User manual
2951-2
3. Voer de gewenste tekst in.
• Als u de tekst invoert, gebruik dan D (+) en B(-) om door de karakters
op de huidige positie van de cursor te bladeren en op C om de cursor
naar rechts te verplaatsen. Zie “Tekst invoeren”.
4. Druk op A om uw gegevens op te slaan en terug te keren naar het e-
GEGEVENS GEHEUGEN gegevensscherm (zonder de cursor).
• Als u op A drukt, verschijnt de boodschap SET gedurende ongeveer twee
seconden terwijl de gegevens opgeslagen worden. Daarna verschijnt het
e-GEGEVENS GEHEUGEN scherm.
• Van de tekst kunnen slechts drie karakters tegelijkertijd getoond worden.
Langere tekst bladert derhalve continu van rechts naar links. Het laatste
karakter wordt aangegeven door het symbool ◄ daarna. Druk op A om
het bladeren te stoppen en te hervatten.
• Gegevenssets worden in het geheugen opgeslagen in de volgorde waarop
ze zijn aangemaakt.
e-GEGEVENS GEHEUGEN gegevens oproepen
In de e-GEGEVENS GEHEUGEN functie, gebruik D om door de e-
GEGEVENS GEHEUGEN gegevenssets zoals hieronder getoond te
bladeren.
Een e-GEGEVENS GEHEUGEN gegevensset bewerken
1. In de e-GEGEVENS GEHEUGEN functie, gebruik D om de gegevensset
te tonen die u wilt bewerken.
2. Houd A ingedrukt totdat de knipperende cursor op het display verschijnt.
3. Gebruik C om de knipperende cursor te verplaatsen naar het karakter dat
u wilt veranderen.
4. Gebruik D (+) en B (-) om het karakter te veranderen.
5. Nadat u de gewenste veranderingen heeft aangebracht, druk op A om
deze op te slaan en terug te keren naar het e-GEGEVENS GEHEUGEN
gegevensscherm.
Een e-GEGEVENS GEHEUGEN gegevensset verwijderen
1. In de e-GEGEVENS GEHEUGEN functie, gebruik D om de gegevensset
te tonen die u wilt verwijderen.
2. Houd A ingedrukt totdat de knipperende cursor op het display verschijnt.
3. Druk tegelijkertijd op B en D om de gegevensset te verwijderen.
• De boodschap CLR verschijnt om aan te geven dat de gegevensset is
verwijderd. Nadat de gegevensset is verwijderd, verschijnt de cursor
op het display, klaar voor invoer.
4. Voer gegevens in of druk op A om terug te keren naar het vrij-geheugen-
scherm.
WERELDTIJD
• Voor gedetailleerde informatie over stadscodes, zie “Stadscodetabel”.
• Als de huidige tijd die voor een stad getoond wordt niet juist is,
controleer dan de instellingen van de tijdfunctietijd en uw
woonplaatscode en maak de benodigde wijzigingen.
Bij een stadscodetijd tussen standaard- en zomertijd wisselen
2. Houd A gedurende een seconde ingedrukt om tussen zomertijd (DST
getoond) en standaardtijd (DST niet getoond) te wisselen.
• De DST indicator wordt op het display getoond als u een stadscode
selecteert waarvoor de zomertijd is ingeschakeld.
• Let erop dat de instelling van de zomertijd/standaardtijd alleen de huidig
getoonde stadscode betreft. Andere stadscodes worden niet veranderd.
STADSTEMPERATUUR
• De waarden van de gemiddelde hoogste en laagste temperatuur wisselen
op het display met 2-seconden-intervallen.
• Het scherm dat als eerste verschijnt, is het scherm voor de stad en maand
dat op het display werd getoond toen u de laatste keer de
stadstemperatuurfunctie verliet.
• Alle bedieningen in deze sectie worden uitgevoerd in de
stadstemperatuurfunctie, die u selecteert door op C te drukken.
Stadstemperatuurgegevens bekijken
1. In de stadstemperatuurfunctie, druk op D om door de stadscodes
(tijdzones) te bladeren.
2. Druk op A om de gegevens voor de volgende maand te tonen.
• Voor gedetailleerde informatie over stadscodes, zie “Stadscodetabel”.
De temperatuureenheid specificeren
In de stadstemperatuurfunctie, druk tegelijkertijd op B en D om tussen
Celsius (ºC) en Fahrenheit (ºF) te wisselen.
ALARM
Een alarmtijd instellen
• Door deze bediening wordt het alarm automatisch ingeschakeld.
2. Druk op C om het knipperen tussen het uur en de minuten te verplaatsen.
3. Als een instelling knippert, gebruik D (+) en B (-) om deze te
veranderen.
• Stel bij 12-uur weergave de tijd juist in als ochtendtijd (A indicator) of
middag/avondtijd (P indicator).
4. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
Alarmbediening
Als de alarmtijd bereikt is, klinkt een signaal gedurende 20 seconden,
ongeacht in weke functie het horloge zich bevindt.
• Door op een willekeurige knop te drukken, stopt het alarm.
Het alarm testen
In de alarmfunctie, houd D ingedrukt om het alarm te laten klinken.
• De waarde op het vrij-geheugen-scherm is het
percentage van het geheugen dat nog
beschikbaar is. Het geeft niet het aantal
gegevenssets aan dat nog kan worden
o
pg
esla
g
en.
De wereldtijd toont de huidige tijd in 30
steden (27 tijdzones) over de gehele wereld.
• Alle bedieningen in deze sectie worden
uitgevoerd in de wereldtijdfunctie, die u
selecteert door op C te drukken.
De tijd in een andere stadscode bekijken
In de wereldtijdfunctie, druk op D om naar
het oosten door de stadscodes (tijdzones) te
b
laderen.
1. In de wereldtijdfunctie, gebruik D om de
stadscode (tijdzone) te tonen waarvoor u de
instelling van de standaardtijd/zomertijd wilt
veranderen.
In de stadstemperatuurfunctie worden op het
display de gemiddelde hoogste en laagste
maandtemperaturen in 30 steden over de gehele
wereld getoond.
Noot
• De getoonde temperaturen zijn
maandgemiddelden. Deze garanderen niet dat
de temperatuur op een specifieke datum
b
innen het aan
g
e
g
even bereik valt.
Als het dagelijkse alarm is ingeschakeld, klinkt
het alarm als de alarmtijd bereikt is. U kunt ook
een uursignaal inschakelen waarna het horloge elk
heel uur twee keer een signaal geeft.
• Alarm- en uursignaalinstellingen zijn mogelijk
in de alarmfunctie, die u selecteert door op C te
drukken.
• Op het instelscherm wordt ook het
gegevenssetnummer getoond dat automatisch aan de
nieuwe gegevensset toegekend wordt.
1. In de alarmfunctie, houd A ingedrukt totdat de
uurcijfers van de alarmtijd beginnen te knipperen,
wat aangeeft dat het instelscherm geselecteerd is.




