Operation Manual

20050301
kk
kk
k Een gewone grafiek tekenen (4)
Beschrijving
U kunt desgewenst de lijnstijl voor de grafiek opgeven.
Instelling
1. Selecteer in het hoofdmenu de modus GRAPH.
Uitvoering
2. Geef het voorschrift op waarvan u een grafiek wilt tekenen.
Gebruik het scherm met het weergavemenu om het interval en de andere parameters
van de grafiek op te geven. Zie 5-2-1.
3. Selecteer de lijnstijl.
4(STYL)1( ) … Normal (standaardinstelling)
2( ) … Thick (twee keer de normale lijndikte)
3( ) … Broken (dikke onderbroken lijn)
4( ) … Dot (stippellijn)
4. Teken de grafiek.
De ingestelde lijnstijl geldt alleen wanneer “Connect” is geselecteerd voor “Draw Type” in het
configuratiescherm.
5-1-7
Voorbeeldgrafieken
# De standaardinstelling voor een ongelijkheid
(Y>, Y<) is een puntgrafiek.
#U kunt de lijnstijl van de grafiek veranderen in de
modus GRAPH, TABLE of RECUR.