Operation Manual

INLEIDING
10
Drie belichtingsfuncties (pagina’s 92, 94, 95)
Er zijn drie belichtingsfuncties die de lensopening en de
sluitersnelheid bepalen: lensopeningsprioriteit AE (A
functie), sluitersnelheidprioriteit AE (S functie) en
handmatige belichting (M functie).
Beste shot (BEST SHOT) (pagina 98)
Selecteer eenvoudigweg het voorbeelddecor dat
overeenkomt met het type beeld dat u probeert op te
nemen en de camera voert ingewikkelde instellingen
geheel automatisch uit om elke keer opnieuw mooie
beelden te maken.
Business Shot (pagina 105)
De Business Shot instelling corrigeert automatisch
rechthoekige vormen zoals de beelden van naamkaartjes,
documenten, een witbord of soortgelijke voorwerpen
wanneer deze vanuit een hoek worden opgenomen.
easy functie (page 61)
Dit attribuut elimineert problematische basisinstellingen.
Filmopname met geluid (pagina 107)
VGA grootte, met 30 beelden/seconde in Motion JPEG
AVI formaat
Bewegende afdrukfunctie (MOTION PRINT)
(pagina 141)
Met deze functie worden bewegende beelden van een film
in het geheugen opgeslagen waarvan stilbeelden worden
gemaakt die geschikt zijn om te worden afgedrukt.
Audio Snapshot functie (pagina 111)
Gebruik deze functie om snapshots op te nemen die
audio bevatten.
Spraakopname (pagina 113)
Snel en gemakkelijk opnemen van spraakdata.
Kalenderscherm (pagina 145)
Een simpele bedieningshandeling geeft een kalender met
een volledige maand weer op het beeldscherm van de
camera. Elk dag van de volledige maandkalender toont
een thumbnail van het eerste bestand dat op die datum
was opgenomen hetgeen het zoeken naar een bepaald
bestand gemakkelijker en sneller.
Slideshow (pagina 146)
De slideshow geeft alle beelden automatisch in volgorde
en met een bepaalde tussenpauze weer.
Sluit de camera m.b.v. de AV kabel aan op een TV en
gebruik dan het beeld op het televisiescherm voor het
opnemen en bekijken van beelden (pagina 154).
Selecteerbare geluidsinstellingen (pagina 165)
U kunt verschillende geluiden configureren die dan
gespeeld worden telkens wanneer u de camera
inschakelt, de sluitertoets halverwege of geheel indrukt of
een toetsbewerking uitvoert.