User manual - EXS2_EXM2_1
53
OVERIGE OPNAMEFUNCTIES
Specificeren van de default instellingen
bij inschakelen van de spanning
Met het “functiegeheugen” van deze camera kunt u de
default instellingen bij inschakelen van de spanning afzon-
derlijk instellen voor de opnamefunctie, de digitale zoom-
functie en de witbalansfunctie. Het inschakelen van het
functiegeheugen voor een bepaalde functie is een bood-
schap aan de camera om de status te onthouden van die
functie wanneer u de camera uitschakelt om dezelfde status
opnieuw te verkrijgen wanneer de camera weer ingescha-
keld wordt. Wanneer het functiegeheugen uitgeschakeld is,
stelt de camera automatisch de oorspronkelijke
defaultinstellingen voor de betreffende functie in die inge-
steld waren in de fabriek.
De volgende tabel toont wat er gebeurt als u het functie-
geheugen voor elke functie in- of uitschakelt.
Functiegeheugen
aan
• Onthoudt de
huidige status
wanneer de camera
uitgeschakeld is en
schakelt deze weer
in wanneer de
camera oppnieuw
ingeschakeld wordt.
Functiegeheugen
uit (default
fabrieksinstelling)
Snapshot
Auto
(automatisch)
On (aan)
Auto
(automatisch)
Functie
Opnamefunctie
Flitserfunctie
Digitale
zoomfunctie
Witbalansfunctie
1.
Druk tijdens de REC (opname) functie op
MENU.
2.
Selecteer de “Memory” (geheugen) tab, selec-
teer het te veranderen item en druk de
controleregelaar vervolgens naar rechts.
3.
Druk de controleregelaar naar boven of naar
beneden om de gewenste instelling te selecte-
ren en klik dan op de controleregelaar.
Om dit te doen:
Schakel het functiegeheugen in
zodat de instellingen worden
herkregen bij inschakelen van
de spanning
Schakel het functiegeheugen
uit zodat de instellingen worden
teruggesteld bij inschakelen
van de spanning
Selecteer deze instelling:
On (aan)
Off (uit)