User manual - EXH30_M29_FB
Table Of Contents
- Uitpakken
- Lees dit eerst!
- Inhoudsopgave
- Algemene gids
- Inhoud van het beeldscherm
- Snelstartgids
- Wat is een digitale camera?
- Wat kunt u doen met uw CASIO camera
- Laad voor het gebruik eerst de accu op.
- Configureren van de basisinstellingen bij de eerste maal dat u de camera inschakelt
- Klaar maken van een geheugenkaart
- In- en uitschakelen van de camera
- De camera op de juiste wijze vasthouden
- Opnemen van een foto
- Bekijken van foto’s
- Wissen van Foto’s en Films
- Voorzorgsmaatregelen voor het opnemen van foto’s
- Foto leerprogramma
- Selecteren van de opnamemodus
- Gebruiken van het controlepaneel
- Veranderen van de beeldgrootte (Formaat)
- Gebruiken van de flitser (Flits)
- Selecteren van een scherpstelmodus (Scherpstellen)
- Specificeren van het Autofocus gebied (AF gebied)
- Specificeren van de ISO gevoeligheid (ISO)
- Gebruiken van de zelfontspanner (Zelfontspanner)
- Gebruiken van gezichtsdetectie (Gezichtsdetec.)
- Corrigeren van de beeldhelderheid (EV verschuiving)
- Veranderen van de Datum/Tijd stijl van het controlepaneel
- Opnemen met zoom
- Opnemen van een Panorama beeld (Panoramadia)
- Opnemen van filmbeelden en geluid
- Gebruiken van BEST SHOT
- Geavanceerde instellingen
- Gebruiken van menu’s op het scherm
- OPNAME modus instellingen (OPNAME)
- Selecteren van een scherpstelmodus (Scherpstellen)
- Gebruiken van Doorlopende sluiter (Doorlopend)
- Gebruiken van de zelfontspanner (Zelfontspanner)
- Gebruiken van de automatische sluiter (Automatische sluiter)
- Opnemen met Gezichtsdetectie (Gezichtsdetec.)
- Opnemen met de Doorlopend Autofocus (Doorl. AF)
- Verminderen van de effecten van het bewegen van de camera of het bewegen van het onderwerp (Anti Shake)
- Specificeren van het Autofocus gebied (AF gebied)
- Gebruiken van het Autofocus hulplamp (AF Assist. Lamp)
- In- en uitschakelen van de digitale zoom (Digitale Zoom)
- Weergeven van een schermraster (Raster)
- Inschakelen van Beeldcontrole (Beeldcontrole)
- Gebruiken van Icoonhulp (Icoonhulp)
- Configureren van de default instellingen bij inschakelen van de spanning (Geheugen)
- Beeldkwaliteit instellingen (Kwaliteit)
- Opnemen van foto’s met een betere structuur en scherpte (SR Kwaliteit)
- Zoomen met Superresolution (SR zoomen)
- Specificeren van het Fotoformaat (Formaat)
- Specificeren van de Fotobeeld Kwaliteit (Kwaliteit (Foto))
- Specificeren van de Filmbeeld Kwaliteit (Kwaliteit (Film))
- Opnemen van mooie beelden van mensen en landschap (Effect)
- Corrigeren van de beeldhelderheid (EV verschuiving)
- Bijstellen van de witbalans (Witbalans)
- Specificeren van de ISO gevoeligheid (ISO)
- Specificeren van de Meetfunctie (Meten)
- Optimaliseren van de helderheid van het beeld (Belichting)
- Gebruiken van ingebouwde Kleurenfilters (Kleurenfilter)
- Instellen van de beeldscherpte (Scherpte)
- Instellen van de Kleurverzadiging (Verzadiging)
- Instellen van het beeldcontrast (Contrast)
- Specificeren van de Flitsintensiteit (Flitsintensiteit)
- Bekijken van Foto’s en Films
- Andere weergavefuncties (WEERGAVE)
- Weergeven van een Diashow (Slideshow) op de camera (Diashow)
- Creëren van een foto of van filmbeelden (MOTION PRINT)
- Monteren van een film op de camera (Filmbewerking)
- Optimaliseren van de helderheid van het beeld (Belichting)
- Gebruiken van Rode Ogen Correctie (Rode Ogen Correctie)
- Bijstellen van de witbalans (Witbalans)
- Veranderen van de helderheid van een bestaande foto (Helderheid)
- Keystone correctie (Keystone)
- Gebruiken van kleurencorrectie om de kleuren van een oude foto te corrigeren (Kleurencorrectie)
- Selecteren van beelden om af te drukken (DPOF afdr.)
- Beschermen van een bestand tegen wissen (Beveiligen)
- Bewerken van de datum en de tijd van een beeld (Datum/Tijd)
- Roteren van een beeld (Rotatie)
- Heraanpassen van de afmetingen van een foto (Form. Aanpassen)
- Trimmen van een foto (Trimmen)
- Toevoegen van geluid aan een foto (Dubben)
- Kopiëren van bestanden (Kopiëren)
- Dynamic Photo
- Afdrukken
- Gebruiken van de camera met een computer
- Wat u kunt doen m.b.v. een computer...
