D Digitale camera Gebruiksaanwijzing Dank u wel voor het aankopen van dit CASIO product. • Voordat u deze gebruiksaanwijzing gebruikt, dient u eerst de voorzorgsmaatregelen te lezen. • Houd de gebruiksaanwijzing op een veilige plaats voor latere naslag. • Bezoek de officiele EXILIM Website op http://www.exilim.com/ voor de meest recente informatie met betrekking tot dit product.
Uitpakken Terwijl u de camera uitpakt dient u te controleren dat alle hieronder getoonde items aanwezig zijn. Mocht er iets missen, neem dan contact op met de winkel waar het apparaat gekocht was. Digitale camera Oplaadbare lithium-ion accu (NP-110) Acculader (BC-110L) Bevestigen van de polsriem aan de camera. Bevestig de 1 polsriem hier. * De vorm van de netstekker kan verschillen afhankelijk van het land of het gebied.
Lees dit eerst! • De inhoud van deze handleiding en de meegeleverde Basisreferentie zijn onder voorbehoud en kunnen zonder voorafgaande mededeling worden veranderd. • De inhoud van deze handleiding is bij elke stap van het productieproces gecontroleerd. Neem a.u.b. contact op met ons mocht u iets opmerken dat twijfelachtig of fout, enz. is. • Het kopiëren van een gedeelte of de volledige inhoud van deze gebruiksaanwijzing is verboden.
Inhoudsopgave Uitpakken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Lees dit eerst! . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Algemene gids . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Inhoud van het beeldscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ... 2 ... 3 ... 9 . . 10 ❚❙ Snelstartgids 12 Wat is een digitale camera?.
❚ Interpreteren van de zoomstaafindicator . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48 ❚ Zoomen met een minimaal verlies in de fotoresolutie . . . . . . . . (SR Zoom) . . . 49 ❚❙ Opnemen van filmbeelden en geluid 50 Opnemen van een film. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Gebruiken van vooropname Film. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Opnemen van een foto terwijl u een film aan het opnemen bent . . . . . . .
❚ ❚ ❚ ❚ ❚ ❚ ❚ Specificeren van de Meetfunctie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .(Meten) . . . Optimaliseren van de helderheid van het beeld . . . . . . . . . . . . . (Belichting) . . . Gebruiken van ingebouwde Kleurenfilters . . . . . . . . . . . . . . . (Kleurenfilter) . . . Instellen van de beeldscherpte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . (Scherpte) . . . Instellen van de Kleurverzadiging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . (Verzadiging) . . .
❚❙ Dynamische Foto 104 Creëren van een onderwerpbeeld dat ingevoegd wordt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . (Dynamische Foto) . 104 ❚ Extraheren van tekst van een beeld . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 107 Toevoegen van een onderwerp aan een Foto of Film (Dynamische Foto) . 107 ❚ Bekijken van een Dynamisch Foto . . . . . . . . . . . (Dynamisch Fotobestand) . . 109 Converteren van een Dynamische Foto Stilbeeld naar een Film . . . . . . . . . . . .
Configureren van de wereldtijd instellingen . . . . . . . . . . . . . . (Wereldtijd) Tijdstempel van foto’s . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . (Tijdstempel) Instellen van de klok van de camera . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . (Bijstellen) Specificeren van de datumstijl . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . (Datumstijl) Specificeren van de displaytaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . (Language) Bevestigen van de sluimerinstellingen . . . . . . . . . . .
Algemene gids De nummers binnen de haakjes geven de pagina’s aan waar een verklaring te vinden is voor elk item. .
Inhoud van het beeldscherm Het beeldscherm maakt gebruik van verschillende indicators, iconen en waarden om u op de hoogte te houden van de status van de camera. • De voorbeeldschermen in dit hoofdstuk zijn bedoeld om de plaats van alle indicators en cijfers te tonen die op het beeldscherm kunnen verschijnen tijdens de verschillende functies. Ze stellen niet de schermen voor die in feite bij de camera verschijnen. .
. Film opname 1 23 4 5 (pagina 50) 5Filmopnametijd (pagina 50) 6Belichtingscompensatie (pagina 45) 7Lege accu indicator (pagina 16) 8Histogram (pagina 146) 8 7 1Flitser (pagina 35) 2Opnamemodus (pagina 50) 3Witbalansinstelling (pagina 78) 4Resterende capaciteit van het filmgeheugen 6 .
Snelstartgids Wat is een digitale camera? Een digitale camera slaat beelden op een geheugenkaart op zodat u beelden een ontelbaar aantal malen kunt opnemen en wissen. Opnemen Wissen Weergave U kunt de beelden die u opneemt op verschillende manieren opnemen. Opslaan van beelden op uw computer. Beelden afdrukken. 12 Beelden als bijlage aan e-mail bijsluiten.
Wat kunt u doen met uw CASIO camera Uw CASIO camera zit vol met een krachtige selectie aan attributen en functies om het opnemen van digitale beelden gemakkelijker te maken en de volgende drie functies maken daar deel van uit. Premium Automatisch Selecteer Premium Automatisch opnemen en de camera stelt automatisch vast of zij een onderwerp of een landschap opneemt met aanvullende omstandigheden. Premium Automatisch geeft een hogere beeldkwaliteit dan standaard Automatisch.
Laad voor het gebruik eerst de accu op. Merk op dat de accu van een nieuw aangeschafte camera niet opgeladen is. Voer de stappen onder “Opladen van de accu” uit om de accu volledig op te laden. • Uw camera heeft voor de voeding een speciale CASIO oplaadbare lithium-ion accu (NP-110) nodig. Probeer nooit een accu van een ander type te gebruiken. Opladen van de accu 1.
Overige voorzorgsmaatregelen betreffende het opladen • Gebruik de speciale acculader (BC-110L) om de speciale lithium-ion accu (NP-110) op te laden. Gebruik nooit een oplaadtoestel van een ander type. Als geprobeerd wordt om een andere oplader te gebruiken kan dit tot een onverwacht ongeluk leiden. • Een accu die nog warm is door normaal gebruik kan mogelijk niet volledig opladen. Geef de accu de tijd om af te koelen voordat u hem oplaadt.
3. Sluit het accudeksel. Sluit het accudeksel en schuif de schuifgrendel in de richting van LOCK (vergrendelen). • Zie pagina 156 voor informatie over het vervangen van de accu. Controleren van de resterende accuspanning Terwijl de accustroom verbruikt wordt, geeft de lege accu indicator op het beeldscherm de resterende accustroom aan zoals hieronder getoond.
Configureren van de basisinstellingen bij de eerste maal dat u de camera inschakelt De eerste maal dat u een accu in de camera legt, verschijnt er een scherm voor het configureren van de instellingen voor de taalkeuze van de schermtekst, de datum en de tijd. Als het instellen van de datum en de tijd achterwege wordt gelaten, worden de verkeerde datum- en tijddata opgenomen bij de beelden.
6. Selecteer d.m.v. [8] en [2] “Automatisch” of “Premium Automatisch” als de automatische opnamemodus (pagina 23) en druk daarna op [SET] (instellen). • Na het configureren van de ingestelde automatische modusinstelling kunt u tussen “Automatisch” en “Premium Automatisch” heen en weer schakelen door te drukken op [AUTO].
Inleggen van een geheugenkaart 1. Druk op [ON/OFF] (spanning aan/uit) om de camera uit te schakelen en open vervolgens het accudeksel. Schuif de schuifgrendel van het accudeksel in de richting van OPEN en open het dan zoals aangegeven door de pijlen in de afbeelding. 2. Leg een geheugenkaart in. Schuif de geheugenkaart met de voorkant naar boven (naar de kant van de camera waar het beeldscherm is) geheel in de kaartgleuf en druk in totdat de kaart stevig op zijn plaats vastklikt. Voorkant Voorkant 3.
Formatteren (resetten) van een nieuwe geheugenkaart Voordat u een nieuwe geheugenkaart voor de eerste maal in gebruik neemt dient u deze te formatteren. 1. Schakel de camera in en druk op [MENU]. 2. Selecteer bij de “Instellen” indextab “Formatteren” en druk vervolgens op [6]. 3. Selecteer “Formatteren” d.m.v. [8] en [2] en druk daarna op [SET] (instellen). BELANGRIJK! • Door een geheugenkaart te formatteren die reeds foto’s of andere bestanden bevat, wordt de inhoud gewist.
In- en uitschakelen van de camera Inschakelen van de spanning Om de spanning in te schakelen en daarna de OPNAME modus in te schakelen Druk op [ON/OFF] (spanning aan/uit) of [r] (OPNAME). • De achterindicator gaat even branden en de lens komt uit de camera (pagina 23). Om de spanning in te schakelen en daarna de WEERGAVE modus in te schakelen Druk op [p] (WEERGAVE).
De camera op de juiste wijze vasthouden Uw beelden zullen niet duidelijk te zien zijn als u de camera beweegt terwijl u op de sluitertoets drukt. Houd de camera tijdens het indrukken van de sluitertoets zoals aangegeven in de onderstaande afbeelding en houd de camera stil door uw armen stevig tegen beide zijden te houden terwijl u de opname maakt.
Opnemen van een foto Selecteren van een automatische opnamemodus U kunt één van de twee opnamemodi (Automatisch of Premium Automatisch) selecteren afhankelijk van wat u nodig heeft voor uw digitale beelden. R Automatisch Ÿ Premium Automatisch 1. Dit is de standaard automatische opnamemodus. • Het voorziet in een snellere werking dan Premium Automatisch opnemen.
Opnemen van een foto 1. Richt de camera op het onderwerp. Als u Premium Automatisch gebruikt, verschijnt tekst in de rechter onderhoek van het beeldscherm, die een omschrijving geeft van het type opname dat de camera gedetecteerd heeft. • U kunt op het beeld inzoomen als u dat wilt. Verschijnt wanneer de camera detecteert dat hij stil op een statief staat. w Groothoek z Telefoto Zoomregelaar 2. Druk de sluitertoets halverwege in om op het beeld scherp te stellen.
3. Houd de camera nog steeds stil en druk vervolgens de sluitertoets geheel in. Hierdoor wordt de foto opgenomen. Volledig indrukken Foto (Beeld wordt opgenomen.) Opnemen van een film [0] (Film) Druk op [0] (Film) om het opnemen van een film te starten. Druk nogmaals op [0] (Film) om te stoppen met de filmopname. Zie pagina 50 voor nadere details. . Als niet op het beeld kan worden scherpgesteld...
. Filmen met Premium Automatisch • Naast de sluitersnelheid, de lensopening en de ISO gevoeligheid, voert de camera automatisch de volgende bewerking uit als gewenst bij het opnemen met Premium Automatisch. – Automatisch Scherpstellen wordt gewoonlijk uitgevoerd totdat u de sluitertoets half indrukt.
Bekijken van foto’s Volg de volgende procedure om foto’s te bekijken op het beeldscherm van de camera. • Zie pagina 82 voor informatie over het weergeven van films. 1. Druk op [p] (WEERGAVE) om de WEERGAVE modus in te schakelen. • Hierdoor wordt één van de foto’s getoond die op dat moment opgeslagen is in het geheugen. • Er wordt ook informatie gegeven bij de getoonde foto (pagina 171). [p] (WEERGAVE) • U kunt de informatie wissen als u enkel de foto wilt bekijken (pagina 146).
