Gebruiksaanwijzing
Table Of Contents
- Inhoudsopgave
- Voordat u de rekenmachine gebruikt
- Rekenmachineapps en -menu’s
- Expressies en waarden invoeren
- Basisberekeningen
- De opmaak voor berekeningsresultaten wijzigen
- Geavanceerde berekeningen
- Bepalende vergelijkingen registreren en gebruiken voor f(x) en g(x)
- QR Code-functies gebruiken
- Rekenmachineapps gebruiken
- Technische informatie
- Veelgestelde vragen
2 3
Voorbeeld 4:
5
√32 = 2
(Input/Output: MathI/MathO)
( ) 5 32
(Input/Output: LineI/LineO)
5 ( ) 32
Voorbeeld 5: 10
-1
=
1
10
(Input/Output: MathI/MathO)
10
( )
-toets (10e macht)
Op de -toets drukken, is hetzelfde als op drukken. Beide
bewerkingen voeren ‘×10 ’ (MathI/MathO of MathI/DecimalO) of ‘×10^(’
(LineI/LineO of LineI/DecimalO) in.
V
oorbeeld: 1,23 × 10
3
= 1230
1
23 3
Berekeningsbereik √ -vorm
De toegestane displaybereiken van het berekeningsresultaat van de
√
-
vorm vindt u hieronder terug.
± a√b, ± d ± a√b, ±
a√b
c
±
d√e
f
1 ≤ a < 100, 1 < b
< 1000, 1 ≤ c < 100
0 ≤ d < 100, 0 ≤ e < 1000, 1 ≤ f < 100
32