Operation Manual

Muziekvoorkeuzes
D-27
3.
Druk op de
(START/STOP) toets om de
automatische begeleiding te starten met de
akkoordprogressie van de muziekvoorkeuze.
Speel de melodie op het toetsenbord.
De voorkeuze akkoordprogressie blijft zich herhalen
totdat u deze stopt door nogmaals op de
(START/
STOP) toets te drukken.
Door de
(ACCOMP ON/OFF) toets in te drukken
zodat de ACCOMP ON/OFF indicator brandt (niet
knippert) of uit is wordt de akkoordprogressie van de
muziekvoorkeuze uitgeschakeld en het normale
automatische begeleidingspatroon gespeeld.
Telkens bij indrukken van de
(ACCOMP ON/
OFF) toets wordt naar de volgende stand in de cyclus
gegaan in de hieronder getoonde volgorde.
U kunt de volgende stappen nemen om het ritme te
veranderen na het selecteren van een
muziekvoorkeuze.
Selecteer om van toon te veranderen d.m.v. de

tot
en met

(toongroep) toetsen de toongroep en
selecteer dan een toonnummer d.m.v. de

(w, q)
toetsen.
4.
Druk tegelijkertijd op

en

(MUSIC
PRESET) om een muziekvoorkeuze te
verlaten.
Er is een muziekvoorkeuze editor om u uw eigen
originele muziekvoorkeuzes (gebruikersvoorkeuzes) te
laten creëren. Er kunnen maximaal 50
gebruikersvoorkeuzes opgeslagen worden in
muziekvoorkeuze Groep D.
1.
Selecteer de muziekvoorkeuze die u wilt
bewerken om uw eigen gebruikersvoorkeuze
te creëren.
2.
Verander naar wens het toonnummer, het
ritmenummer en andere instellingen van de
muziekvoorkeuze.
De hier geconfigureerde instellingen worden als een
gebruikers muziekvoorkeuze opgeslagen. Zie stap 2
onder “Selecteren van een muziekvoorkeuze”
(pagina D-26) voor de instellingen die u kunt
configureren en opslaan als een gebruikers
muziekvoorkeuze.
3.
Druk tegelijkertijd op de

(BALLAD/PIANO
RHYTHMS) en

(USER RHYTHMS)
toetsen.
Hierdoor wordt een scherm getoond voor het selecteren
van het type montagebewerking die u wilt uitvoeren.
(1) Houd de

(RHYTHM) toets ingedrukt totdat het
muziekvoorkeuzenummer en de -naam
veranderen naar het ritmenummer en de
ritmenaam.
(2) Selecteer d.m.v. de

(w, q) toetsen het
gewenste ritme.
(3) Houd de

(RHYTHM) toets nogmaals ingedrukt
totdat het ritmenummer en de ritmenaam terug
veranderen naar het muziekvoorkeuzenummer en
de -naam.
BrandtBrandt niet Knippert
Normale automatische begeleiding
Muziekvoorkeuze
akkoordprogressie
Creëren van een originele
gebruikersvoorkeuze
Montagebewerkingstype