Wissen van Foto’s en Films Mocht het geheugen vol raken dan kunt u foto’s en films wissen die u niet langer nodig heeft om zo ruimte vrij te maken om meer beelden op te nemen. BELANGRIJK! • Denk eraan dat de bewerking voor het wissen van een bestand (foto) niet ongedaan kan worden gemaakt. • Door een foto met geluid (pagina 102) te wissen worden zowel de foto als het geluidsbestand gewist. • U kunt bestanden niet wissen terwijl de opname van films of audio plaatsvindt.
Wissen van alle bestanden 1. Druk op [p] (WEERGAVE) om de WEERGAVE modus in te schakelen en druk vervolgens op [2] ( ). 2. Selecteer “Alles wissen” d.m.v. [8] en [2] en druk daarna op [SET] (instellen). 3. Selecteer “Ja” d.m.v. [8] en [2] en druk daarna op [SET] (instellen) om alle bestanden te wissen. Hierdoor verschijnt de boodschap “Er zijn geen bestanden.”. Voorzorgsmaatregelen voor het opnemen van foto’s Bewerking • Open het accudeksel nooit terwijl de achterindicator groen aan het knipperen is.
Beperkingen ten aanzien van de autofocus • Eén van de volgende omstandigheden kan het scherpstellen onmogelijk maken.
Foto leerprogramma Gebruiken van het controlepaneel Het controlepaneel kan gebruikt worden om de instellingen van de camera te configureren. 1. Druk tijdens de OPNAME modus op [SET] (instellen). Hierdoor wordt één van de iconen van het controlepaneel geselecteerd en worden de instellingen getoond. [8] [2] [4] [6] Beschikbare instellingen Controlepaneel [SET] (instellen) 2. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Selecteer d.m.v. [8] en [2] de instelling die u wilt veranderen.
Speciferen van de items op het controlepaneel U kunt d.m.v. de volgende procedure de acht items specificeren die u op het controlepaneel wilt. 1. Druk tijdens de OPNAME modus op [SET] (instellen). 2. Druk op [MENU]. • Hierdoor wordt een menu van items op het controlepaneel getoond terwijl de op dat moment geselecteerd items in groen worden weergegeven. 3. Selecteer d.m.v. [8], [2], [4] en [6] een item dat u op het controlepaneel wilt en druk vervolgens op [SET] (instellen).
. Betreffende beeldformaten Het formaat van een beeld geeft aan hoeveel beeldpunten het beeld bevat en wordt uitgedrukt als horizontalexverticale beeldpunten. 10 M (3648x2736) formaat beeld = Circa 10 miljoen beeldpunten 3648* 2736* VGA (640x480) formaat beeld = Circa 300.000 beeldpunten 640* 480* * Eenheid: beeldpunten Tips voor het kiezen van het beeldformaat Merk op dat grotere beelden meer beeldpunten hebben zodat ze ook meer geheugenruimte in beslag nemen.
. Om het beeldformaat te selecteren 1. Druk tijdens de OPNAME modus op [SET] (instellen). 2. Selecteer d.m.v. [8] en [2] de bovenste optie van het controlepaneel (beeldformaat). 3. Selecteer d.m.v. [4] en [6] een beeldformaat en druk daarna op [SET] (instellen). Beeldformaat (beeldpunten) Aanbevolen afdrukformaat en applicatie 14 M (4320x3240) Posterafdruk 3:2 (4320x2880) Posterafdruk 16:9 (4320x2432) HDTV 10 M (3648x2736) Posterafdruk 6M (2816x2112) A3 Afdruk 3M (2048x1536) 3.
Gebruiken van de flitser (Flits) 1. Druk tijdens de OPNAME modus één maal op [2] ( ). 2. Selecteer d.m.v. [4] en [6] de gewenste flitserinstelling en druk daarna op [SET] (instellen). Flits [2] ( ) • U kunt de flitsermodus selecteren door in één van de volgende twee gevallen op [2] ( ) te drukken. – Wanneer “Flits” niet in het controlepaneel getoond wordt (pagina 32) – Nadat [8] (DISP) ingedrukt word om de informatie van het beeldscherm te wissen (pagina 146) 3. > Autom.
LET OP • Let er op dat uw vingers en de riem niet in de weg zitten van de flitser. • Het gewenste effect kan mogelijk niet worden verkregen wanneer het onderwerp zich te ver weg of te dichtbij bevindt. • De oplaadtijd voor de flitser (pagina 174) hangt af van de omstandigheden tijdens de werking (conditie van de accu, omgevingstemperatuur, enz.
Selecteren van een scherpstelmodus (Scherpstellen) U kunt een scherpstelmodusinstelling selecteren. 1. Druk tijdens de OPNAME modus op [SET] (instellen). 2. Selecteer d.m.v. [8] en [2] de derde optie van boven in het controlepaneel (Scherpstellen). 3. Selecteer d.m.v. [4] en [6] de gewenste instelling en druk daarna op [SET] (instellen). Instellingen Q Autom.
Super Macro Super Macro stelt de optische zoom vast op een positie die u laat opnemen vanaf de dichtstbijzijnde afstand tot het onderwerp. Het resultaat is grotere onderwerpbeelden vanaf een kortere afstand. LET OP • De zoom is vastgesteld terwijl Super Macro geselecteerd is zodat geen zoombewerking uitgevoerd wordt terwijl u de zoomregelaar verschuift. Scherpstellen met de hand 1.
Gebruiken van scherpstelvergrendeling “Scherpstelvergrendeling” is de naam van een techniek die u kunt gebruiken wanneer u een beeld wilt samenstellen waarbij het onderwerp waarop scherpgesteld moeten worden zich niet bevindt in het scherpstelkader in het midden van het beeldscherm. • Selecteer om scherpstelvergrendeling te gebruiken “Û Puntmeten” voor het autofocus gebied (pagina 40). 1.
Specificeren van het Autofocus gebied (AF gebied) De camera stelt automatisch het scherpstelpunt vast op het Ò Intelligent beeldscherm en stelt daarop scherp (intelligente AF). • Gezichtsdetectie (pagina 44) werkt automatisch. Û Puntmeten Deze modus verzamelt metingen van een klein gebied in het midden van het beeld. Deze instelling werkt goed met scherpstelvergrendeling (pagina 39).
5. Druk de sluitertoets nu geheel in. “Ò Intelligent” “Û Puntmeten” of “Ë Traceren” Scherpstelkader Scherpstelkader “È Meervoudig” Scherpstelkader BELANGRIJK! • “Ë Traceren” kan niet worden geselecteerd voor het Autofocus gebied terwijl u de automatische sluiter aan het gebruiken bent (pagina 66). • Door “Ë Traceren” te selecteren kunnen trillingen en ruis optreden doordat de lens (het objectief) beweegt tijdens het traceren van het onderwerp. Dit duidt niet op een defect.
Specificeren van de ISO gevoeligheid (ISO) De ISO gevoeligheid is een waarde die de gevoeligheid voor licht uitdrukt. 1. Druk tijdens de OPNAME modus op [SET] (instellen). 2. Selecteer d.m.v. [8] en [2] de vijfde optie van boven in het controlepaneel (ISO gevoeligheid). 3. Selecteer d.m.v. [4] en [6] de gewenste instelling en druk daarna op [SET] (instellen).
Gebruiken van de zelfontspanner (Zelfontspanner) Wanneer de Zelfontspanner ingeschakeld is, wordt een timer gestart door op de sluitertoets te drukken. De sluiter ontspant en het beeld wordt opgenomen na verloop van een ingestelde tijd. 1. Druk tijdens de OPNAME modus op [SET] (instellen). 2. Selecteer d.m.v. [8] en [2] de zesde van boven in het controlepaneel (Zelfontspanner). 3. Selecteer d.m.v. [4] en [6] de gewenste instelling en druk daarna op [SET] (instellen). „ 10sec Zelfontsp.
Gebruiken van gezichtsdetectie (Gezichtsdetec.) Bij het opnemen van mensen detecteert het gezichtsdetectie attribuut de gezichten van maximaal 10 aparte mensen en stelt de scherpstelling en de helderheid daarop af. 1. Druk tijdens de OPNAME modus op [SET] (instellen). 2. Selecteer d.m.v. [8] en [2] de zevende optie van boven in het controlepaneel (Gezichtsdetec.). 3. Selecteer d.m.v. [4] en [6] de instelling “G Gezichtsdetectie: Aan” en druk daarna op [SET] (instellen). 4.
Corrigeren van de beeldhelderheid (EV verschuiving) U kunt de belichtingswaarde (EV waarde) van een beeld met de hand bijstellen voordat u het opneemt. • Bereik van de belichtingscompensatie: –2,0 EV tot +2,0 EV • Eenheid: 1/3 EV 1. Druk tijdens de OPNAME modus op [SET] (instellen). 2. Selecteer d.m.v. [8] en [2] de tweede optie van onderen in het controlepaneel (EV verschuiving). 3. Stel d.m.v. [4] en [6] de belichtingscompensatiewaarde bij. [6]: Verhoogt de EV waarde.
Veranderen van de Datum/Tijd stijl van het controlepaneel 1. Druk tijdens de OPNAME modus op [SET] (instellen). 2. Selecteer d.m.v. [8] en [2] de onderste optie van het controlepaneel (Datum/Tijd). Stel de datum en de tijd in d.m.v. [4] en [6]. LET OP • U kunt kiezen tussen twee displaystijlen (pagina 141) voor de datum: Maand/Dag of Dag/Maand. • De tijd wordt getoond d.m.v. het 24-uren formaat.
1. Schuif de zoomregelaar tijdens de OPNAME modus om te zoomen. w Groothoek z Telefoto Zoomregelaar w (Groothoek) : Verkleint de grootte van het onderwerp en vergroot het bereik. z (Telefoto) : Vergroot het onderwerp en verkleint het bereik. 2. Druk op de sluitertoets om het beeld op te nemen. BELANGRIJK! • Digitale zoom, HD zoom en SR zoom zijn gedeactiveerd terwijl datumafstempeling (pagina 140) ingeschakeld is.
Interpreteren van de zoomstaafindicator Tijdens een zoomenbewerking toont een zoomstaafindicator op het beeldscherm de huidige zoominstelling. Bereik (optische zoom, HD Zoom, SR Zoom) zonder resolutieverlies. 1X Bereik (digitale zoom) met resolutieverlies. 20X - 79,7X Zoomaanwijzer (Geeft de huidige zoomfactor aan.
. Zoomfactor De digitale zoomfactor hangt af van het beeldformaat (pagina 32) en van of de SR Zoom geactiveerd of gedeactiveerd is. Beeldformaat Maximale zoomfactor voor een resolutie zonder kwaliteitsverlies.
Opnemen van filmbeelden en geluid Opnemen van een film 1. Configureer de kwaliteitsinstelling voor de film (pagina 75). De lengte van de film die u kunt opnemen hangt af van de kwaliteitsinstelling die u selecteert. 2. Richt met de OPNAME modus ingeschakelt de camera op het onderwerp en druk op [0] (Film). [0] (Film) Resterende opnametijd (pagina 172) Hierdoor begint de opname en wordt Y op het beeldscherm weergegeven. De filmopname heeft geluid in mono.
