User Manual

Table Of Contents
NL-19
Spelen op het toetsenbord
Er zijn twee manieren om de instelling voor het tempo
(maatslagen per minuut) te veranderen: gebruik van de
toetsen om de tempowaarde te veranderen of tikken van de
maat op een toets.
Instellen van de tempowaarde (maatslagen per
minuut)
1.
Druk op 4 TEMPO/TAP zodat “TEMPO” op
het display verschijnt.
2.
Gebruik de bo regelaar om de tempowaarde te
veranderen.
U kunt een tempowaarde instellen in het bereik van 20
t/m 255.
U kunt de huidige geselecteerde melodie of het ritme
en de muziekvoorkeuze instellen op het aanbevolen
tempo door 4 TEMPO/TAP lang in te drukken.
3.
Druk op bp ENTER om het instelscherm te
verlaten.
Als u gedurende een bepaalde tijd geen bediening
uitvoert tijdens het veranderen van de tempowaarde,
zal het instelscherm automatisch verdwijnen.
Instellen van het tempo door een maat te tikken
(tikken-invoer)
1.
Tik het gewenste tempo op de 4 TEMPO/TAP
toets.
De instelling voor het tempo verandert in
overeenstemming met uw tikken.
Nadat u deze methode hebt gebruikt om het tempo bij
benadering te specificeren, kunt u de procedure onder
Instellen van de tempowaarde (maatslagen per
minuut)” gebruiken om de instelling nauwkeurig af te
regelen.
Met de arpeggiator kunt u automatisch verschillende
arpeggio’s en andere frasen spelen door gewoonweg
klaviertoetsen aan te slaan op het toetsenbord. U kunt uit een
aantal verschillende arpeggio-opties kiezen, inclusief het
spelen van arpeggio’s van een akkoord, het automatisch
spelen van verschillende frasen en nog enkele andere
mogelijkheden.
De arpeggiator en automatisch harmoniseren worden door
dezelfde toets geregeld (pagina NL-36). Dit betekent dat
automatisch harmoniseren niet kan worden gebruikt
wanneer de arpeggiator in gebruik is.
Inschakelen van de arpeggiator
1.
Druk op cm A.HAR./ARPEG. en controleer of
de ARPEG. indicator brandt.
Bij het spelen van een akkoord of een enkele noot op
het toetsenbord wordt de geselecteerde arpeggio
weergegeven.
2.
Druk op cm A.HAR./ARPEG. om de
arpeggiator uit te schakelen.
De ARPEG. indicator verdwijnt.
Als in stap 1 van de bovenstaande procedure de
A.HAR. indicator brandt in plaats van de ARPEG.
indicator, moet u de functie veranderen die aan de
toets is toegewezen.
Volg de bedieningsstappen onder “Maken van functie-
instellingen” (pagina NL-45) om “2 Arpeg.” te
selecteren voor functienummer 12 (BtnAsign) in de
Lijst met functie-instellingen” (pagina NL-46).
Gebruik de onderstaande procedure wanneer u een
arpeggiopatroon wilt blijven laten spelen nadat u de
klaviertoetsen heeft losgelaten.
Volg de bedieningsstappen onder “Maken van functie-
instellingen” (pagina NL-45) om functienummer 15
(ArpegHld) in de “Lijst met functie-instellingen” (pagina
NL-46) in te schakelen.
Veranderen van de tempo-
instelling
Gebruik van de arpeggiator