Operation Manual

20050301
# Met [Save Res] wordt de voorwaarde
σ
1 in
regel 2 niet opgeslagen.
# De instellingen voor het weergavevenster
(V-Window) worden automatisch
geoptimaliseerd om de grafiek te tekenen.
#Als u een analysefunctie uitvoert, worden de
F- en p-waarden automatisch opgeslagen in
de respectieve lettervariabelen F en P.
6-5-21
Tests
Na het instellen van alle parameters gebruikt u c om [Execute] aan te klikken en drukt u op
een van de volgende functietoetsen om de berekening te maken of de grafiek te tekenen.
1(CALC) ... Voert de berekening uit.
6(DRAW) ... Tekent de grafiek.
Voorbeeld berekeningsresultaat
σ
1G
σ
2 ..................... tendens van de test
F ............................. F-waarde
p ............................. p-waarde
o1 ............................ gemiddelde van steekproef 1 (alleen weergegeven voor Data: List)
o2 ............................ gemiddelde van steekproef 2 (alleen weergegeven voor Data: List)
x1
σ
n-1 ....................... standaardafwijking van steekproef 1
x2
σ
n-1 ....................... standaardafwijking van steekproef 2
n1 ............................ omvang van steekproef 1
n2 ............................ omvang van steekproef 2
Na het tekenen van een grafiek kunt u de volgende functies voor het onderzoek van de grafiek
uitvoeren.
1(F) ... Weergave van F-waarde.
Als u drukt op 1(F) verschijnt de F-waarde onder op het scherm. De cursor wordt weergegeven
op de overeenkomstige plaats in de grafiek (tenzij die buiten het scherm valt).
Twee punten worden weergegeven voor een test met twee grenzen. Gebruik d en e om de
cursor te verplaatsen
Druk op J om de F-waarde te wissen.
2(P) ... Weergave van p-waarde.
Druk op 2(P) om de p-waarde weer te geven onder op het scherm zonder de cursor weer te
geven.
Druk op J om de p-waarde te wissen.