LET OP • Als lange filmopnamen worden gemaakt zal de camera warm aanvoelen. Dit is normaal en duidt niet op een defect. • De camera neemt het geluid ook op. Merk de volgende punten Microfoon op wanneer u films aan het opnemen bent. – Zorg ervoor dat de microfoon niet door uw vingers, enz. wordt geblokkeerd. – Goede opnameresultaten kunnen niet worden verkregen wanneer de camera te ver weg is van wat u probeert op te nemen.
Gebruiken van vooropname Film Met dit attribuut maakt de camera gedurende maximaal vier seconden een vooropname van hetgene wat er gebeurt voor de lens en stuurt die data naar een buffer waarvan de data doorlopende vernieuwd wordt. Door op [0] (Film) te drukken wordt de vooropgenomen actie (bufferinhoud) opgeslagen, gevolgd door opname in real-time. De real-time opname wordt voortgezet totdat u deze stopt.
Opnemen van een foto terwijl u een film aan het opnemen bent 1. Druk op de sluitertoets terwijl een film opgenomen wordt. Het opnemen van de film wordt voortgezet nadat de foto is opgenomen. LET OP • Terwijl u een film aan het opnemen bent, kunt u de instelling van de flitsermodus veranderen d.m.v. [2] ( ). • De filmopname wordt voor enkele seconden onderbroken op het moment waar een foto opgenomen was.
LET OP • U kunt tijdens de audio opname het beeldscherm in- en uitschakelen d.m.v. [8] (DISP). • Als de inhoud van het beeldscherm uitgeschakeld is, zal het beeldscherm onmiddellijk worden uitgeschakeld als de “Spraak Opname” scène geselecteerd wordt (pagina 146). Aangaande geluidsdata • Geluidsbestanden kunnen op een computer worden weergegeven met Windows Media Player of QuickTime. – Geluidsdata (audio): WAVE/IMA-ADPCM (WAV extensie) Weergeven van een geluidsopname 1.
Gebruiken van BEST SHOT Wat behelst BEST SHOT? BEST SHOT voorziet u in een verzameling “scènes” die verschillende types omstandigheden voor de opname toont. Als het nodig is om de instellingen van de camera te veranderen kunt u gewoonweg de scène opzoeken die overeenkomt met wat u probeert te bereiken en de camera maakt de instellingen dan automatisch. Dit verkleint de kans dat de beelden onbruikbaar zijn door een slechte instellingen voor de belichting en de sluitertijd.
3. Druk op [SET] (instellen) om de camera te configureren met de instellingen voor de op dat moment geselecteerde scène. Hierdoor wordt teruggekeerd naar de OPNAME modus. • De instellingen van de scène die u selecteerde blijven van kracht totdat u een andere scène selecteert. • Herhaal de bovenstaande procedure vanaf stap 1 om een andere BEST SHOT scène te selecteren. 4. Druk op de sluitertoets (als u een foto aan het opnemen bent) of op [0] (Film) (als u een film aan het opnemen bent).
. BEST SHOT voorzorgsmaatregelen • Sommige BEST SHOT scènes kunnen niet worden gebruikt tijdens het opnemen van een film. • De volgende BEST SHOT scènes kunnen niet worden gebruikt tijdens het opnemen van een foto. Vooropname (Film), For YouTube • De Spraakopname scène kan niet worden gebruikt tijdens het opnemen van een foto of een film. • Sommige scènes zoals de Nachtscène en Vuurwerk geven een instelling met een langzamere sluitertijd.
Uw eigen BEST SHOT instellingen creëren U kunt maximaal 999 camera basisinstellingen opslaan als gebruiker’s BEST SHOT scènes die u onmiddellijk kunt oproepen wanneer u ze nodig heeft. 1. Selecteer op het BEST SHOT scènemenu de scène die “BEST SHOT” (Registreren Gebruikers Scène) heet. 2. Selecteer d.m.v. [4] en [6] de foto of de film waarvan u de instelling wilt opslaan. 3. Selecteer “Opslaan” d.m.v. [8] en [2] en druk daarna op [SET] (instellen).
Opnemen van ID foto’s U kunt met deze procedure een portret opnemen en ze dan als ID foto’s af te drukken bij de volgende standaard formaten: 30x24mm, 40x30mm, 45x35mm, 50x40mm, 55x45mm. 1. Druk op [BS] en selecteer dan de “ID foto” scène. 2. Druk op de sluitertoets om een portret te maken van de persoon voor wie u een ID foto wilt creëren. 3. Stel de positie van het gezicht bij in het beeld. [8] [2] [4] [6] : Dit verplaats het portret naar boven, beneden, links en rechts.
Opnemen van beelden van Visitekaartjes en documenten Een proces dat “Keystone correctie” genoemd wordt, maakt de lijnen recht en natuurlijk zelfs als rechthoekige onderwerpen vanuit een hoek worden opgenomen. Voor het aanbrengen van de keystone correctie Na het aanbrengen van de keystone correctie BEST SHOT heeft twee scènes. Visitekaartjes en documenten Witbord enz. 1. Druk op [BS] en selecteer vervolgens de “Visitekaartjes en documenten” of “Witbord enz.” scène. 2.
LET OP • Bij het samenstellen van een beeld zoals die hierboven afgebeeld zijn, dient u er op te letten dat het gehele countour van het onderwerp dat u probeert op te nemen zich binnen het beeldscherm bevindt. • Zorg er dus voor dat het voorwerp zich voor een achtergrond bevindt waar de contouren opvallen. • Beelden van het VGA formaat worden als zodanig opgeslagen. Alle beelden van een ander formaat worden opgeslagen als beelden van 2 M (1600x1200 beeldpunten).
Geavanceerde instellingen Hieronder volgen menu bewerkingen die u kunt gebruiken om de instellingen van de camera te configureren. • U kunt het controlepaneel (pagina 31) ook gebruiken om bepaalde instellingen te configureren die op het menuscherm verschijnen. Zie de paginaverwijzingen die in dit hoofdstuk gegeven zijn voor informatie betreffende het configureren van instellingen m.b.v. het Controlepaneel. Gebruiken van menu’s op het scherm . Menuscherm bewerkingsvoorbeeld 1.
. Menubewerkingen in deze handleiding Menubewerkingen worden in deze handleiding voorgesteld zoals hieronder getoond. De volgende bewerking is dezelfde als onder “Menuscherm bewerkingsvoorbeeld” op pagina 62. Selecteer d.m.v. [4] en [6] de “OPNAME” indextab. Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * Zelfontspanner Druk op [r] (OPNAME). Selecteer d.m.v. [8] en [2] “Zelfontspanner” en druk daarna op [6]. Druk op [MENU].
OPNAME modus instellingen (OPNAME) Selecteren van een scherpstelmodus (Scherpstellen) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * Scherpstelling Zie de controlepaneel procedure op pagina 37 voor details. Gebruiken van Doorlopende sluiter (Doorlopend) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * Doorlopend Uw camera heeft drie doorlopende sluiterfuncties.
BELANGRIJK! • U kunt mogelijk niet het aantal doorlopende sluiterbeelden opnemen dat aangegeven wordt op het beeldscherm als er niet genoeg capaciteit beschikbaar is op de geheugenkaart. Controleer dus eerst date r genoeg capaciteit beschikbaar is op de geheugenkaart voordat u gaat opnemen met de doorlopende sluiter. • Bij de doorlopende sluiter worden de belichting en de scherpstelling voor het eerste beeld ook toegepast op de navolgende beelden.
Gebruiken van de automatische sluiter (Automatische sluiter) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * Autom. Sluiter Met de automatische sluiter aan, doet de camera de sluiter automatisch ontspannen wanneer de camera bepaalde omstandigheden signaleert. ¸ Waas signaleren De camera doet de sluiter automatisch ontspannen wanneer hij beeldwaas signaleert en de bewegingen van het onderwerp minimaal zijn. ¯ Panning signal.
. Gebruiken van panning Signaleren om beeldwaas de minimaliseren (Panning signal.) 1. Richt de camera op een plaats die het onderwerp zal passeren en druk de sluitertoets halverwege in om de belichting en scherpstelling bij te stellen. 2. Druk de sluitertoets nu geheel in. Hierdoor wordt Automatisch Sluiter standby ingeschakeld bij de camera. Beweeg de camera om de beweging van het onderwerp te volgen.
. Veranderen van de Automatische Sluiter activatiegevoeligheid (Gevoeligheid) 1. Selecteer d.m.v. [8] en [2] “Gevoeligheid” en druk daarna op [6]. 2. Selecteer d.m.v. [4] en [6] de gewenste gevoeligheids instelling en druk daarna op [SET] (instellen). • U kunt kiezen tussen drie gevoeligheidniveau’s van ø (Laagste) tot en met œ (Hoogste). • Bij de œ (Hoogste) instelling wordt het ontspannen van de automatische sluiter relatief gemakkelijk geactiveerd.
Opnemen met Gezichtsdetectie (Gezichtsdetec.) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * Gezichtsdetec. Zie de controlepaneel procedure op pagina 44 voor details.
Specificeren van het Autofocus gebied (AF gebied) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * AF gebied Zie de controlepaneel procedure op pagina 40 voor details. Gebruiken van het Autofocus hulplamp (AF Assist. Lamp) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * AF assist. Lamp Bij halverwege indrukken van de sluitertoets terwijl deze instelling geselecteerd is, gaat de voorlamp branden die dan zorgt voor de belichting om scherp te kunnen stellen op plaatsen waar de belichting laag is.
Veranderen van de vorm van het Scherpstelkader (Scherpstelkader) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * Scherpstelkader U kunt voor het scherpstelkader d.m.v. deze procedure kiezen uit vijf verschillende vormen, inclusief een hartvorm. Instellingen ¹ ß ™ ¬ μ Willekeurig/random LET OP • Door de sluitertoets halverwege in te drukken verandert het scherpstelkader in één van de hier onder getoonde vormen.
Weergeven van een schermraster (Raster) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * Raster Het schermraster kan op het OPNAME modus beeldscherm worden weergegeven om het verticaal en horizontaal passen gemakkelijker te maken bij het samenstellen van beelden.
Configureren van de default instellingen bij inschakelen van de spanning (Geheugen) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * OPNAME indextab * Geheugen Als u de camera uitschakelt, onthoudt deze de huidige instellingen van alle geactiveerde geheugenitems en herstelt ze wanneer u de spanning opnieuw inschakelt. Elk geheugenitem dat gedeactiveerd is, wordt teruggesteld op de oorspronkelijke default instelling telkens wanneer u de camera uitschakelt.
Beeldkwaliteit instellingen (Kwaliteit) Maakt Super Resolutie kwaliteit mogelijk voor foto’s (SR Kwaliteit) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * Kwaliteit indextab * SR Kwaliteit Super resolutie technologie wordt gebruikt voor het analyseren van het beeld waarna interpolatie wordt uitgegevoerd om de algehele beeldresolutie te verbeteren. • SR Kwaliteit is effectief wanneer u fijnzinnige structuren wilt oppakken. • Er wordt een ç icoon getoond wanneer de “SR Kwaliteit” instelling “Aan”.
