User Manual
20060601
4-3
Gebruik van Tekst en Tekstvakken in een Schermafbeelding
2. Druk op ).
• Dit geeft het metingvenster weer onderaan het scherm.
3. Druk op B om de opwaartse toets aan de linkerkant van het metingvenster te markeren
en druk vervolgens op U.
• Dit geeft een pictogrampalet weer.
4. Gebruik de cursortoetsen om het gemarkeerde pictogram te verplaatsen naar het
pictogrampalet en druk vervolgens op U.
5. Druk op C om het gemarkeerde terug naar het metingvenster te verplaatsen en druk
vervolgens op U.
• Dit laat een tekstvak bewerking dialoogvenster zien en wisselt automatisch de toetsen
van de rekenmachine naar Alpha Lock.
De Alpha Lock cursor
(
) en de huidige
tekstvaktekst ("A"
in dit voorbeeld)
zal afwisselend op
het dialoogvenster
knipperen.
6. Voer maximaal 14 karakters in voor de tekstvaktekst en druk vervolgens op U.
• Dit wijzigt het tekstvak.
7. Om het metingvenster te sluiten, druk tweemaal op ).
//