User Manual
Table Of Contents
- Omslag
- Inhoudsopgave
- Algemene gids
- Voorbereidingen voor het spelen
- Spelen op het keyboard
- Regelen van het geluid van een uitvoering
- Selecteren van een muziekinstrumenttoon
- Registreren van een toon onder een hoofdtoontoets (Toongeheugen)
- Spelen met aanslagvolume
- Gebruik van een pedaal
- Noten aanhouden nadat de klaviertoetsen zijn losgelaten
- Spelen met nagalm
- Spelen met een multidimensionaal ruimtelijk geluid (Surround)
- Twee tonen gelaagd laten klinken
- Veranderen van de toonhoogte in eenheden van een octaaf (Octaafverschuiving)
- Veranderen van de toonhoogte in stappen van een halve toon (Transponeren)
- Fijnstemmen van het toetsenbord (Stemmen)
- Veranderen van de toonschaalstemming van het toetsenbord
- Gebruik van de equalizer
- Opnemen van uw toetsenbordspel (MIDI-recorder)
- Opslaan en oproepen van een basisinstelling (MY SETUP)
- Instellingen maken
- Aansluiten van externe apparaten
- Koppelen met een smartapparaat (APP-functie)
- Aansluiten op een computer en gebruik van MIDI
- Gebruik van een kabel voor de verbinding met een audioapparaat
- Weergeven van het geluid van een apparaat geschikt voor Bluetooth-audio (Bluetooth-audio koppelen)
- Wissen van de koppelingsregistratie van een apparaat geschikt voor Bluetooth-audio
- Verbinden met een apparaat geschikt voor Bluetooth- MIDI
- Bluetooth uitschakelen
- Referentie
- MIDI Implementation Chart
Opnemen van uw toetsenbordspel (MIDI-recorder)
NL-43
4.
Druk op REC/a om het opnemen te stoppen.
Het lampje van de REC/a toets begint te knipperen en de weergave-paraatstand wordt
ingeschakeld. Nadat de telling vooraf is afgelopen, begint de weergave van wat u heeft
opgenomen.
5.
Druk op REC/a om te stoppen met weergeven.
Het lampje van de REC/a toets gaat uit en de weergave stopt.
• Als het Digitale Keyboard tijdens het opnemen wordt uitgeschakeld, zal de opname worden
gewist.
• Een nieuwe opname vervangt (wist) de eerder opgenomen inhoud.
• Afhankelijk van de toon en de nagalminstelling die u gebruikt, kan het geluid dat wordt
geproduceerd tijdens weergeven anders zijn dan het geluid dat u hoorde tijdens het maken
van de opname.
■ Naderhand weergeven van een opgenomen uitvoering
1.
Druk het vereiste aantal malen op REC/a om te beginnen met de weergave
van de melodie die u heeft opgenomen.
• De weergave van de uitvoering die u heeft opgenomen zal starten.
■ Opgenomen MIDI-gegevens
Bij het opnemen met de MIDI-recorder worden ook de onderstaande gegevens opgenomen.
– Toetsenbordspel en pedaalbediening
– Toon
– Aanslagvolume
– Aanhouden
– Nagalm
– Octaafverschuiving
– Volume van gedeelte
– Toonschaalstemming
– Lagen