Specificeren van de Fotobeeld Kwaliteit (Kwaliteit (Foto)) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * Kwaliteit indextab * T Kwaliteit (Foto) Fijn Geeft voorrang aan de beeldkwaliteit. Normaal Normaal • De “Fijn” instelling (maximale beeldkwaliteit) geeft groot detail voor het opnemen van gedetailleerde beelden van de natuur zoals takken met zijtakjes en bladeren, of bij een beeld met complexe patronen.
Opnemen van mooie beelden van mensen en landschap (Effect) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * Kwaliteit indextab * Effect Als een van beide hieronder beschreven modi geselecteerd wordt, zal de camera automatisch mensen en landschap verfraaien om er voor te zorgen dat er elke keer mooie beelden zijn. Schmink Deze modus maakt het huidweefsel van het onderwerp gladder en de gezichtsschaduwen, die door scherp zonlicht worden veroorzaakt, zachter om zo betere portretten te krijgen.
. Opnemen van mooie scène beelden (Landschap) 1. Schakel de Landschapmodus in • Door de landschapmodus in te schakelen verschijnt Ö op het controlepaneel. 2. Druk op [SET] (instellen). Landschap icoon 3. Selecteer de Landschapmodus (zevende icoon van boven op het controlepaneel) d.m.v. [4] en [6] en druk vervolgens op [SET] (instellen). Levendig Verbetert de kleuren om heldere, levendigere landschapbeelden te verkrijgen.
Corrigeren van de beeldhelderheid (EV verschuiving) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * Kwaliteit indextab * EV verschuiving Zie de controlepaneel procedure op pagina 45 voor details.
Specificeren van de ISO gevoeligheid (ISO) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * Kwaliteit indextab * ISO Zie de controlepaneel procedure op pagina 42 voor details. Specificeren van de Meetfunctie (Meten) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * Kwaliteit indextab * Meten De meetfunctie bepaalt welk gedeelte van het onderwerp gemeten wordt voor de belichting. B Meervoudig Multi-patroon meten verdeelt het beeld in secties en meet het licht bij elke sectie voor een gebalanceerde belichtingsmeting.
Optimaliseren van de helderheid van het beeld (Belichting) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * Kwaliteit indextab * Belichting U kunt deze instelling gebruiken om de balans te optimaliseren tussen lichtere delen en donkere delen terwijl u beelden aan het filmen bent. Extra Voert een hoger niveau van helderheidscorrectie uit dan de “Aan” instelling. Wanneer deze optie geselecteerd is, duurt het langer voor het beeld om te worden opgeslagen nadat de sluitertoets ingedrukt is.
Instellen van de Kleurverzadiging (Verzadiging) Procedure [r] (OPNAME) * [MENU] * Kwaliteit indextab * Verzadiging U kunt één van de vijf instellingen van +2 (meest verzadigd) tot en met –2 (minst verzadigd) specificeren voor de kleurverzadiging.
Bekijken van Foto’s en Films Bekijken van foto’s Zie pagina 27 voor de procedure voor het bekijken van foto’s. Bekijken van een film 1. Druk op [p] (WEERGAVE) en toon vervolgens m.b.v. [4] en [6] de film die u wilt bekijken. 2. Druk op [SET] (instellen) om de weergave te starten.
Bekijken van doorlopende sluiterbeelden Telkens bij het uitvoeren van een doorlopende sluiterbewerking creëert de camera een doorlopende sluitergroep die alle beelden omvat voor die bepaalde doorlopende sluitersessie. U kunt de volgende procedure volgen om beelden van een bepaalde doorlopende sluitergroep weer te geven. 1. Druk op [p] (WEERGAVE) en toon vervolgens m.b.v. [4] en [6] de doorlopende sluitergroep waarvan u de beelden wilt bekijken.
Wissen van doorlopende sluiterbeelden U kunt doorlopende sluiterbeelden (1 beeld in de doorlopende sluitergroep, geselecteerde beelden in de doorlopende sluitergroep, 1 doorlopende sluitergroep) wissen terwijl de weergave plaatsvindt of gepauzeerd is. 1. Druk op [2] ( ) terwijl weergave van doorlopende sluiterbeelden plaatsvindt of gepauzeerd is. 2. Voer vervolgens dezelfde bewerkingen uit die u zou gebruiken om normale (niet-doorlopende sluiter) beelden (pagina 28) te wissen.
. Opdelen van alle doorlopende sluitergroepen 1. Druk op [MENU] terwijl een doorlopende sluitergroep getoond wordt. 2. Selecteer d.m.v. [4] en [6] de “WEERGAVE” indextab. 3. Selecteer d.m.v. [8] en [2] “Groep Opdelen” en druk daarna op [6]. 4. Selecteer “Alle Groepen Opdelen” d.m.v. [8] en [2] en druk daarna op [SET] (instellen). 5. Selecteer d.m.v. [8] en [2] “Ja” en druk daarna op [SET] (instellen). • Al seen doorlopende sluitergroep eenmaal opgedeeld is, kan hij niet opnieuw worden gegroepeerd.
Tonen van het beeldmenu 1. Schuif de zoomregelaar tijdens de WEERGAVE modus naar w (]). Grenslijn Verplaats de selectiegrenslijn d.m.v. [8], [2], [4] en [6] rondom het beeldmenu. Verplaats om een bepaald beeld te bekijken de selectie grenslijn d.m.v. [8], [2], [4] en [6] naar het gewenste beeld en druk vervolgens op [SET] (instellen). Weergeven van beelden op het kalenderscherm 1. Schuif de zoomregelaar tijdens de WEERGAVE modus tweemaal naar w (]).
Bekijken van Foto’s en Films op een televisiescherm 1. U dient de AV kabel te gebruiken die met de camera meegeleverd is om deze aan te sluiten op het televisietoestel. Geel Televisietoestel Wit AV kabel (meegeleverd) Audio Video (geluid) AUDIO IN ingangsaansluitingen (wit) VIDEO IN ingangsaansluiting (geel) USB/AV poort Let erop dat het 6 merkteken op de camera past op het 4 merkteken op de stekker van de AV kabel en sluit de kabel vervolgens aan op de camera.
4. Nu kunt u ook beelden weergeven en films weergeven zoals u gewoonlijk doet. BELANGRIJK! • U dient de [r] (OPNAME) en [p] (WEERGAVE) toetsen van de camera te configureren voor “Spanning aan” of “Spanning aan/uit” voordat u de camera aansluit op een televisietoestel voor het weergeven van beelden (pagina 142). • Het geluid wordt aanvankelijk door de camera weergegeven bij een maximaal geluidsvolume.
Andere weergavefuncties (WEERGAVE) Dit hoofdstuk geeft een verklaring van de menu items die u kunt gebruiken om instellingen te configureren en andere weergavebewerkingen uit te voeren. Zie pagina 62 voor informatie betreffende de menubewerkingen. Weergeven van een Diashow (Slideshow) op de camera (Diashow) Procedure [p] (WEERGAVE) * [MENU] * WEERGAVE indextab * Diashow Start Start de diashow.
Effect Selecteer het gewenste effect. Patroon 1 tot 5: Geeft achtergrondmuziek weer en oefent een beeldverandereffect uit. • De patronen 1 tot 4 hebben andere achtergrondmuziek maar ze gebruiken alle hetzelfde beeldverandereffect. • Patroon 5 kan enkel gebruikt worden voor het weergeven van foto’s terwijl de “Tussenpauze” instelling genegeerd wordt. • Het huidige beeldverandereffect wordt in de volgende gevallen automatisch gedeactiveerd.
1. Sluit de camera aan op uw computer (pagina’s 118, 128). Mocht u van plan zijn de muziekbestanden op te slaan op de geheugenkaart van de computer, let er dan op dat de kaart in de camera is geplaatst. 2. Voer één van de volgende bewerkingen uit om de geheugenkaart of het ingebouwde geheugen te openen. Hierdoor wordt de camera door de computer herkend als een Verwisselbare Schijf (Station).
Toepassen van een Artistiek effect (Kunsteffect) Procedure [p] (WEERGAVE) * Foto beeldscherm * [MENU] * WEERGAVE indextab * Kunsteffect U kunt een beeld omzetten in een artistiek beeld. Het omgezette beeld wordt opgeslagen in een formaat van 3 M (2048x1536 beeldpunten). Elk van de volgende kunsteffecten kan toegepast worden op een beeld: Olieverfschilderij, Waskrijt, Waterverf.
Monteren van een film op de camera (Filmbewerking) Procedure [p] (WEERGAVE) * Filmscherm van een te bewerken film * [MENU] * WEERGAVE indextab * Filmbewerking Met het Filmbewerking attribuut kunt u d.m.v. één van de volgende procedures een bepaald gedeelte van een film wegknippen. } Knippen (Tot-punt knippen) Knipt alles van het begin van de film tot de huidige plaats weg. ~ Knippen Knipt alles weg tussen twee punten.
3. Druk op [2] wanneer het filmbeeld wordt weergegeven waar u het knippunt wilt laten zijn. } Knippen (Tot-punt knippen) Druk op [2] wanneer het filmbeeld wordt weergegeven tot waar u het knippunt wilt laten zijn. 1 Druk op [2] wanneer het filmbeeld wordt ~ Knippen (Punt-tot-punt knippen) ¡ Knippen (Vanaf-punt knippen) 4. weergegeven vanaf waar u het knippunt wilt laten zijn. 2 Druk op [2] wanneer het filmbeeld wordt weergegeven vanaf waar u het tweede knippunt wilt laten zijn.
Optimaliseren van de helderheid van het beeld (Belichting) Procedure [p] (WEERGAVE) * Foto beeldscherm * [MENU] * WEERGAVE indextab * Belichting U kunt deze instelling gebruiken om de balans te optimaliseren tussen lichte delen en donkere delen in bestaande beelden. +2 Voert een hoger niveau van helderheidscorrectie uit dan de “+1” instelling. +1 Voert helderheidscorrectie uit. Annuleren Voert geen helderheidscorrectie uit.
Bijstellen van de witbalans (Witbalans) Procedure [p] (WEERGAVE) * Foto beeldscherm * [MENU] * WEERGAVE indextab * Witbalans U kunt m.b.v. de witbalansinstelling een lichtbrontype selecteren voor een opgenomen beeld, wat de kleuren van het beeld zal beïnvloeden. ¤ Daglicht Buiten bij goed weer ' Bewolkt Buiten, bewolkt tot regenachtig, in de schaduw van bomen, enz. “ Schaduw Bijzonder hoog temperatuurlicht, zoals in de schaduw van een gebouw, enz.
Veranderen van de helderheid van een bestaande foto (Helderheid) Procedure [p] (WEERGAVE) * Foto beeldscherm * [MENU] * WEERGAVE indextab * Helderheid U kunt één van de vijf instellingen van +2 (meest helder) tot en met –2 (minst helder) selecteren voor de helderheid. LET OP • De oorspronkelijke foto wordt in het geheugen bewaard en wordt niet gewist.
