User Manual
NL-41
Opnemen van uw toetsenbordspel
■ Weergeven van een opgenomen uitvoering
Gebruik de procedure onder “Selecteren van een ingebouwde
melodie om deze weer te geven” (pagina NL-26) om een van
de melodieën in het bereik van 164 t/m 168 te selecteren.
■ Veranderen van het nummer van de melodie voor
de opnamebestemming in de opname-
paraatstand
1.
Houd in de opname-paraatstand 5 RECORD/
STOP lang ingedrukt.
Hierdoor verschijnt “Rec Trk” op het display.
2.
Gebruik de bo regelaar om “MltRec X” (X is
een waarde van 1 t/m 5) te selecteren en druk
dan op bp ENTER.
3.
Gebruik de bo regelaar om het nummer weer te
geven van de melodie waarnaar u wilt
opnemen.
4.
Druk op bp ENTER.
5.
Druk op 5 RECORD/STOP om het
instelscherm te verlaten.
■ Veranderen van het bestemmingsspoor in de
opname-paraatstand
1.
Houd in de opname-paraatstand 5 RECORD/
STOP lang ingedrukt.
Hierdoor verschijnt “Rec Trk” op het display.
2.
Druk op bp ENTER.
3.
Gebruik de bo regelaar om het spoor te
selecteren waarop u wilt opnemen.
4.
Druk op bp ENTER.
5.
Druk op 5 RECORD/STOP om het
instelscherm te verlaten.
•Zie “Betreffende sporen” (pagina NL-41) voor details over
het opnamespoor.
In aanvulling op het toetsenbordspel en de automatische
begeleiding die u opneemt op spoor 1, kunt u tot vijf sporen
van het toetsenbordspel overdubben.
■ Betreffende sporen
Er zijn zes sporen, genummerd 1 t/m 6.
• Mocht u geen spoornummer specificeren tijdens het
opnemen, dan wordt automatisch op spoor 1 opgenomen.
In aanvulling op wat u op het toetsenbord speelt, wordt de
volgende informatie ook opgenomen.
• Spoor 1
Toonnummer (Upper1, Upper2, Lower), ritmenummer,
ritmeregelaar, volumeniveau van automatische
begeleiding, tempo, maatslag, nagalminstelling,
zwevingsinstelling, akkoordspel, lagenspel, splitsingsspel,
toonschaalinstelling, instelling voor octaafverschuiving,
pedaalbediening, bediening van toonhoogteregelaar,
instelling van toonhoogtebereik
• Sporen 2 t/m 6
Toonnummer (Upper1), pedaalbediening, bediening van
toonhoogteregelaar, instelling van toonhoogtebereik
■ Opnemen op de sporen 1 t/m 6
1.
Druk op bs SONG BANK.
2.
Gebruik de bo regelaar om het nummer weer te
geven van de melodie waarnaar u wilt opnemen.
3.
Druk op 5 RECORD/STOP.
Hierdoor verschijnt “Rec Trk” op het display.
• Om de opname-paraatstand te annuleren, drukt u net
zo vaak op 5 RECORD/STOP als nodig is om de
RECORD indicator te laten verdwijnen.
4.
Druk op bp ENTER.
Overdubben van een opgenomen
spoor
Rec T
rk