User manual - EX-Z11

101
GEAVANCEERDE INSTELLINGEN
Tips om op te nemen met autofocus en macrofocus
Veranderen van het autofocusgebied
Verander het meetgebied dat gebruikt wordt voor autofocus (AF) met
de volgende procedure.
1. Druk tijdens de opnamefunctie (REC) op [MENU].
2.
Selecteer bij de “REC” (opname) indextab “AF
Area” (autofocusgebied) en druk vervolgens op [
X
].
3. Selecteer d.m.v. [S] en [T] de gewenste instelling
en druk vervolgens op [SET] (instellen).
Om dit te doen:
Selecteer deze
instelling:
Een klein gebied in het midden van het
beeldscherm gebruiken om te meten
Deze instelling is het beste waneer u
scherpstelvergrendeling (pagina 102) wilt
gebruiken.
Spot
(puntmeten)
Laat de camera automatisch één of meer
mogelijke scherpstelkaders selecteren wanneer
de sluitertoets halverwege ingedrukt wordt.
Als de camera in staat is op meerdere punten
scherp te stellen, zullen alle van toepassing
zijnde scherpstelkaders groen worden.
Multi
(multi
patroonmeten)
LET O
P
Wanneer u “ Multi” selecteert als het
scherpstelgebied, verschijnen negen
scherpstelkaders op het beeldscherm. De camera
bepaalt automatisch het (de) optimale
scherpstelkader(s), dat groen zal worden op het
beeldscherm.
Spot (puntmeten) Multi (multi
patroonmeten)
Scherpstelkader Scherpstelkader