Gebruiken van kleurencorrectie om de kleuren van een oude foto te corrigeren (Kleurencorrectie) Procedure [p] (WEERGAVE) * Foto beeldscherm * [MENU] * WEERGAVE indextab * Kleurcorr. Met Kleurencorrectie kunt u de kleuren van een oude foto corrigeren. Het gecorrigeerde beeld wordt opgeslagen in een formaat van 2 M (1600x1200 beeldpunten). 1. Voer de bovenstaande bewerking uit. • Een beeld van de foto die u wilt herstellen verschijnt op het beeldscherm met een rode grenslijn er om heen.
Selecteren van beelden om af te drukken (DPOF afdr.) Procedure [p] (WEERGAVE) * Foto beeldscherm * [MENU] * WEERGAVE indextab * DPOF afdr. Zie pagina 113 voor nadere details. Beschermen van een bestand tegen wissen (Beveiligen) Procedure [p] (WEERGAVE) * [MENU] * WEERGAVE indextab * Beveiligen Beveiligt specifieke bestanden. 1Blader d.m.v. [4] en [6] door de bestanden totdat het te beschermen bestand wordt getoond. 2Selecteer d.m.v. [8] en [2] “Aan” en druk daarna op [SET] (instellen).
Bewerken van de datum en de tijd van een beeld (Datum/Tijd) Procedure [p] (WEERGAVE) * Foto beeldscherm * [MENU] * WEERGAVE indextab * Datum/Tijd [8] [2] Verander de instelling bij de plaats waar de cursor zich bevindt [4] [6] Verplaatst de cursor tussen instellingen [BS] (BEST SHOT) Schakelen over tussen het 12-uur en 24-uur formaat Druk op [SET] (instellen) om ze toe te passen wanneer de instellingen voor de datum en de tijd naar wens zijn.
Heraanpassen van de afmetingen van een foto (Form. Aanpassen) Procedure [p] (WEERGAVE) * Foto beeldscherm * [MENU] * WEERGAVE indextab * Form. Aanpassen U kunt het formaat van een foto verkleinen en het resultaat als een afzonderlijke foto opslaan. De oorspronkelijke foto blijft ook behouden. U kunt het formaat van een beeld aanpassen op één van drie beeldformaten: 10 M, 6 M, VGA.
Toevoegen van geluid aan een foto (Dubben) Procedure [p] (WEERGAVE) * Foto beeldscherm * [MENU] * WEERGAVE indextab * Dubben U kunt geluid toevoegen aan een foto nadat u deze opgenomen heeft. U kunt het geluid van een foto opnieuw opnemen wanneer u dat maar wilt. U kunt maximaal 30 seconden geluid opnemen voor een enkele foto. 1. 2. Druk op [SET] (instellen) om de geluidsweergave te starten. Resterende opnametijd Druk nogmaals op [SET] (instellen) om de geluidsopname te stoppen.
Weergavebewerkingen van Spraakopname Versneld voorwaarts/versneld achterwaarts [4] [6] Weergave/pauze [SET] (instellen) Bijstellen van het volume Druk op [2] en druk vervolgens op [8] [2]. Overschakelen tussen de inhoud van het display [8] (DISP) Stoppen van de weergave [MENU] • Het geluid van een Foto met geluid kan ook op een computer worden weergegeven met Windows Media Player of QuickTime.
Dynamische Foto U kunt de procedures in dit hoofdstuk gebruiken om ofwel een bewegend onderwerp of een stilonderwerp uit een foto te trimmen en dit toe te voegen in een andere foto of film. ™ Bewegend onderwerp Ander beeld Dynamische Foto beeld Creëren van een onderwerpbeeld dat ingevoegd wordt (Dynamische Foto) 1. Druk op [BS] en selecteer dan de “Dynamische Foto” scène. 2. Druk op [SET] (instellen), selecteer d.m.v. [8] en [2] het “Onderw. Type” en druk daarna op [SET] (instellen). 3.
4. Druk op [SET] (instellen), selecteer d.m.v. [8] en [2] “Aantal foto’s” en druk daarna op [SET] (instellen). 5. Selecteer d.m.v. [8] en [2] ofwel “1” of “2” en druk vervolgens op [SET] (instellen). Om onder deze omstandigheden op te nemen: Het onderwerp tegen een complexe achtergrond 6. Selecteer Selecteer deze optie: deze instelling: 2 U dient tweemaal op te nemen om het onderwerp te extraheren.
7. Maak de compositie van het beeld nogmaals maar deze maal zonder het onderwerp dat u er uit wilt halen (extraheren). Denk erom dat de beeldcompositie zo dicht mogelijk moet zijn bij de beeldcompositie in stap 6. Dit tweede beeld laat de camera weten welk gedeelte van het beeld in stap 3 moet worden getrimd.
Extraheren van tekst van een beeld U kunt tekst schrijven op een vel blanko papier, er een beeld van opnemen en de tekst extraheren om toe te voegen aan een beeld. 1. Druk op [BS] en selecteer dan de “Dynamische Foto” scène. 2. Druk op [SET] (instellen), selecteer d.m.v. [8] en [2] “Aantal foto’s” en druk daarna op [SET] (instellen). 3. Selecteer d.m.v. [8] en [2] “Tekst” en druk daarna op [SET] (instellen). 4. Druk op de sluitertoets om op te nemen wat opgeschreven is op het vel papier.
3. Als u een onderwerp toevoegt aan een film, zal een beeld verschijnen op het beeldscherm dat de plaats van het onderwerp in de film naar schatting aangeeft. Verschuif d.m.v. [4] en [6] de plaats naar de gewenste positie. Druk op [SET] (instellen) als u klaar bent. Voeg de plaats toe • Als u een onderwerp in een film voegt zal de resulterende film maximaal 20 seconden lang zijn. Alles voor en na de invoeging wordt afgekapt.
Bekijken van een Dynamisch Foto (Dynamisch Fotobestand) 1. Druk op [p] (WEERGAVE) en toon vervolgens m.b.v. [4] en [6] de dynamische foto die u wilt bekijken. 2. Druk op [SET] als u het onderwerp van de Dynamische Foto wilt zien bewegen. De Dynamische Foto wordt herhaald als een doorlopende lus (oneindige herhaling). • Het bewegen van het onderwerp start ook automatisch twee seconden nadat u een Dynamische Foto getoond heeft.
Afdrukken Afdrukken van foto’s Professionele afdrukdienst U kunt een geheugenkaart met de foto’s die u wilt afdrukken meenemen naar een professionele afdrukdienst en ze laten afdrukken. Afdrukken op een printer thuis Het maken van afdrukken op een printer met een geheugenkaartgleuf U kunt een printer met een geheugenkaartgleuf gebruiken om beelden direct van een geheugenkaart af te drukken. Zie de gebruiksaanwijzing die met de printer wordt mee geleverd voor nadere details.
Direct aansluiten op een printer die compatibel is met PictBridge U kunt de camera direct op een printer aansluiten die PictBridge ondersteunt en dan beelden afdrukken zonder dit via een computer te doen. . Instellingen maken bij de camera voordat u hem aansluit op een printer 1. Schakel de camera in en druk op [MENU]. 2. Selecteer bij de “Instellen” indextab “USB” en druk vervolgens op [6]. 3. Selecteer “PTP (PictBridge)” d.m.v. [8] en [2] en druk daarna op [SET] (instellen). .
. Afdrukken 1. Schakel de printer in en plaats het papier. 2. Schakel de camera in. Hierdoor wordt het afdruk menuscherm weergegeven. 3. Selecteer d.m.v. [8] en [2] “Papierformaat” en druk daarna op [6]. 4. Selecteer d.m.v. [8] en [2] een papierformaat en druk daarna op [SET] (instellen). • Hieronder volgen de beschikbare papierformaten. 3.5"x5", 5"x7", 4"x6", A4, 8.5"x11", Met printer • Door selecteren van “Met printer” wordt afgedrukt op het papierformaat dat op de printer wordt geselecteerd.
Gebruiken van DPOF om beelden te specificeren die afgedrukt dienen te worden en het aantal afdrukken . Digitaal Afdruk Order Formaat (DPOF = Digital Print Order Format) DPOF is een standaard die het mogelijk maakt om informatie voor het beeldtype, het aantal kopieën en het tijdstempel aan/uit aan te brengen op de geheugenkaart met de beelden.
. Dezelfde DPOF instellingen voor alle beelden configureren Procedure [p] (WEERGAVE) * Foto beeldscherm * [MENU] * WEERGAVE indextab * DPOF afdr. * Alle beelden 1. Specificeer d.m.v. [8] en [2] het gewenste aantal afdrukken per beeld. U kunt maximaal een waarde van 99 specificeren. Specificeer 00 als u het beeld niet wilt afdrukken. • Als u de datum bij de beelden wilt hebben, druk dan op [BS] zodat “Aan” getoond wordt voor datumafstempeling. 2. Druk op [SET] (instellen).
. Datumafstempeling U kunt één van de volgende drie methoden gebruiken om de opnamedatum op te nemen in de afdruk van een beeld. Configureren van de instellingen van de camera Configureer de DPOF instellingen (pagina 113). U kunt de datumafstempeling telkens als u afdrukken maakt in- en uitschakelen. U kunt de instellingen zodanig configureren dat sommige beelden de datumafstempeling hebben en andere beelden niet. Configureren van de instellingen van het tijdstempel bij de camera (pagina 140).
Gebruiken van de camera met een computer Wat u kunt doen m.b.v. een computer... U kunt de hieronder beschreven bewerkingen uitvoeren wanneer de camera aangesloten is op een computer. Beelden opslaan op een computer en ze daar bekijken • Beelden opslaan en ze met de hand bekijken (USB aansluiting) (pagina’s 118, 127). • Stuur beelden automatisch over naar een computer via een draadloze LAN voor het bekijken (Eye-Fi) (pagina 131).
Gebruiken van de camera met een Windows computer Installeer de vereiste software in overeenstemming met de versie van Windows die u draait en wat u wilt doen. Wanneer u dit wilt doen: Besturingssysteem versie Opslaan van beelden op een computer en ze daar met de hand bekijken Windows 7 / Windows Het is niet nodig te Vista / Windows XP / installeren. Windows 2000 118 Films weergeven Het is niet nodig te installeren.
. Computersysteem vereisten voor meegeleverde software De systeemvereisten voor uw computer verschillen afhankelijk van elke applicatie. Zie het “Lees mij” bestand dat met elke applicatie wordt meegeleverd voor details. Informatie aangaande de vereisten voor het computersysteem kunnen gevonden worden onder “Computersysteem vereisten voor meegeleverde software (meegeleverde CD-ROM)” op pagina 159 van deze handleiding. .
4. Schakel de camera uit en sluit deze daarna d.m.v. de met de camera meegeleverde USB kabel aan op uw computer. USB poort USB kabel Grote aansluitstekker • De camera verkrijgt geen spanning via de USB kabel. Zorg ervoor dat de accu van de Kleine aansluitstekker camera volledig opgeladen is voordat u USB/AV de aansluiting maakt.
8. Klik met de rechterknop op de “DCIM” map. 9. Klik “Kopiëren” op het snelkoppelingsmenu dat verschijnt. 10. Windows 7 / Windows Vista gebruikers: Klik “Start” en daarna op “Documenten”. Windows XP gebruikers: Klik “Start” en daarna op “Mijn Documenten”. Windows 2000 gebruikers: Dubbelklik op “Mijn Documenten” om die map te openen.
