Software Gebruiksaanwijzing
6-55
Als “%” is geselcteerd voor de “Display” instelling in het algmene diagraminstellingen scherm
(pagina 6-3), wordt voor elk van de alfabetische label-letters een waarde weergegeven die het
percentage voorstelt.
I Histogram (staafdiagram)
Via XList geeft u aan in welke lijst de waarnemingsgetallen worden ingevoerd; met Freq
bepaalt u in welke lijst de frequentiewaarden worden ingevoerd. Als geen frequentie is
opgegeven, geeft u 1 op voor Freq.
U(DRAW)
Het bovenstaande scherm wordt weergegeven voordat de grafiek wordt getekend. Nu kunt u
de beginwaarden en de breedte wijzigen.
I Tekenen van een BOX-PLOT (Med-box-diagram)
Dit soort diagram groepeert de waarnemingsgetallen
in vier deelgebieden. De box stelt het tweede en het
derde kwart van de waarnemingsgetallen voor, de
lijnstukken het eerste (Q1) en het derde kwart (Q3).
De verticale verdeling van de box is de afbeelding van
de mediaan (Med), het begin van het eerste lijnstuk
is de afbeelding van het minimum (minX) en het
einde van het tweede lijnstuk is de afbeelding van het
maximum (maxX).
Vertrekkend vanuit de lijst met de waarnemingsgetallen
drukt u eerst op (GRPH) om het submenu voor de
grafieken op te roepen. Vervolgens drukt u op (SET), en
kiest u voor een mediaanverdelingsdiagram als grafiektype
voor de grafiek die u wilt tekenen (GPH1, GPH2, GPH3).
Om de waarnemingsgetallen weer te geven die sterk
afwijken, kiest u eerst “MedBox” als grafiektype. Vervolgens
activeert u op het scherm om de grafiek te tekenen de optie
“Outliers”, en vervolgens tekent u de grafiek.
• Door de “Q1Q3 Type” instelling in het configuratiescherm te veranderen, kuinnen de posities
Q1 en Q3 mogelijk wijzigen, zelfs als een mediaan-verdelings-diagram is getekend met een
enkele lijst als basis.
minX
MedQ1 Q3 maxX
minX
MedQ1 Q3 maxX