User manual
2926-2
• De volgende fabrieksinstellingen voor de woonplaatsgegevens (Tokyo,
Japan) zijn van toepassing als u het horloge net heeft aangeschaft en als u
de batterij laat vervangen. Verander deze instellingen zodanig dat ze
overeenkomen met het gebied waar u het horloge normaliter gebruikt.
GMT-verschil (+9.0); Geografische lengte (oost 140 graden);
Maaninterval (5 uur en 20 minuten).
Woonplaatsgegevens instellen
2. Druk nogmaals op A om het GMT-verschil instelscherm te tonen.
3. Druk op C om het knipperen op de hieronder getoonde wijze te
verplaatsen om andere instellingen te selecteren.
4. Als de instelling die u wilt wijzigen knippert, gebruik dan D en B om
deze zoals hieronder beschreven te wijzigen.
5. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
RICHTINGFUNCTIE
• Alle bedieningen in deze sectie worden uitgevoerd in de richtingfunctie,
die u kunt selecteren door op B te drukken.
Belangrijk!
Voordat het horloge de zonne-azimut (de hoek van de zon ten opzichte van
uw locatie) correct kan berekenen, dient u eerst de juiste actuele tijd, datum
en woonplaats in de tijdfunctie in te stellen. Tevens dient u te specificeren
of de zon ten opzichte van uw huidige locatie naar het noorden of zuiden
beweegt.
• Let erop dat u de richtingfunctie in de volgende situaties niet kunt
gebruiken om de richting te bepalen.
Als de zon niet zichtbaar is
’s Nachts
Als de zon zich recht boven u verplaatst of als u niet kunt bepalen of de
zon zich naar het noorden of zuiden verplaatst
De verplaatsingsrichting van de zon instellen
2. Druk op D om de instelling tussen N (noord) of S (zuid) te wisselen.
3. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
• Vervolgens gebruikt het horloge de tijdfunctiegegevens en de instelling
van de verplaatsingsrichting die u zojuist heeft ingesteld om de zonne-
azimut te berekenen en te tonen.
Uw richtinggegevens bepalen
1. Selecteer de richtingfunctie.
• Vervolgens wordt de huidige zonne-azimutwaarde getoond
overeenkomstig de huidige tijdfunctiegegevens (tijd, datum,
woonplaats).
2. Bepaal op de ring van de horlogekast dezelfde waarde als de op het
richtingfunctiescherm voor de zonne-azimut getoonde hoekwaarde.
3. Positioneer het horloge zo dat de bij stap 2 bepaalde waarde naar de zon
wijst.
4. De 12-uur-zijde van het horloge dient nu naar het noorden te wijzen.
• Let erop dat de in de richtingfunctie gegenereerde gegevens uitsluitend
voor referentiedoeleinden geschikt zijn.
MAAN/GETIJ GEGEVENS
• Als u om bepaalde redenen veronderstelt dat de maan/getij-gegevens niet
juist zijn, controleer dan tijdfunctiegegevens (tijd, datum en woonplaats)
en maak de benodigde wijzigingen.
• Zie “Maanfase-indicator” voor informatie over de maanfase-indicator en
“Getijgrafiek” voor informatie over de getijgrafiek.
• Alle bedieningen in deze sectie worden uitgevoerd in de maan/getij-
gegevensfunctie die u selecteert door op C te drukken.
Maan/getij-gegevensschermen
Elke keer als u in de maan/getij-gegevensfunctie op A drukt, wisselt u
tussen het maangegevens- en getijgegevensscherm.
• Als u de maan/getij-gegevensfunctie selecteert, verschijnen eerst de
maangegevens (maanstatus en maanfase-indicator) voor de huidige
tijdfunctiedatum.
De maangegevens voor een specifieke datum bekijken
Terwijl in de maan/getij-gegevensfunctie het maangegevensscherm getoond
wordt, gebruik D (+) en B (-) om de datum te tonen waarvoor u de
maangegevens wilt bekijken.
• U kunt een willekeurige datum selecteren in het bereik van 2000 tot en
met 2039.
Getijgegevens bekijken voor een specifieke tijd
1. Terwijl in de maan/getij-gegevensfunctie het maangegevensscherm
getoond wordt, gebruik D (+) en B (-) om de datum te tonen waarvoor u
de getijgegevens wilt bekijken.
2. Druk op A om naar het getijgegevensscherm te gaan.
• Het initiële scherm toont de getijgrafiek voor 6 uur ’s ochtends.
3. Specificeer de tijd waarvoor u de getijgegevens wilt bekijken.
• Gebruik D (+) en B (-) om de tijd in stappen van 1 uur te wijzigen.
TIMER
• Alle bedieningen in deze sectie worden uitgevoerd in de timerfunctie, die
u selecteert door op C te drukken.
1. In de tijdfunctie, houd A ingedrukt totdat de
secondecijfers beginnen te knipperen, wat aangeeft
dat het instelscherm geselecteerd is.
De richtingfunctie maakt het mogelijk dat u
richtingschattingen kunt maken met gebruikmaking van
een getoonde hoekwaarde die de hoek naar de zon
(zonne-azimut) aangeeft.
1. In de richtingfunctie, houd A ingedrukt totdat N of S
op het display begint te knipperen, wat aangeeft dat
het instelscherm geselecteerd is.
Maan/getij gegevens maken het mogelijk dat u
de maanstatus en maanfase voor een specifieke
datum, evenals getijbewegingen voor een
specifieke datum en tijd voor de woonplaats
kunt bekijken.
De timer kan worden ingesteld binnen een bereik
van 1 tot en met 60 minuten. Een alarm klinkt als
de timer 0 bereikt. De timer heeft twee functies:
automatische herhaling en verstreken tijd, en een
voortgangssignaal geeft de voortgang van de
aftelling aan. Derhalve is de timer bijvoorbeeld
waardevol om een bootrace
t
e meten.