3. Dubbelklik op het beeld dat u wilt bekijken. • Voor informatie aangaande bestandsnamen zie “Geheugenmapstructuur” op pagina 134 voor meer informatie. • Een beeld dat geroteerd was op de camera wordt op het beeldscherm van de computer weergegeven met de oorspronkelijke (niet-geroteerde) oriëntatie. Gebruik uw computer nooit om beeldbestanden die opgeslagen zijn in het ingebouwde geheugen van de camera of op de geheugenkaart te veranderen, te wissen, te verplaatsen of een nieuwe naam te geven.
. Voorzorgsmaatregelen voor filmweergave • Zorg ervoor dat u de filmdata naar de harde schijf van uw computer verplaatst voordat u probeert deze weer te geven. Correcte weergave van de film kan mogelijk niet plaatsvinden bij data waartoe toegang is verkregen via een netwerk, vanaf een geheugenkaart, enz. • Correcte weergave van de film kan mogelijk niet plaatsvinden bij bepaalde computers. Mocht u problemen ondervinden, probeer dan het volgende.
. Uploaden van een filmbestand naar YouTube • Voordat u YouTube Uploader for CASIO kunt gebruiken dient u naar de YouTube website te gaan (http://www.youtube.com/) en u zich daar als gebruiker te registreren. • U mag geen videos uploaden waarop auteursrechten rusten (inclusief eventuele naburige auteursrechten) tenzij u zelf in het bezit bent van de auteursrechten of als u toestemming heeft van de houder(s) van de auteursrechten in kwestie.
Oversturen van beelden van uw computer naar het geheugen van de camera Teneinde beelden over te sturen van het geheugen van uw computer naar de camera dient u Photo Transport op uw computer te installeren van de CD-ROM die met de camera wordt meegeleverd. . Installeren van Photo Transport 1. Selecteer “Photo Transport” op het CD-ROM menuscherm. 2. Installeer Photo Transport na de informatie te hebben gelezen over de installatie condities en de systeemvereisten in het “Lees mij” bestand. .
. Oversturen van computerscherm vastlegdata naar de camera 1. Sluit de camera aan op uw computer (pagina 118). 2. Klik bij uw computer op het volgende: Start * Alle Programma’s * CASIO * Photo Transport. Hierdoor wordt Photo Transport gestart. 3. Hierdoor wordt het scherm getoond waarvan u de schermvastlegdata wilt oversturen. 4. Klik op de [Opnemen] toets. 5. Trek een grenslijn rondom het gebied dat u wilt opnemen.
Geef Dynamische Foto beelden weer op uw EXILIM, op een computer of op een zaktelefoon U kunt bewegende onderwerpen (geanimeerde karakters) kopiëren van uw computer naar de EXILIM. U kunt Dynamische Photo beelden ook omzetten naar films en ze naar een zaktelefoon sturen voor weergave. Om dergelijke functies uit te voeren dient u Dynamic Photo Manager op uw computer te installeren vanaf de CD-ROM die meegeleverd wordt met uw EXILIM.
Gebruiken van de camera met een Macintosh computer Installeer de vereiste software in overeenstemming met onder welke Macintosh OS versie u draait en wat u wilt doen. Wanneer u dit wilt doen: BesturingssysInstalleer deze software: teem versie Opslaan van beelden op uw Macintosh en ze daar met de hand bekijken. OS 9 OS X Automatisch OS 9 opslaan van beelden op uw Macintosh/ OS X Beheren van beelden Films weergeven OS 9 / OS X Zie pagina: Het is niet nodig te installeren.
. Aansluiten van de camera op uw computer en opslaan van bestanden 1. Schakel de camera in en druk op [MENU]. 2. Selecteer bij de “Instellen” indextab “USB” en druk vervolgens op [6]. 3. Selecteer “Mass Storage” (massa-opslag) d.m.v. [8] en [2] en druk daarna op [SET] (instellen). 4. Schakel de camera uit en sluit deze daarna d.m.v. de met de camera meegeleverde USB kabel aan op uw Macintosh. USB poort USB kabel Grote aansluitstekker • De camera verkrijgt geen spanning via de USB kabel.
6. Dubbelklik op de stationicoon van de camera. 7. Sleep de “DCIM” map naar de map waarnaar u het wilt kopiëren. 8. Sleep de stationicoon naar Prullenbak nadat het kopiëren voltooid is. 9. Druk op [ON/OFF] (spanning aan/uit) van de camera om deze uit te schakelen. Verbreek de aansluiting tussen de camera en de computer nadat u gecontroleerd heeft dat de achterindicator niet brandt. . Bekijken van gekopieerde beelden 1. Dubbelklik op de stationicoon van de camera. 2.
Automatisch oversturen van beelden en ze beheren op uw Macintosh Mocht u onder Mac OS X draaien, dan kunt u foto’s beheren met iPhoto, dat meegeleverd wordt met sommige Macintosh producten. U dient commercieel verkrijgbaar software te gebruiken als u onder Mac OS 9 draait. Weergeven van een film U kunt films weergeven op een Macintosh d.m.v. de QuickTime applicatie die meegeleverd wordt met uw besturingssysteem.
Bekijken van gebruikersdocumentatie (PDF bestanden) U moet Adobe Reader of Adobe Acrobat Reader reeds op uw computer geïnstalleerd hebben om de inhoud van een PDF bestand te kunnen bekijken. Indien dit niet het geval is, ga dan naar de website van Adobe Systems Incorporated en installeer Acrobat Reader. 1. Open de “Manual” (handleiding) map op de CD-ROM. 2. Open de “Digital Camera” (digitale camera) map en open dan de map voor de taal waarvan u de gebruiksaanwijzing wilt bekijken. 3.
BELANGRIJK! • Vooropgenomen beelden worden via een draadloze LAN overgebracht. Gebruik de Eye-Fi kaart niet of schakel Eye-Fi kaartcommunicatie (pagina 136) uit wanneer u zich aan boord van een vliegtuig bevindt of op een andere plaats waar het gebruik van draadloze communicatie beperkt of verboden is. • Door een Eye-Fi kaart te laden zal de Eye-Fi indicator op het beeldscherm verschijnen. De transparante of niet-transparante verschijning geeft de communicatiestatus aan zoals hieronder wordt getoond.
Bestanden en mappen De camera creëert een bestand en slaat het elke maal op wanneer u een foto of film opneemt of een andere bewerking uitvoert waarbij data worden opgeslagen. Bestanden worden gegroepeerd door ze in mappen op te slaan. Elk bestand en map heeft haar eigen unieke naam. • Zie “Geheugenmapstructuur” (pagina 134) voor nadere details over hoe mappen in het geheugen zijn georganiseerd.
Geheugenkaartdata Deze camera slaat beelden die u opneemt op in overeenkomst met het DCF (Design rule for Camera File System) protocol. . Betreffende het DCF protocol De volgende bewerkingen worden ondersteund voor beelden die voldoen aan de DCF-norm. Merk echter op dat CASIO geen garantie geeft inzake de prestaties betreffende deze bewerkingen. • Oversturen van de beelden in deze camera die overeenkomen met de DCF-norm naar een camera van een ander merk en ze dan bekijken.
. Ondersteunde beeldbestanden • Beeldbestanden die opgenomen zijn met deze camera • Beeldbestanden die in overeenkomst zijn met het DCF protocol Deze camera kan mogelijk een beeld niet weergeven zelfs als het in overeenkomst is met het DCF protocol. Het tonen van een beeld dat opgenomen was met een andere camera kan mogelijk lang op zich laten wachten voordat het op het beeldscherm van deze camera verschijnt. .
Andere instellingen (Instellen) Dit hoofdstuk geeft uitleg over de menu items die u kunt gebruiken om instellingen te configureren en andere bewerkingen uit te voeren tijdens zowel de OPNAME en WEERGAVE modus. Zie pagina 62 voor informatie betreffende de menubewerkingen. Bijstellen van de helderheid van het beeldscherm (Scherm) Procedure [MENU] * Instellen indextab * Scherm U kunt u de helderheid van het beeldscherm veranderen.
Configureren van geluidsinstellingen bij de camera (Geluiden) Procedure [MENU] * Instellen indextab * Geluiden Start Halfsluiter Sluiter Specificeert het startgeluid. Geluid 1 - 5: Ingebouwde geluiden (1 - 5) Uit: Geluid uit Werking = Bewerking Specificeert het geluidsvolume. Deze instelling wordt ook gebruikt als het geluidsniveau tijdens het video uitgangssignaal (pagina 87). = Weergave Specificeert het volume van de film en het geluidsuitgangssignaal van foto’s met geluid.
Specificeren van de methode voor het aanmaken van een serienummer voor een bestandnaam (Bestand nr.) Procedure [MENU] * Instellen indextab * Bestand nr. Volg de volgende procedure om de methode te specificeren die bepaalt hoe serienummers aangemaakt worden die in de bestandsnamen worden gebruikt (pagina 133). Vertelt de camera dat deze het laatst gebruikte bestandnummer moet onthouden.
Configureren van de wereldtijd instellingen (Wereldtijd) Procedure [MENU] * Instellen indextab * Wereldtijd U kunt het wereldtijdscherm gebruiken om de huidige tijd te bekijken in een zone die afwijkt van die van uw thuisstad wanneer u op reis gaat, enz. De wereldtijd toont de huidige tijd in 162 steden in 32 tijdzones rond de gehele wereld. 1. Selecteer d.m.v. [8] en [2] “Wereld” en druk daarna op [6].
Tijdstempel van foto’s (Tijdstempel) Procedure [MENU] * Instellen indextab * Tijdstempel U kunt de camera configureren om alleen de opnamedatum van de foto of de datum en de tijd te stempelen in de rechter onderhoek van het elk beeld. • Nadat de informatie voor de datum en de tijd eenmaal gestempeld is in een foto, kan deze niet veranderd of gewist worden.
Specificeren van de datumstijl (Datumstijl) Procedure [MENU] * Instellen indextab * Datumstijl U kunt kiezen uit drie verschillende stijlen voor de datum. Voorbeeld: Juli, 10, 2012 JJ/MM/DD 12/7/10 DD/MM/JJ 10/7/12 MM/DD/JJ 7/10/12 • Deze instelling heeft ook invloed op het datumformaat op het controlepaneel zoals hieronder aangegeven (pagina 31). JJ/MM/DD of MM/DD/JJ: MM/DD DD/MM/JJ: DD/MM Specificeren van de displaytaal (Language) Procedure [MENU] * Instellen indextab * Language .
Bevestigen van de sluimerinstellingen (Sluimer) Procedure [MENU] * Instellen indextab * Sluimer Dit attribuut schakelt het beeldscherm uit telkens wanneer geen camerabewerking wordt uitgevoerd voor een vooringestelde hoeveelheid tijd. Druk op een willekeurige toets om het beeldscherm opnieuw in te schakelen. Activeringstijd instellingen: 30 sec, 1 min, 2 min, Uit (Sluimeren is gedeactiveerd terwijl “Uit” geselecteerd is.) • Sluimeren is gedeactiveerd onder de volgende omstandigheden.
