User Manual

Gebruik van de automatische begeleiding
NL-18
Volg de onderstaande procedures om intropatronen,
eindpatronen en invulpatronen te spelen en om variaties te
spelen op basispatronen van de automatische begeleiding.
Zie “Gebruik van de FUNCTION toets (br)” (pagina NL-4).
Met één-toets voorkeuze configureert het digitale keyboard
automatisch de optimale toon, het tempo en andere
instellingen in overeenstemming met het ritmepatroon dat u
selecteert.
1.
Houd bk$ ONE TOUCH PRESET ingedrukt
totdat het huidige toonscherm op de display
verschijnt.
Hierdoor worden de één-toets voorkeuze-instellingen
automatisch toegepast in overeenstemming met het
ritmepatroon dat op dat moment is geselecteerd.
2.
Speel een akkoord op het toetsenbord.
Hierdoor zal de begeleiding automatisch starten.
Effectief gebruik van de
automatische begeleiding
Patroonvariaties van de automatische
begeleiding
Automatische
begeleidingstypen
Procedure
Variaties van de
automatische
begeleiding
Druk op 5. Door op 4 te
drukken wordt teruggekeerd naar
het normale patroon.
Intropatroon van de
automatische
begeleiding
Druk op 3. Als u op 5 drukt
terwijl een intropatroon wordt
weergegeven, zal het
variatiepatroon starten wanneer
het intropatroon beëindigd is.
Invulpatroon van de
automatische
begeleiding
Druk op 4 terwijl een normaal
patroon wordt gespeeld. De
weergave van het normale patroon
wordt voortgezet nadat het
invulpatroon beëindigd is.
Druk op 5 terwijl een
variatiepatroon wordt gespeeld.
De weergave van het
variatiepatroon wordt voortgezet
nadat het invulpatroon beëindigd
is.
Eindpatroon van de
automatische
begeleiding
Druk op 6 terwijl een
automatische begeleiding aan het
spelen is. Hierdoor wordt het
eindpatroon weergegeven waarna
de weergave van de automatische
begeleiding automatisch stopt.
Gebruik van
gesynchroniseerde
start
Druk op 6. Speel een akkoord op
het toetsenbord. Hierdoor wordt
(normale) begeleiding gestart met
alle gedeelten. Een van de
volgende bedieningsfuncties kan
worden uitgevoerd tijdens
gesynchroniseerde stand-by om
een niet-normaal patroon te
starten.
Druk op 3 om met een
intropatroon te starten.
Druk op 5 om met de weergave
van een variatiepatroon te starten.
Afstellen van het begeleidingsvolume
Gebruik van één-toets voorkeuze
CTK2500-D-1A.indd 20 2016/09/21 16:29:53