Gebruiksaanwijzing
Table Of Contents
- Inhoudsopgave
- Voordat u de rekenmachine gebruikt
- Rekenmachineapps en -menu’s
- Expressies en waarden invoeren
- Basisberekeningen
- De opmaak voor berekeningsresultaten wijzigen
- Geavanceerde berekeningen
- Bepalende vergelijkingen registreren en gebruiken voor f(x) en g(x)
- Verify gebruiken
- QR Code-functies gebruiken
- Rekenmachineapps gebruiken
- Technische informatie
- Veelgestelde vragen
Resultaat: De reeks is {1, 1, 2, 3, 5}.
V
ariabelen (A, B, C, D, E, F, x, y, z)
U kunt waarden aan variabelen toewijzen en de variabelen gebruiken in
berekeningen.
Scherm met variabelenlijst
Door op te drukken, wordt een scherm weergegeven dat de waarden
toont die momenteel zijn toegewezen aan variabelen A, B, C, D, E, F
, x,
y en z. Waarden worden op dit scherm altijd weergegeven met “Norm 1”
Number Format. Druk op
of om het scherm te sluiten.
V
oorbeeld 1: Het resultaat van 3 + 5 toewijzen aan variabele A
1. Voer de berekening uit.
3
5
2. Druk op en selecteer vervolgens [A=] > [Store].
• Het resultaat van 3 + 5 (= 8) wordt nu toegewezen aan variabele A.
3. Druk op .
Voorbeeld 2: De inhoud van variabele A wijzigen in 1
1. Druk op en ga vervolgens naar [A=].
2. Druk op .
• Het bewerkingsscherm wordt nu weergegeven en 1 is ingevoerd.
3. Druk op .
37