User Manual

Configureren van de instellingen
NL-20
Om bijvoorbeeld de “Bayati” toonschaal te selecteren,
drukt u op [0] (E4) en dan op [9] (C{5). Bij het invoeren
van het tweede en laatste cijfer klinkt er een korte en dan
een lange pieptoon waarmee wordt aangegeven dat de
waarde die u heeft ingevoerd wordt toegepast.
U kunt het toonschaalnummer ook verhogen of
verlagen met de [–] (D4) en [+] (E}4) klaviertoetsen.
Om terug te keren naar de standaardinstelling
(gelijkzwevend temperament), houdt u de [–] (D4) en
[+] (E}4) klaviertoetsen tegelijk ingedrukt totdat er een
lange pieptoon klinkt.
2.
Laat 3 FUNCTION los.
Instellen van de basisnoot van de toonschaal
1.
Houd de 3 FUNCTION toets ingedrukt en
voer dan de onderstaande stappen (1) en (2)
uit.
(1) Druk op de SCALE BASE NOTE (B}5) klaviertoets.
(2) Druk op de klaviertoets van de noot die u als de
basisnoot wilt instellen.
Om bijvoorbeeld F als de basisnoot in te stellen,
drukt u op klaviertoets F5 (of F4 of F6).
Bij het instellen van een basisnoot klinkt er een
korte en dan een lange pieptoon waarmee wordt
aangegeven dat uw instelling is voltooid en wordt
toegepast.
2.
Laat 3 FUNCTION los.
U kunt de 3 FUNCTION toets gebruiken zoals hieronder
beschreven om de pieptoon in en uit te schakelen.
1.
Houd 3 FUNCTION ingedrukt en druk dan op
de B7 (pieptoon) klaviertoets.
Telkens wanneer u op de B7 klaviertoets drukt, hoort u
een korte pieptoon. Een lage pieptoon betekent dat de
pieptoonfunctie wordt uitgeschakeld en een hoge
pieptoon betekent dat de pieptoonfunctie wordt
ingeschakeld.
2.
Druk op 3 FUNCTION nadat u de gewenste
instelling heeft gemaakt.
Veranderen van de
pieptooninstelling
C1 C2 C3 C4 C5 C6 C7 C8
B7 (pieptoon) klaviertoets