User Manual

Table Of Contents
5-18
u Definitie van het argument
Om waarden toe te kennen aan het argument (= de variabele x ) en er dan tabellen mee te
maken zijn er twee mogelijkheden:
• Het interval en de toename van het argument definiëren
Hiermee legt u interval en toename van het argument vast.
• Lijst (Xlist, Ylist)
Hiermee kent u aan het argument
x de waarden van een lijst toe die opgeslagen was in
een lijstgeheugen.
u Een tabel maken door interval en toename van het argument te definiëren
Voorbeeld Ken aan het argument x het interval –3 tot 3 en de toename 1 toe
m TABLE
5(SET)
-dwdwbw
Het interval en de toename bepalen welke waarden het argument
x zal krijgen in de tabel.
Start ............ Beginwaarde van het argument
x
End ............. Eindwaarde van het argument x
Step ............ Toename (per stap) van het argument x
Nadat deze gegevens zijn ingevoerd drukt u op J om terug te keren naar de lijst met
tabelvoorschriften.
u Een tabel maken door een lijst te gebruiken
1. Roep het configuratiescherm op terwijl de lijst met tabelvoorschriften wordt weergegeven.
2. Klik de rubriek Variable aan en druk dan op 2(LIST) om het pop-up-venster te openen.
3. Kies de lijst met waarden die u wilt toekennen voor het argument
x .
Om bijvoorbeeld List 6 te kiezen, drukt u op gw. Op het configuratiescherm ziet u dat
aan de rubriek Variable de gekozen lijst wordt toegekend (List 6).
4. Nadat de gewenste lijst op het configuratiescherm staat, drukt u op J om terug te keren
naar het vorige scherm.
u Opmaak van een tabel
Voorbeeld Maak een tabel voor de voorschriften die opgeslagen zijn in de
geheugenzones Y1 en Y3 van de lijst met tabelvoorschriften
Gebruik f en c om de voorschriften aan te klikken
waarvoor u een tabel wilt maken, en druk dan op 1(SEL)
tom uw keuze vast te leggen.
Voor elk uitgekozen voorschrift blijft op het venster het
symbool “=”. Als u de selectie van een voorschrift wilt
opheffen, klikt u dit aan en drukt u nogmaals op 1(SEL).