Operation Manual
Angle Unit Degree
◆
; Radian; Gradian Bepaalt de graad,
radiaal of decimale graad als de hoekeenheid voor de waardeinvoer en
weergave van het berekeningsresultaat.
Number Format Geeft het aantal cijfers op voor het weergeven van een
berekeningsresultaat.
Fix: De waarde die u specificeert (van 0 tot 9) geeft het aantal
decimaalplaatsen aan voor weergegeven berekeningsresultaten.
Berekeningsresultaten worden afgerond op het aantal gespecificeerde
cijfers voordat ze worden weergegeven.
Voorbeeld: 1007@(≈)* 14.286 (Fix 3)
Sci: De waarde die u specificeert (van 0 tot 9) geeft het aantal
significante cijfers aan voor weergegeven berekeningsresultaten.
Berekeningsresultaten worden afgerond op het aantal gespecificeerde
cijfers voordat ze worden weergegeven.
Voorbeeld: 17@(≈)* 1.4286 × 10
-1
(Sci 5)
Norm: Toont de berekeningsresultaten in exponentieel formaat wanneer
ze binnen de onderstaande bereiken vallen.
Norm 1
◆
: 10
-2
> |x|, |x| ≧ 10
10
, Norm 2: 10
-9
> |x|, |x| ≧ 10
10
Voorbeeld: 1200@(≈)*
5 × 10
-3
(Norm 1), 0.005 (Norm 2)
* Als u @(≈) drukt in plaats van op wordt het
berekeningsresultaat na het invoeren van een berekening, weergegeven
in decimale vorm.
Engineer Symbol
On; Off
◆
Bepaalt of de berekeningsresultaten al
dan niet moeten worden weergegeven met technische symbolen.
Let op: Een indicator (E) worden bovenaan op het scherm weergegeven
terwijl On is geselecteerd voor deze instelling.
Fraction Result
ab/c; d/c
◆
Bepaalt een gemengde breuk of een
onechte breuk voor weergave van breuken in de berekeningsresultaten.
Complex
a+bi
◆
; r∠θ Bepaalt rechthoekige coördinaten of polaire
coördinaten voor berekeningsresultaten van de Complex-modus en
oplossingen van de Equation/Func-modus.
Let op: Een i-indicator wordt weergegeven bovenaan op het scherm terwijl
a+bi is geselecteerd voor de instelling Complex. ∠ wordt weergegeven
terwijl r∠θ is geselecteerd.
Statistics
On; Off
◆
Bepaalt of een kolom Freq (frequentie) moet
worden weergegeven in de Statistiekeneditor van de modus Statistics.
Spreadsheet Voor het configureren van de instellingen voor de
Spreadsheet-modus.
Auto Calc: Bepaalt of formules al dan niet automatisch opnieuw moeten
worden berekend.
On
◆
; Off Schakelt de automatische herberekening in of uit.
Show Cell: Bepaalt of een formule in het bewerkingsvak moet worden
weergegeven zoals deze is of als de waarde van het berekeningsresultaat.
Formula
◆
: Toont de formule zoals deze is.
Value: Toont de waarde van het berekeningsresultaat van de
formule.
Equation/Func
On
◆
; Off Bepaalt of complexe getallen moeten
worden gebruikt in oplossingen die worden uitgevoerd in de modus
Equation/Func.
Table
f(x); f(x),g(x)
◆
Bepaalt of alleen de functie f(x) of de twee
functies f(x) en g(x) moeten worden gebruikt in de modus Table.
7