User Manual

Uitoefenen van effecten op het geluid
NL-57
De pianotonen van deze Digitale Piano bevatten ingebouwde elementen die kenmerkend zijn voor het
geluid van een akoestische piano. Elk van deze toonkenmerken kan worden aangepast.
Bij het spelen op een akoestische piano zullen de snaren, die de boventonen zijn van de klaviertoetsen
die u speelt, resoneren. U kunt de resonantie afstellen met het onderdeel [Snaarresonantie].
Zet [Snaarresonantie] op <Toon> of <Uit>.
Houd de “SOUND MODE” toets ingedrukt en druk dan op de C{3 of D3 klaviertoets.
Rechtstreeks selecteren van een instelwaarde (bedieningstype A)
• Standaardwaarde: Toon
Stel de resonantie af door veranderen van de waarde van de [Snaarresonantie]
instelling.
Houd de “SOUND MODE” toets ingedrukt en druk dan op de E}3 of E3 klaviertoets.
Gebruik van de +/– klaviertoetsen om de instelwaarde met 1 te verhogen of verlagen
(bedieningstype B)
• Instelwaarde: Toon, Uit, 1–10
Hoe groter het getal, hoe sterker het snaarresonantie-effect.
• Standaardwaarde: Toon
Aanpassen van de geluidskarakteristieken van de
voorkeuzes voor de akoestische piano
(Akoestieksimulator)
Instellen van de snaarresonantie
Toetsenbord Instelwaarde Details van de instelling
C{3 Toon
Selecteert automatisch een waarde die geschikt is voor de huidige toon.
D3 Uit Schakelt de snaarresonantie uit.
Toetsenbord Details van de instelling
E}3 Verlaagt de resonantiesterkte van de snaarresonantie met 1 (–).
E3 Verhoogt de resonantiesterkte van de snaarresonantie met 1 (+).
C1A0 C2 C3 C4 C5 C6 C7 C8
3
D3C{3
C1A0 C2 C3 C4 C5 C6 C7 C8
E}3E3