User Manual
9-10
k Een celverwijzingsnaam invoeren
Iedere cel in een spreadsheet heeft, wat wordt genoemd, een “verwijzingsnaam”, die wordt
gevormd door de naam van de kolom (A tot en met Z) te combineren met de naam van de
rij (1 tot en met 999). Een celverwijzingsnaam kan worden gebruikt in een formule en dat
maakt de waarde van de aangeroepen cel tot een onderdeel van de formule. Zie “Een formule
invoeren in een cel” hierboven voor meer informatie. U kunt twee methoden gebruiken voor het
invoeren van een celverwijzingsnaam: directe invoer van de naam en invoeren met behulp van
het commando GRAB. Hieronder wordt getoond hoe u elk van deze methoden kunt gebruiken
voor het invoeren van =A1+5 in cel B1.
u Een celverwijzingsnaam direct invoeren
Verplaats de celcursor naar cel B1 en voer vervolgens de volgende bewerking uit.
!.(=) av(A) b+fw
u Een celverwijzingsnaam invoeren met het commando GRAB
Verplaats de celcursor naar cel B1 en voer vervolgens de volgende bewerking uit.
!.(=) 1(GRAB) d1(SET) +fw
• Commando’s 2(GO) tot en met 6(BOT → ) in het submenu dat verschijnt wanneer u
drukt op 1(GRAB) zijn gelijk aan het commando’s 1(GO) tot en met 5(BOT → ) van het
submenu van het commando JUMP. Zie over deze commando’s “De celcursor verplaatsen
met het commando JUMP” op pagina 9-6.
k Relatieve en absolute celverwijzingsnamen
Er zijn twee typen celverwijzingsnamen: relatief en absoluut. Celverwijzingsnamen worden
gewoonlijk als relatief behandeld.
Relatieve Celverwijzingsnamen
In de formule =A1+5 duidt de celverwijzingsnaam A1 een relatieve celverwijzing aan. De
naam is “relatief” omdat, wanneer u de formule kopieert en plakt in een andere cel, de
celverwijzingsnaam verandert afhankelijk van de locatie van de cel waarin de naam wordt
geplakt. Als de formule =A1+5 zich, bijvoorbeeld, oorspronkelijk in cel B1 bevond, zal het
kopiëren en plakken naar cel C3 in deze cel de formule =B3+5 opleveren. Het verplaatsen van
kolom A naar kolom B (één kolom) maakt dat A verandert in B, terwijl door het verplaatsen van
rij 1 naar 3 (twee rijen) de 1 verandert in 3.
Belangrijk!: Als door een kopieer- en plakbewerking een relatieve celverwijzingsnaam
verandert in een naam die buiten het bereik van de spreadsheet-cellen ligt, zal de betreffende
letter van de kolom en/of het betreffende nummer van de rij worden vervangen door een
vraagteken (?) en wordt “ERROR” weergegeven als het gegeven van de cel.
Absolute verwijzingsnamen
Als u wilt dat de rij of de kolom, of zowel het rij- als kolomgedeelte van de celverwijzingsnaam
het zelfde blijft, waar u deze ook plakt, moet u een absolute celverwijzingsnaam aanmaken.
U doet dit door een dollar-teken ($) te zetten voor de celverwijzingsnaam die ongewijzigd moet
blijven. U hebt drie opties voor het plaatsen van het dollar-teken ($) bij het aanmaken van
een absolute celverwijzingsnaam: absolute kolom met relatieve rij ($A1), relatieve kolom met
absolute rij (A$1) en absolute rij en kolom ($A$1).










