindt u onder
“Weergave van kengetallen van statistische waarnemingen met twee variabelen” op
pagina 6-16.
3. Druk op J om terug te keren naar het spreadsheetscherm.
k Gebruik van het specificatiescherm voor het gegevensbereik van
statistische berekeningen
Via een speciaal instelscherm kunt u het gegevensbereik bepalen dat moet worden gebruikt
voor statistische berekeningen.
u Het gegevensbereik voor statistische berekeningen bepalen
1. Voer de statistische berekeningsgegevens in in de spreadsheet en selecteer vervolgens het
celbereik.
2. Druk op 6( g) 2(CALC) 6(SET).
• Er verschijnt een instelscherm zoals rechts
weergegeven.
• Het aantal kolommen dat in stap 1 werd geselecteerd, bepaalt welke informatie
automatisch wordt ingevoerd via het specificatiescherm voor het gegevensbereik van
statistische berekeningen.
Indien u dit aantal
kolommen selecteert:
Deze informatie wordt automatisch ingevoerd:
1 1Var XCell en 2Var XCell
2 1Var Freq en 2Var YCell
3 2Var Freq
• Hieronder staan alle instelitems op dit scherm beschreven.
Item Beschrijving
1Var XCell
1Var Freq
Het celbereik dat hier is opgegeven, wordt gebruikt voor variabele
x en
Frequency-waarden bij statistische berekeningen met één variabele.
2Var XCell
2Var YCell
2Var Freq
Het celbereik dat hier is opgegeven, wordt gebruikt voor variabele
x ,
variabele y en Frequency-waarden bij statistische berekeningen met
twee variabelen.