Operation Manual
1-2626
S EQUA* — De coëfficiënten en de oplossingen oproepen van (stelsels)*
1
*
2
• {S-Rlt}/{S-Cof} ... {oplossingenmatrix}/{coëfficiëntenmatrix} voor een stelsel van
eerstegraadsvergelijkingen met 2 tot 6 onbekenden*
3
• {P-Rlt}/{P-Cof} ... {oplossingenmatrix}/{coëfficiëntenmatrix} voor een tweede- of
derdegraadsvergelijking
*
1
De coëfficiënten en oplossingen worden automatisch opgeslagen in het matrixgeheugen
voor het laatste resultaat (MatAns).
*
2
In de volgende gevallen krijgt u een foutmelding.
- Geen enkele coëfficiënt werd ingevoerd voor de vergelijking
- Geen enkele oplossing werd gevonden voor de vergelijking
*
3
U kunt de gegevens uit het geheugen met de coëfficiënten en oplossingen voor een
eerstegraadsvergelijking niet tegelijk oproepen.
S TVM* — De financiële berekeningen oproepen
• {n}/{I%}/{PV}/{PMT}/{FV} ... {betalingsperiodes (afbetalingen)}/{rentevoet per periode}/
{huidige waarde}/{betaling}/{toekomstige waarde}
• {
P/Y}/{C/Y} ... {aantal stortingstermijnen per jaar}/{aantal kapitalisatiemomenten per jaar}
S Str — Str commando
• {Str} ... {geheugen van de string}
7. Programmeermenu (PRGM)
Om het programmeermenu (PRGM) op te roepen, kiest u de modus RUN • MAT • MAT• MAT MATMAT (of RUN)
of PRGM vanuit het hoofdmenu en drukt u op )(PRGM). In het submenu (PRGM)
verschijnen dan de volgende mogelijkheden.
• {COM} ...... {menu met de programmeercommando’s}
• {CTL} ....... {menu met de controlecommando’s}
• {JUMP} ..... {menu met de sprongcommando’s}
• {?} ............ {invoercommando}
• {<} .......... {uitvoercommando}
• {CLR} ....... {menu met de wiscommando’s}
• {DISP} ...... {menu met de weergavecommando’s}
• {REL} ....... {menu met de relationele operatoren bij voorwaardelijke sprongen}
• {I/O} ......... {menu met de invoer-/uitvoer-/transfercommando’s}
• {:} ............. {commando voor meervoudige instructies}
• {STR} ....... {string commando}
Het volgende functietoetsmenu wordt weergegeven als u drukt op )(PRGM) in de
RUN • MAT • MAT• MAT MATMAT (of RUN) modus of de PRGM modus wanneer de rekenmachine is ingesteld voor
het twee-, acht-, tien- of zestientallig stelsel.
• {Prog} ....... {programma oproepen}
• {JUMP}/{?}/{<}/{REL}/{:}
De functietoetsen werken op dezelfde manier als in de modus Comp.