- Gebruiken van de camera met een Windows computer
- Bekijken en opslaan van beelden op een computer
- Weergeven van films
- Uploaden van filmbestanden naar YouTube
- Oversturen van beelden van uw computer naar het geheugen van de camera
- Geef Dynamic Photo beelden weer op uw EXILIM, op een computer of op een zaktelefoon
- Verandert foto’s in artistieke beelden
- Bekijken van gebruikersdocumentatie (PDF bestanden)
- Gebruikersregistratie
- Gebruiken van de camera met een Macintosh computer
- Gebruiken van een Eye-Fi draadloze SD geheugenkaart om beelden over te sturen (Eye-Fi)
- Bestanden en mappen
- Geheugenkaartdata
- Andere instellingen (Instellen)
- Bijstellen van de helderheid van het beeldscherm (Scherm)
- Uitschakelen van Eye-Fi kaartcommunicatie (Eye-Fi)
- Automatische Beeldoriëntatiedetectie en Rotatie (Auto Roteren)
- Configureren van geluidsinstellingen bij de camera (Geluiden)
- Configureren van een startbeeld (Start)
- Specificeren van de methode voor het aanmaken van een serienummer voor een bestandnaam (Bestand nr.)
- Creëren van een beeldopslagmap (Map Creëren)
- Configureren van de wereldtijd instellingen (Wereldtijd)
- Tijdstempel van foto’s (Tijdstempel)
- Instellen van de klok van de camera (Bijstellen)
- Specificeren van de datumstijl (Datumstijl)
- Specificeren van de displaytaal (Language)
- Bevestigen van de sluimerinstellingen (Sluimer)
- Configureren van de instellingen van de automatische stroomonderbreker (Automatisch Spanning Uit)
- Configureren van de [_] en [>] instellingen (OPNAME/WEERGAVE)
- Deactiveren van het wissen van bestanden (_ Uitgezet)
- Configureren van de USB protocol instellingen (USB)
- Selecteren van de horizontale:verticale verhouding van het scherm en het video uitgangssysteem (Video uitgang)
- Formatteren van het ingebouwde geheugen of van een geheugenkaart (Formatteren)
- Terugstellen van de camera op de originele fabrieksinstellingen (Reset)
- Configureren van instellingen op het beeldscherm
- Appendix
- Voorzorgsmaatregelen voor het gebruik
- Stroomvoorziening
- Gebruiken van een geheugenkaart
- Computersysteem vereisten voor meegeleverde software (meegeleverde CD-ROM)
- Terugstellen van de oorspronkelijke default instellingen
- Wanneer niet alles van een leien dakje gaat...
- Aantal foto’s/Filmopnametijd/Spraakopnametijd
- Technische gegevens

143
Andere instellingen (Instellen)
Procedure
[MENU] * Instellen indextab * Start
Toon het beeld dat u wilt gebruiken als het startbeeld en selecteer vervolgens “Aan”.
• Het startbeeld verschijnt niet wanneer u de camera inschakelt door op [p]
(WEERGAVE) te drukken.
• U kunt een foto die u opgenomen had specificeren als het startbeeld of u kunt het
speciale startbeeld gebruiken dat zich bevindt in het ingebouwde geheugen van de
camera.
• Als u een foto met geluid selecteert als het startbeeld, zal het geluid niet spelen
tijdens het starten.
• Door het ingebouwde geheugen (pagina 150) te formatteren wordt de huidige
instelling voor het startbeeld gewist.
Procedure
[MENU] * Instellen indextab * Bestand nr.
Volg de volgende procedure om de methode te specificeren die bepaalt hoe
serienummers aangemaakt worden die in de bestandsnamen worden gebruikt
(pagina 138).
Configureren van een startbeeld (Start)
Specificeren van de methode voor het aanmaken van een
serienummer voor een bestandnaam (Bestand nr.)
Voortzetten
Vertelt de camera dat deze het laatst gebruikte bestandnummer
moet onthouden. Een nieuw bestand wordt benoemd met het
volgende opeenvolgende nummer zelfs als bestanden gewist worden
of als een blanco geheugenkaart ingelegd is. Als een geheugenkaart
ingelegd wordt en er op die kaart reeds bestanden zijn opgeslagen
en het grootste opeenvolgende nummer van de bestaande
bestandsnamen groter is dan het grootste opeenvolgende nummer
dat onthouden wordt door de camera, dan zal het nummeren van
nieuwe bestanden starten van het grootste opeenvolgende nummer
van de bestaande bestandsnamen plus 1.
Reset
Start het serienummer opnieuw vanaf 0001 wanneer alle bestanden
gewist zijn of als de geheugenkaart vervangen wordt door een
blanco kaart. Als een geheugenkaart ingelegd wordt en er op die
kaart reeds bestanden zijn opgeslagen, dan zal het nummeren van
nieuwe bestanden starten van het grootste opeenvolgende nummer
van de bestaande bestandsnamen plus 1.