Operation Manual

Table Of Contents
59
Geavanceerde instellingen
*4 (m)
LET OP
De bovenstaande waarden dienen enkel als referentie.
Bij de filmmacro ligt het scherpstelbereik enkele centimeters binnen de afstand in
het midden.
Scherpstellen met de hand
1. Stel het beeld op het beeldscherm zodanig
samen dat het onderwerp waarop u wilt
scherpstellen zich binnen de gele grenslijn
bevindt.
2. Kijk naar het beeld op het beeldscherm en
stel scherp d.m.v. [4] en [6].
Op dat moment wordt het gedeelte van het beeld
dat zich binnen de grenslijn bevindt groter en vult
het gehele beeldscherm, hetgeen helpt bij het scherpstellen. Als u deze
bewerking niet binnen twee seconden uitvoert terwijl het vergrootte beeld
getoond wordt, verschijnt stap 1 opnieuw.
LET OP
Het automatische macro attribuut detecteert hoever het onderwerp zich van de
lens bevindt en selecteert overeenkomstig daarmee Macrofocus of Autofocus.
Als de flitser gebruikt worden met macrofocus kan het licht van de flitser worden
geblokkeerd worden, hetgeen ongewenste schaduwen van de lens in beeld kan
produceren.
Automacro kan enkel gebruikt worden tijdens het opnemen van foto’s.
Normaal Macro
Zoomstappen Close-up Telefoto
Afstand in het
midden
Z1 (Groothoek) Ongeveer 0,70 9 0,20
2 Ongeveer 0,80 9 0,30
3 Ongeveer 1,00 9 0,40
4 Ongeveer 1,20 9 0,40
5 Ongeveer 1,60 9 0,40
6 Ongeveer 2,00 9 0,45
7 (Tele) Ongeveer 2,50 9 0,45
Gele grenslijn