Operation Manual

10
Het beeldscherm maakt gebruik van verschillende indicators, iconen en waarden om
u op de hoogte te houden van de status van de camera.
De voorbeeldschermen in dit hoofdstuk zijn bedoeld om de plaats van alle
indicators en cijfers te tonen die op het beeldscherm kunnen verschijnen tijdens de
verschillende functies. Ze stellen niet de schermen voor die in feite bij de camera
verschijnen.
. Foto opname
Inhoud van het beeldscherm
Paneel: Aan
Paneel: Uit
1
Scherpstelfunctie (pagina 64)
2
Witbalansinstelling (pagina 82)
3
Filmbeeldkwaliteit (pagina 80)
4
Zelfontspanner (pagina 68)
5
Opnamemodus (pagina 22)
6
Beeldkwaliteitsverlies indicator (pagina 46)
7
Meetfunctie (pagina 83)
8
Resterende capaciteit van het
filmgeheugen (pagina 48)
9
Resterende capaciteit van het
fotogeheugen (pagina 175)
bk
Fotobeeldformaat (pagina 30)
bl
Fotobeeldkwaliteit (pagina 79)
bm
Flitser (pagina 33)
bn
Automatisch scherpstelgebied (pagina 35)
bo
ISO gevoeligheid (pagina 36)
bp
Doorlopende sluiter (pagina 37)
bq
Gezichtsdetectie (pagina 40)
br
Schmink (pagina 42)
bs
easy modus (pagina 43)
bt
Datum/tijd (pagina 45)
ck
Tijdstempel indicator (pagina 144)
cl
Sluitertijd
cm
Lensopeningwaarde
cn
Belichtingscompensatie (pagina 81)
co
Scherpstelkader (pagina’s 22, 35)
cp
Lege accu indicator (pagina 17)
cq
Histogram (pagina 150)
cr
Anti Shake (pagina 73)
cs
Automatische Sluiter (pagina 69)
LET OP
De instelling wordt oranje wanneer de sluitertoets halverwege ingedrukt wordt
terwijl de lensopening, de sluitertijd, de ISO gevoeligheid of de automatische
belichting niet correct is.
br
bl
bm
bn
bp
bq
bo
cp
cq
cr
cs
bs
ck
9bk4
3
5
2
167
cn
cl
cm
btco
bo
8
bt
bl
8
3
cm
cl
bo
cp
cq
cr
cs
94bp 52167
co
bk
br
cn
ck