Configureren van de [r] en [p] instellingen (OPNAME/WEERGAVE) Procedure [MENU] * Instellen indextab * REC/PLAY Spanning aan De camera wordt ingeschakeld wanneer [r] (OPNAME) of [p] (WEERGAVE) ingedrukt wordt. Spanning aan/uit De camera wordt in- of uitgeschakeld wanneer [r] (OPNAME) of [p] (WEERGAVE) ingedrukt wordt. Uitschakelen De camera wordt niet in- of uitgeschakeld wanneer [r] (OPNAME) of [p] (WEERGAVE) ingedrukt wordt.
Configureren van de USB protocol instellingen (USB) Procedure [MENU] * Instellen indextab * USB U kunt de onderstaande procedure gebruiken om het USB communicatieprotocol te selecteren wat gebruikt wordt bij het uitwisselen van data met een computer, printer of andere externe apparatuur. Mass Storage Selecteer deze instelling wanneer u een aansluiting met een computer tot stand brengt (pagina’s 118, 128). Bij deze instelling beschouwt de computer de camera als een extern opslagmedium.
Formatteren van het ingebouwde geheugen of van een geheugenkaart (Formatteren) Procedure [MENU] * Instellen indextab * Formatteren Als een geheugenkaart zich in de camera bevindt zal deze bewerking de geheugenkaart formatteren. Het zal het ingebouwde geheugen formatteren als geen geheugenkaart ingelegd is. • De formatteerbewerking zal de gehele inhoud van de geheugenkaart of het ingebouwde geheugen wissen. Dit kan niet ongedaan worden gemaakt.
Configureren van instellingen op het beeldscherm U kunt de display informatie in- en uitschakelen door te drukken op [8] (DISP). U kunt afzonderlijke instellingen configureren voor de OPNAME en WEERGAVE modi. Informatiedisplay aan Toont informatie betreffende de beeldinstellingen, enz. Informatiedisplay + Histogram aan Schakelt het tonen van de camera instelling en andere indicators in, samen met een histogram (pagina 147).
Gebruiken van het histogram Een histogram is een grafiek die de helderheid van een beeld voorstelt uitgedrukt in het aantal beeldpunten. De verticale as stelt het aantal beeldpunten voor terwijl de horizontale as de helderheid aangeeft. Mocht het histogram er om de één of andere reden te eenzijdig uit zien, dan kunt u m.b.v. de EV verschuiving de balans naar links of rechts bewegen om zo een betere balans te verkrijgen.
Appendix Voorzorgsmaatregelen voor het gebruik . Vermijd het gebruik terwijl u in beweging bent • Probeer de camera nooit te gebruiken om beelden op te nemen of weer te geven terwijl u een auto of een ander voertuig aan het besturen bent of terwijl u aan het lopen bent. Als u naar het beeldscherm kijkt terwijl u in beweging bent, kan dit het gevaar op een ernstig ongeluk met zich meebrengen. .
. Rook, een vreemde geur, oververhitting en andere abnormale omstandigheden • Als het gebruik van de camera wordt voortgezet terwijl er rook of een vreemde geur uitkomt of terwijl de camera oververhit is, brengt dit het gevaar op brand en elektrische schok met zich mee. Voer de volgende stappen onmiddellijk uit mocht één van de bovengenoemde symptomen zich voordoen. 1. Schakel de camera uit. 2. Verwijder de accu dan uit de camera en let er daarbij op dat u zichzelf beschermt tegen brandwonden. 3.
. Te vermijden plaatsen • Laat de camera nooit achter op één van de volgende soort plaatsen. Dit kan het risico op brand en elektrische schok met zich meebrengen.
• Mocht u ooit tijdens het gebruik, het laden of het opslaan van een accu opmerken dat hij lekt, een vreemde geur afgeeft, verkleuringen of vervormingen vertoont of mochten er zich andere abnormale omstandigheden voordoen, koppel de accu dan onmiddellijk van de camera of van de oplaadeenheid en houd hem uit de buurt van open vuur. • Gebruik de accu niet en laat hem niet achter in het directe zonlicht, binnenin een afgesloten voertuig of op andere plaatsen die blootstaan aan hoge temperaturen.
. Voorzorgsmaatregelen bij data foutlezingen Uw digitale camera is vervaardigd met digitale precisieonderdelen. Bij elk van de volgende omstandigheden bestaat het gevaar op het beschadigen van de data in het camerageheugen.
. Onderhoud van uw camera • Raak de lens of het flitservenster nooit met uw vingers aan. Vingerafdrukken, stof en anderszins bevuilen van het lensoppervlak kan de juiste werking van de camera belemmeren. Houd de lens en het flitservenster met een lensblazer vrij van stof en vuil en veeg ze voorzichtig af met een zachte, droge doek. • Veeg om deze te reinigen de camera af met een zachte, droge doek. .
. Andere voorzorgsmaatregelen Tijdens het gebruik kan de camera ietwat warm worden. Dit is normaal en duidt niet op een defect. . Auteursrechten Met uitzondering van het gebruik voor uw eigen genoegen is het ongeauthoriseerde gebruik van foto’s of films van beelden waarvan de rechten aan andere toebehoren zonder de toestemming van de betreffende auteursrechten in overtreding met de wetgeving op auteursrechten. In bepaalde gevallen kan het filmen van openbare optredens, shows, tentoonstellingen, enz.
Ongeautoriseerd commercieel kopiëren, distribueren en kopiëren van de meegeleverde software via een netwerk is verboden. Dit product bevat PrKERNELv4 Real-time OS van eSOL Co., Ltd. Auteursrechten © 2007 eSOL Co., Ltd. PrKERNELv4 is een geregistreerd handelsmerk van eSOL Co., Ltd. in Japan. Dit product bevat de software van FotoNation, Inc. FotoNation is een geregistreerd handelsmerk van FotoNation, Inc. FaceTracker is een geregistreerd handelsmerk van FotoNation, Inc.
Vervangen van de accu 1. Open het accudeksel en verwijder de huidige accu. Stopnok Houd de kant van de camera met het beeldscherm naar boven en schuif de stopnok in de richting die wordt aangegeven door de pijl in de afbeelding. Nadat de accu los is gaan zitten, kunt u deze in zijn geheel uit de camera trekken. 2. Plaats een nieuwe accu. Voorzorgsmaatregelen voor de accu .
In het buitenland gebruiken van de camera . Voorzorgsmaatregelen voor het gebruik • De meegeleverde acculader is ontworpen voor werking met stroombronnen tussen 100 V en 240 V wisselstroom, 50/60 Hz. Merk echter op dat de vorm van de stekker van het netsnoer verschilt afhankelijk van het land of het gebied. Voordat u de camera en de netadaptor meeneemt op reis, kunt u beter eerst bij uw reisbureau navragen wat de vereisten voor het lichtnet op de plaats van bestemming zijn.
. Gebruiken van een geheugenkaart • SD geheugenkaarten en SDHC geheugenkaarten zijn Schrijven is uitgevoerd met een schrijfbeveiligingsschakelaar. geactiveerd Gebruik deze schakelaar om te beschermen tegen het onverhoeds uitwissen van data. Merk echter op dat als u een SD geheugenkaart beveiligt, u de Schrijven is schrijfbeveiliging moet uitschakelen telkens wanneer u gedeactiveerd op de kaart wilt opnemen, hem wilt formatteren of één van de beelden wilt uitwissen.
Computersysteem vereisten voor meegeleverde software (meegeleverde CD-ROM) De systeemvereisten voor uw computer verschillen afhankelijk van elke applicatie. Let er dus op de vereisten te checken voor die bepaalde applicatie die u probeert te gebruiken. Merk op dat de hier gegeven waarden minimale vereisten zijn voor het draaien van elke applicatie. De feitelijke vereisten zijn zwaarder afhankelijk van het aantal beelden en de grootte van de beelden die worden gehanteerd.
Terugstellen van de oorspronkelijke default instellingen De tabellen in dit hoofdstuk tonen de oorspronkelijke default instellingen die geconfigureerd zijn voor elk item op het menu (door op [MENU] te drukken worden ze getoond) nadat u de camera terugsteld (reset) (pagina 145). De items in de menu’s hangen af van of de OPNAME modus of de WEERGAVE modus ingeschakeld is bij de camera. • Een streepje (–) geeft een item aan waarvan de instelling niet wordt teruggesteld of waarvoor geen resetinstelling is.
“Kwaliteit” indextab SR Kwaliteit Uit Witbalans Automatisch SR Zoom Aan ISO Automatisch Formaat 14 M (4320x3240) Meten B Meervoudig Belichting Aan Kleurenfilter Uit Scherpte 0 Verzadiging 0 Contrast 0 Flitsintensiteit 0 T Kwaliteit (Foto’s) Normaal » Kwaliteit (Films) HD Effect Uit EV verschuiving 0.
. WEERGAVE modus “WEERGAVE” indextab Beelden: Alle beelden / Tijd: 30 min / Tussenpauze: 3 sec / Effect: Patroon 1 Helderheid 0 Keystone – Kleurcorr. – DPOF afdr. – Dynamische Foto Beveiligen – – Datum/Tijd – Filmconverter – Rotatie – Kunsteffect – Form.
Wanneer niet alles van een leien dakje gaat... Oplossen van moeilijkheden Probleem Mogelijke oorzaak en aanbevolen maatregel Stroomvoorziening Spanning gaat niet aan. 1)De accu kan verkeerd om geplaatst zijn (pagina 15). 2)De accu kan leeg zijn. Laad de accu op (pagina 14). Als de accu na het opladen weer snel leeg raakt, betekent dit dat de accu het einde van zijn levensduur heeft bereikt en dient te worden vervangen. Schaf een los verkrijgbare oplaadbare CASIO NP-110 lithium-ion accu aan.
Probleem Mogelijke oorzaak en aanbevolen maatregel Het onderwerp bevindt zich buiten het scherpstelgebied van het opgenomen beeld. Mogelijk is niet goed scherpgesteld op het beeld. Bij het samenstellen van het beeld dient u er op te letten dat het onderwerp zich binnen het scherpstelkader bevindt. De flitser flitst niet. 1)Als ? (Flits Uit) is geselecteerd als de flitserfunctie, schakel dan over op een andere functie (pagina 35). 2)Laad de accu op (pagina 14) als deze leeg is.
Probleem Mogelijke oorzaak en aanbevolen maatregel Digitale ruis in de beelden. 1)De gevoeligheid wordt mogelijk automatisch verhoogd voor donkere onderwerpen, hetgeen tevens de kans verhoogt op digitale ruis. Verlicht het onderwerp door een licht of schijnwerper o.i.d. 2)U bent misschien aan het opnemen op een donkere plaats met ? (Flits Uit) geselecteerd hetgeen de digitale ruis verhoogt en beelden korreliger doet lijken.
Probleem Mogelijke oorzaak en aanbevolen maatregel Digitale zoom 1)De digitale zoominstelling is mogelijk uitgeschakeld. Schakel (inclusief HD zoom digitale zoom in (pagina 71). en SR zoom) werkt 2)De datumafstempeling is mogelijk ingeschakeld waardoor niet. De zoom digitale zoom gedeactiveerd is. Schakel de staafindicator geeft datumafstempeling uit (pagina 140).
