User Manual
11-2
   k Scherm met geheugeninformatie
Het venster met geheugeninformatie toont informatie over één geheugen per keer: het 
hoofdgeheugen of het opslaggeheugen van de rekenmachine.  
  • Aangezien de fx-7400G
III alleen hoofdgeheugen 
heeft, wordt alleen de inhoud van het hoofdgeheugen 
weergegeven in het informatiescherm van het 
hoofdgeheugen. 
  • Voer met de fx-9860GIII of fx-9750GIII één van de volgende MEMORY-modus 
menubewerkingen uit, om het geheugeninformatievenster dat u wilt, weer te geven.
  Als dit geheugeninformatievenster wordt 
weergegeven:  
  Drukt u op:  
 Hoofdgeheugen 
  1(MAIN)
 Opslaggeheugen 
  2(SMEM)
  • Gebruik de cursortoetsen f en c om het gewenste pictogram aan te klikken, en 
controleer het aantal geheugenbytes dat door elk gegevenstype wordt gebruikt. 
  • Op regel 7 ziet u hoeveel geheugenbytes momenteel vrij zijn in het geselecteerde geheugen 
(hoofd- of opslaggeheugen).  
  • In het scherm van het hoofdgeheugen verwijst < > naar een gegevensgroep. In het scherm 
van het opslaggeheugen verwijst [ ] naar mappen.
• Als een bestand dat vanaf uw computer of een andere bron naar het opslaggeheugen is 
overgebracht een naam heeft die meer dan acht karakters lang is, wordt deze naam bij 
weergave in het informatievenster van het opslaggeheugen ingekort tot acht karakters 
(voorbeeld: AAAABBBBCC.txt > AAAABB~1.txt). Als de bestandsnaamextensie uit 
meer dan drie karakters bestaat, worden alle karakters na het derde karakter van de 
bestandsnaamextensie afgekapt. 
• Wanneer de inhoud van de mappen in het opslaggeheugen wordt weergegeven, wordt 
op de bovenste regel van het scherm het toepasselijke bestandspad tussen haakjes ([ ]) 
weergegeven.
  Klik een gegevensgroep of map aan en druk op w om de inhoud van de gegevensgroep of 
map weer te geven. Als u drukt op J, keert u terug naar het vorige scherm.  










