User Manual
9-11
u Het symbool voor de absolute celverwijzingsnaam ($) invoeren
Wanneer u een celverwijzing invoert in een spreadsheet-cel, druk dan op 2($).
Bijvoorbeeld, de volgende toetsaanslagen voeren de absolute celverwijzingsnaam = $B$1 in.
!.(=) 2($) al(B) 2($) b
k Celinhoud kopiëren en plakken
U kunt de inhoud van één of meer cellen kopiëren en op een andere locatie plakken. Wanneer
u de kopieerbewerking uitvoert, kunt u, als u dat wilt, de inhoud naar meerdere locaties
kopiëren.
u Spreadsheetgegevens kopiëren en plakken
1. Selecteer de cel(len) die u wilt kopiëren.
• Zie “Cellen selecteren” (pagina 9-5) voor meer informatie.
2 Druk op 2(EDIT) 2(COPY).
• Zo wordt standby voor het plakken van de geselecteerde gegevens ingeschakeld, wat
wordt aangeduid doordat het menu-item 1 verandert in (PASTE).
• U kunt altijd standby voor plakken verlaten door op J te drukken voordat u stap 4
uitvoert.
3. Verplaats met behulp van de cursortoetsen de celcursor naar de locatie waar u de
gegevens wilt plakken.
• Als u in stap 1 een celbereik hebt geselecteerd, wordt de cel die u met de celcursor
selecteert, de linkerbovencel van het geplakte bereik.
• Als de locatie die u selecteert, binnen het bereik ligt dat u hebt gekopieerd, worden,
wanneer u onderstaande stap uitvoert, de afsluitende gegevens overschreven door de
geplakte gegevens.
4. Druk op 1(PASTE).
• Hiermee worden de gekopieerde gegevens geplakt.
• Herhaal de stappen 3 en 4, als u dezelfde gegevens op andere locaties wilt plakken.
5. Druk, wanneer u klaar bent met het plakken van de gegevens, op J zodat u standby voor
plakken afsluit.
k Celinhoud knippen en plakken
U kunt met knippen en plakken de inhoud van één of meer cellen verplaatsen naar een
andere locatie. Celinhoud (ongeacht of die nu relatieve of absolute celnaamverwijzingen bevat)
veranderen over het algemeen niet door een knip-en-plakbewerking.
De formule =A1+5 in cel B1 knippen en in cel B2 plakken. De A1 verwijzingsnaam blijft
ongewijzigd.
⇒










