Gebruiksaanwijzing (volledig)
NL-13
Gebruik van ingebouwde melodieën (orkestbegeleiding, 
muziekbibliotheek, demonstratiemelodieën)
Uw Digitale Piano heeft 10 ingebouwde piano- en 
orkestmelodieën (Concert Play 1 t/m 10) en 60 
pianosolo’s (Music Library 1 t/m 60).
U kunt de orkestbegeleiding gebruiken om samen met 
de begeleiding van een orkest te spelen. De 
muziekbibliotheek kan worden gebruikt om beroemde 
pianostukken te oefenen.
BELANGRIJK!
• Wanneer u overschakelt naar een andere melodie 
gaat de Digitale Piano de muziekgegevens laden. 
De bedieningstoetsen werken niet wanneer de 
muziekgegevens worden geladen. Als u iets op het 
toetsenbord speelt, kan de geluidsweergave 
stoppen wanneer de melodie wordt veranderd.
1.
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en druk 
dan op de METRONOME toets.
• Er wordt nu gestart met het herhaaldelijk achter 
elkaar afspelen van alle orkestbegeleidingsmelodieën 
(luisteren) en muziekbibliotheekmelodieën.
• U kunt meespelen met een melodie op het 
toetsenbord terwijl de melodie wordt weergegeven. 
De toon die toegewezen is aan het toetsenbord is de 
toon die vooringesteld is voor de melodie die 
weergegeven wordt.
2.
Om naar een andere demonstratiemelodie te 
gaan, houdt u de FUNCTION toets ingedrukt 
en drukt dan op de MIDI REC toets of de 
REVERB toets.
• Om door te gaan naar de volgende 
demonstratiemelodie, houdt u de FUNCTION toets 
ingedrukt en drukt dan op de MIDI REC toets.
• Om terug te gaan naar de vorige 
demonstratiemelodie, houdt u de FUNCTION toets 
ingedrukt en drukt dan op de REVERB toets.
• Zie pagina A-1 voor een lijst van de melodieën.
3.
Druk nogmaals op de a toets om de 
weergave van de ingebouwde melodieën te 
stoppen.
OPMERKING
• Als tijdens orkestbegeleidingsweergave op de 
METRONOME toets wordt gedrukt terwijl de 
FUNCTION toets ingedrukt wordt gehouden, 
wordt naar de eerste muziekbibliotheekmelodie 
gegaan. Wanneer hetzelfde tijdens 
muziekbibliotheekweergave wordt gedaan, wordt 
naar de eerste orkestbegeleidingsmelodie gegaan.
• De hierboven beschreven bewerkingen voor 
melodieselectie en weergeven en stoppen zijn de 
enige mogelijke bewerkingen tijdens de weergave 
van demonstratiemelodieën.
De orkestbegeleidingsfunctie heeft live-opnamen van 
een orkest die u kunt gebruiken om samen met de 
authentieke begeleiding van een orkest te spelen.
U kunt de orkestbegeleiding voor een drievoudige 
oefening gebruiken.
Stap 1: LISTEN
Luister naar het pianospel en het orkest om 
vertrouwd te raken met de muziek.
Stap 2: LESSON
Oefen het pianodeel van het concertstuk.
• U kunt het linkerhand of rechterhand gedeelte 
uitschakelen van een ingebouwde melodie en zelf 
meespelen op de piano.
Stap 3: PLAY
Speel mee met de begeleiding van het orkest.
• De orkestbegeleiding bestaat uit de feitelijke 
opnamen van een orkest. Dit betekent dat het 
instrument anders klinkt dan de tonen die 
geselecteerd kunnen worden met deze piano 
(pagina NL-6). Ook bevat de 
orkestbegeleidingsweergave ademhalingsgeluiden 
en andere bijgeluiden van de voorstelling.
Luisteren naar een melodie uit de 
orkestbegeleiding (LISTEN)
1.
Houd de FUNCTION toets ingedrukt en 
gebruik de CONCERT PLAY SELECT + en – 
klaviertoetsen om de melodienummers achter 
elkaar te doorlopen (vanaf 1 t/m 10).
• Zie “Orkestbegeleidingslijst” op pagina A-1 voor 
verdere informatie over de melodieën van de 
orkestbegeleiding.
Uitvoeren van een 
demonstratieweergave
Orkestbegeleiding
Oefenen met een melodie uit 
de orkestbegeleiding