Probleem Mogelijke oorzaak en aanbevolen maatregel Overige Een verkeerde datum en tijd worden getoond of een verkeerde datum en tijd worden samen met de beelddata opgeslagen. De instelling voor de datum en tijd is verkeerd. Stel de juiste datum en tijd in (pagina 140). De boodschappen op het display zijn in een verkeerde taal. Een verkeerde taal is geselecteerd. Verander de instelling van de displaytaal (pagina 141). Beelden kunnen niet via een USB aansluiting worden overgestuurd.
Probleem Mogelijke oorzaak en aanbevolen maatregel De instellingen voor de datum en tijd die u configureerde de eerste maal na de aanschaf van de camera worden teruggesteld op de defaultinstellingen wanneer de accu uit de camera wordt gehaald. Leg de accu in de camera en configureer de instellingen voor de tijd en datum opnieuw (pagina 17). Verwijder de accu niet uit de camera voor minstens 24 uur nadat u de instellingen voor de datum en de tijd geconfigureerd heeft.
Er trad een probleem op bij de geheugenkaart. Schakel de camera uit, verwijder de geheugenkaart en steek hem opnieuw in de camera. Mocht dezelfde boodschap verschijnen wanneer u de camera opnieuw inschakelt, formatteer dan de geheugenkaart (pagina 145). Kaart FOUT BELANGRIJK! • Het formatteren van de geheugenkaart wist alle bestanden op de kaart uit. Probeer eerst eventuele herstelbare bestanden naar een computer of een ander opslagmedium over te sturen voordat u gaat formatteren.
Geen onderwerp in geheugen. Gebruik Er is geen geëxtraheerd onderwerp in het geheugen van de BS “Dynamische camera dat in een achtergrondbeeld kan worden ingevoegd. Foto” voor filmen onderwerp. Fout bij afdrukken Er trad een fout op tijdens het afdrukken. • De printer is uitgeschakeld. • De printer bracht een foutmelding te weeg. Opnamefout Beeldcompressie kon om de één of andere reden niet worden uitgevoerd tijdens het opslaan van data. Neem het beeld opnieuw op.
Aantal foto’s/Filmopnametijd/Spraakopnametijd Foto Beeldformaat (beeldpunten) 14 M (4320x3240) 3:2 (4320x2880) 16:9 (4320x2432) 10 M (3648x2736) 6M (2816x2112) 3M (2048x1536) VGA (640x480) Beeldkwaliteit Fijn Formaat van Ingebouwd geheugen het (Ca.
Films Grootte van Ingebouwd SD het bestand geheugen geheugenkaart van een (Ca.
Technische gegevens Bestandformaat Foto’s: JPEG (Exif versie 2.3); DCF 2.
Belichtingscompensatie –2,0 EV tot en met +2,0 EV (in stappen van 1/3 EV) Sluiter CCD sluiter, mechanische sluiter Sluitertijd Foto (Automatisch): 1/2de tot en met 1/1000ste seconde Foto (Nachtscène) : 4 tot en met 1/1000ste seconde * Kan afwijken door de basisinstelling van de camera. Lensopeningwaarde F2.8 (W) - F7.9 (W) (groothoek) (bij gebruik met een ND filter) * Het gebruik van de optische zoom verandert de lensopeningswaarde.
Externe aansluiting USB poort (Hi-Speed USB compatibel) / AV uitgangsaansluiting (NTSC/PAL) Microfoon Mono Luidspreker Mono Stroomvereisten Oplaadbare lithium-ion accu (NP-110) x1 Levensduur accu naar schatting Alle hieronder gegeven waarden stellen de hoeveelheid naar schatting voor bij normale temperaturen (23°C) voordat de camera uitgeschakeld wordt. Deze waarden worden niet gegarandeerd. Een lage temperatuur zal de gebruiksduur van de accu verkorten.
. Oplaadbare lithium-ion accu (NP-110) Nominale spanning 3,7 V Nominale capaciteit 1200 mAh Bedrijfstemperatuur vereisten 0 tot en met 40°C Afmetingen 37,5 (W) x 44,9 (H) x 7,0 (D) mm (exclusief uitsteeksels) Gewicht Ongeveer 25 g .
CASIO COMPUTER CO.,LTD.
D Het onderste uit de kan halen met Dynamic Photo Voor een schat aan informatie betreffende Dynamic Photo inclusief voorbeelden, uitleg en hoe u Dynamic Photo beelden kunt gebruiken en nog veel meer, bezoek de speciale Dynamic Photo internet site op: http://dp.exilim.com/ Deze handleiding geeft een inleiding over Dynamic Photo, wat u een geheel nieuwe manier geeft om van digitaal imaging te genieten. • Alle scherm afbeeldingen die gegeven worden in deze handleiding zijn in het Engels.
Dynamic Photo! Een totaal nieuwe manier om van digitale fotografie te genieten! Dynamic Photo maakt het het gemakkelijk een bewegend onderwerp uit een serie beelden te trimmen en bij andere beelden toe te voegen! Door een eenvoudige bewerking op de camera wordt een bewegend onderwerp automatisch geëxtraheerd door maximaal 20 doorlopende sluiterbeelden te trimmen.
Gebruiken van de geëxtraheerde Dynamic Photo voorbeeldonderwerpen Uw digitale camera is voorzien van een aantal geëxtraheerde voorbeeldonderwerpen in het ingebouwde geheugen. U kunt deze voorbeeldonderwerpen gebruiken om het creëren van Dynamic Photo beelden te oefenen door ze aan originele foto’s of films toe te voegen. Stap 1: Maak het beeld waaraan u een geëxtraheerde voorbeeldonderwerp wilt toevoegen. 1. Verwijder de geheugenkaart uit de camera (als er één ingelegd is).
5. Gebruik de zoomregelaar om de grootte van het onderwerp te gebruiken en stel de positie in d.m.v. [8], [2], [4] en [6]. Druk op [SET] (instellen) wanneer alles naar wens is. Hierdoor wordt het geëxtraheerde voorbeeldonderwerp toegevoegd aan een ander beeld en wordt een Dynamic Photo beeld gecreëerd. 6. Nadat het creëren van het Dynamic Photo beeld voltooid is, verschijnt het voltooide beeld met het ingevoegde bewegende onderwerp op het beeldscherm.
Creëren van een Dynamic Photo beeld Stap 1: Neem het onderwerp op. Dynamic Photo beelden worden gecreëerd door het onderwerp uit het ene beeld te lichten en aan een ander beeld (foto of film) toe te voegen. De term “onderwerp” zoals die hier wordt gebruikt, betekent wat u uit het eerste beeld extraheert, of licht of trimt. Voer de volgende stappen uit om het onderwerp op te nemen en te extraheren.
3. Neem eerst het onderwerp op. De beste resultaten kunnen worden verkregen met de camera op een statief. Druk met de camera op het bewegende onderwerp gericht op de sluitertoets om op te nemen. Als u “Beweg. Onderw.” selecteerde, zal de camera een serie doorlopende sluiterbeelden opnemen gedurende enkele seconden. Laat het onderwerp eerst met de hand zwaaien of • Om goede trimresultaten te verkrijgen...
Klaar! De camera vergelijkt de beelden die u opnam in de stappen 3 en 4 en extraheert het onderwerp. Het beeld met het geëxtreheerde onderwerp verschijnt op het beeldscherm. Als u “Beweg. Onderw.” selecteerde, zullen de 20 onderwerpbeelden die opgenomen waren over het beeld rollen waardoor de schijn van beweging wordt gewekt. • De achtergrond die u opnam wordt niet opgeslagen. Alleen de 20 getrimde onderwerpbeelden worden opgeslagen.
4. Selecteer d.m.v. [4] en [6] het onderwerp dat u wilt toevoegen en druk daarna op [SET] (instellen). * Alleen onderwerpen die aan andere beelden kunnen worden toegevoegd verschijnen op dat moment. 5. Als u een onderwerp toevoegt aan een film, zal een beeld verschijnen op het beeldscherm dat de plaats van het onderwerp in de film naar schatting aangeeft. Verschuif d.m.v. [4] en [6] de plaats naar de gewenste positie. Druk op [SET] (instellen) als u klaar bent.
Vier tips om onderwerp op de juiste manier te trimmen • Bij het opnemen van het onderwerpbeeld dient u de opname uit te voeren tegen een witte muur of tegen een achtergrond waarvan de kleur verschilt van die van het onderwerp. De camera zal het onderwerpbeeld niet correct kunnen trimmen als het dezelfde of dezelfde of een identieke kleur heeft als de achtergrond. • Selecteer een witte muur als de achtergrond voor Zoek een witte muur het onderwerp.
Verplaats het onderwerp weg van de wand om schaduwen te vermijden! De camera kan door sterk zonlicht of andere lichtbronnen veroorzaakte schaduwen op de wand of op de grond opvatten als onderdeel van het onderwerp. Schaduwen hebben de neiging zich te vormen wanneer het onderwerp zich te dicht bij de wand bevindt. Laat het onderwerp zich zo ver mogelijk van de wand verwijderen.
Doorlopende sluitertijd Beweg. Onderw. 20 beelden 1 sec (20fps) per seconde Beweg. Onderw. 10 beelden 2 sec (10fps) per seconde Beweg. Onderw. 5 beelden per 4 sec (5fps) seconde Stil Onderwerp Aantal beelden Type onderwerp Creëert een bewegend onderwerp van de doorlopende sluiterbeelden. • Het onderwerp wordt uit elk van 20 beelden de doorlopende sluiterbeelden getrimd. • “Beweg. Onderw.
Extraheren van tekst van een beeld U kunt tekst schrijven op een blanco vel papier, dat opnemen de tekst d.m.v de volgende procedure aan een beeld toevoegen. 1. Druk op [SET] (instellen) voordat u het onderwerp opneemt in stap 3 onder “Stap 1: Neem het onderwerp op.” (pagina 6). 2. Selecteer d.m.v. [8] en [2] “Aantal foto’s” en druk daarna op [SET] (instellen). 3. Selecteer d.m.v. [8] en [2] “Tekst” en druk daarna op [SET] (instellen). 4.
Stap 3: Plezier met Dynamic Photo. U kunt het Dynamic Photo beeld dat u creëerde in Stap 2 op verschillende leuke manieren gebruiken. Op de camera Dynamic Photo beelden wordt automatisch weergegeven zodra u ze laat zien via het beeldscherm van de EXILIM camera. Op een televisietoestel Sluit uw EXILIM met de AV kabel aan op een televisietoestel en geniet van de Dynamic Photo beelden op uw televisiescherm. Stap 4: Converteer een Dynamic Photo Stilbeeld naar een Film (Filmconverter).
Stap 5: Gebruik Dynamic Studio om de Dynamic Photo beelden nog verder te gebruiken in andere applicaties. http://dynamicstudio.jp/ Dynamic Studio is een gratis online dienst die gebruikt kan worden voor het snl en gemakkelijk omzetten van het bewegende onderwerp dat geëxtraheerd werd van de doorlopende sluiterbeelden tijdens een bewerking met Dynamic Photo naar een filmbestand.