Hardware Gebruiksaanwijzing
u De batterijen vervangen
Belangrijk!
• Schakel de rekenmachine nooit in als de batterijen zijn verwijderd of als ze niet correct
zijn geplaatst. Als u dit doet kan de inhoud van het geheugen worden gewist of kan er een
storing optreden. Als het onjuiste gebruik van batterijen leidt tot dergelijke problemen, plaatst
u de batterijen op de juiste manier en voert u de bewerkin RESTART uit om over te gaan tot
gewoon gebruik.
• Vervang alle vier de batterijen door nieuwe batterijen.
• Controleer na het vervangen van de batterijen of alle batterijen correct zijn geplaatst.
1. Druk op !o(OFF) om de rekenmachine uit te schakelen.
Waarschuwing!
• Schakel de rekenmachine uit voordat u de batterijen vervangt. Als u de batterijen vervangt
terwijl het apparaat is ingeschakeld, wordt de inhoud van het geheugen gewist.
2. Plaats de voorklep aan de voorzijde van de rekenmachine en let er hierbij op dat u niet per
ongeluk op de toets o drukt. Draai de rekenmachine vervolgens om.
3. Verwijder de batterijklep aan de achterzijde van de rekenmachine door
met uw vinger aan het punt te trekken dat is gemarkeerd met een 1.
4. Verwijder de oude batterijen.
5. Voer stappen 2 tot en met 13 uit van de procedure onder “Voordat u de
rekenmachine voor het eerst gebruikt...” op pagina D-3.
k Informatie over de functie voor automatisch uitschakelen
De rekenmachine wordt automatisch uitgeschakeld als u geen bewerkingen uitvoert binnen
de automatische uitschakeltijd die u hebt opgegeven. Als tijd kunt u ongeveer 10 of ongeveer
60 minuten opgeven (zie “Instellingen energiebesparing” op pagina 12-2 in de afzonderlijke
gebruiksaanwijzing voor de software). Druk op o om het apparaat weer in te schakelen.
1
D-14