Operation Manual

Om de waarde zonder factorisatie opnieuw weer te geven, drukt u op
@C(FACT) of .
Let op: De hieronder beschreven waarden kunnen niet worden
gefactoriseerd, zelfs als ze 10 of minder cijfers bevatten.
Een van de priemfactoren van de waarde is 1.018.081 of hoger.
Twee of meer van de priemfactoren van de waarde hebben meer dan
drie cijfers.
Het deel dat niet in factoren kan worden ontbonden, wordt ingesloten
tussen haken op het display.
Berekeningsgeschiedenis en herhaling
Berekeningsgeschiedenis
Een F en/of G bovenaan op de display geeft aan dat er meer
berekeningsgeschiedenis boven en/of onder is. U kunt scrollen door de
inhoud van de berekeningsgeschiedenis met en .
2 + 2 = 4
22
4
3 + 3 = 6
33
6
(Scrollt achteruit.)
4
Let op: De gegevens van de berekeningsgeschiedenis worden allemaal
gewist bij elke druk op 3, wanneer u wisselt naar een andere
berekeningsmodus, wanneer u de Input/Output-instelling wijzigt of wanneer
u een RESET-bewerking uitvoert (“Initialize All” of “Setup Data”).
Herhalen
Als er een berekeningsresultaat in de display staat, kunt u op of
drukken om de expressie die u voor de vorige berekening hebt gebruikt, te
bewerken.
4 × 3 + 2 = 14
432
14
4 × 3 − 7 = 5
(Doorgaan) 227
5
De geheugenfuncties gebruiken
Antwoordgeheugen (Ans)
Het laatst verkregen berekeningsresultaat is in het Ans-geheugen
(antwoord) opgeslagen.
Om het resultaat van 14 × 13 door 7 te delen
1413
182
(Doorgaan) 7
123 + 456 = 579
789 −
579 = 210
123456
(Doorgaan) 7897
579
210
Variabelen (A, B, C, D, E, F, M, x, y)
U kunt waarden aan variabelen toekennen en de variabelen in
berekeningen gebruiken.
Om het resultaat van 3 + 5 aan variabele A toe te kennen
35WA(A)
8
Om de inhoud van variabele A met 10 te vermenigvuldigen
13