User manual

2858/2859/2860/2861-3
U kunt ook van het laatste-signaal-scherm of het ERR-scherm naar de
tijdfunctie gaan door op D te drukken.
Signaalontvangst probleemoplossing
Controleer de volgende punten als u problemen ondervindt met het
kalibratiesignaal-ontvangst.
Zie “Belangrijk!” bij “Tijdkalibratiesignaal-ontvangst”en “Radio-
gecontroleerde-tijdfunctie voorzorgsmaatregelen” voor meer info.
WERELDTIJD
Alle bedieningen in dit hoofdstuk worden uitgevoerd in de
wereldtijdfunctie, die u selecteert door op C te drukken.
De tijd in een andere stadscode bekijken
In de wereldtijdfunctie, druk op D om naar het oosten, of op A om naar
het westen, door de stadscodes (tijdzones) te bladeren.
Als voor een specifieke stad de huidige tijd niet correct is, controleer
dan de instellingen van de tijdfunctie-tijd en uw woonplaats en maak
de benodigde aanpassingen.
Bij een stadscodetijd tussen standaard- en zomertijd wisselen
2. Houd A ingedrukt om tussen zomertijd (DST-indicator getoond) en
standaardtijd (DST-indicator niet getoond) te wisselen.
De DST-indicator wordt op het display getoond als u een stadscode
toont waarvoor zomertijd is ingeschakeld.
Let erop dat de zomertijd/standaardtijd-instelling alleen de momenteel
getoonde stadscode betreft. Andere stadscodes worden niet aangepast.
Zomertijd zet de tijd een uur vooruit ten opzicht van de standaardtijd.
Onthoud dat niet alle landen of zelfs locale gebieden van zomertijd
gebruik maken.
Het horloge zal, zelfs in de wereldtijdfunctie, een signaalontvangst
uitvoeren als een kalibratietijd bereikt wordt. De wereldtijd zal dan
automatisch overeenkomstig de woonplaatstijd worden aangepast.
TIJDOPNAMEFUNCTIE
De tijdopnamefunctie maakt het mogelijk dat u tot en met 30 huidige-tijd-
gegevenssets (uur, minuten, seconden en zomertijd-aan/uit-instelling) met
een enkele knopbediening op kunt slaan. U kunt de tijdopnamefunctie
bijvoorbeeld gebruiken om de start- en eindtijd van een specifieke
gebeurtenis op te slaan.
Een tijd opslaan
1. Selecteer de tijdfunctie.
2. Houd B gedurende ongeveer een seconde ingedrukt om de
woonplaatstijd (maand, dag, uur, minuten, seconden en zomertijd-
aan/uit-instelling) op te slaan.
De opgenomen tijd knippert gedurende ongeveer twee seconden en
wordt dan toegekend aan een gegevenssetnummer. Daarna verschijnt
het tijdfunctiescherm.
Gegevenssetnummers worden oplopend toegekend van #01 t/m #30.
Als u een nieuwe gegevensset opslaat terwijl er al 30 gegevenssets in
het geheugen zijn opgeslagen, wordt automatisch gegevenssetnummer
#01 verwijderd, het nummer van de overige gegevenssets met 1
verlaagd en de nieuwe gegevensset als #30 opgeslagen.
Opnametijden oproepen
2. Gebruik B (+) en D (-) om door opgeslagen tijden te bladeren.
Alle tijdopnamen verwijderen
1. Selecteer de tijdopnamefunctie.
2. Houd A gedurende ongeveer twee seconden ingedrukt om alle
tijdopnamen te verwijderen.
De opgenomen datum en tijd worden vervangen door ‘streepjes’(-) als
er geen tijdopnamen meer in het geheugen aanwezig zijn.
ALARMEN
Er zijn vijf verschillende alarmen genummerd AL1 tot en met AL4, en
SNZ. U kunt SNZ uitsluitend als wekalarm instellen. Alarmen AL1
t/m AL4 kunnen uitsluitend als eenmalige alarmen worden gebruikt.
Alarminstellingen (en uursignaalinstellingen) zijn beschikbaar in de
alarmfunctie, die u selecteert door op C te drukken.
Een alarmtijd instellen
2. Nadat u een alarm heeft geselecteerd, houd A ingedrukt totdat de
uurcijfers van de alarmtijd beginnen te knipperen, wat aangeeft dat het
instelscherm geselecteerd is.
Door deze bediening wordt het alarm automatisch ingeschakeld.
3. Gebruik C om het knipperen te verplaatsen tussen de uur- en
minuteninstelling.
4. Als een instelling knippert, gebruik D (+) en B (-) om deze te wijzigen.
5. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
Als u de alarmtijd instelt met gebruikmaking van de 12-uur weergave,
let er dan op dat u de tijd juist als ochtendtijd (geen indicator) of
middag/avondtijd (P indicator) instelt.
Alarmbediening
Het alarm klinkt op de ingestelde tijd gedurende 10 seconden, ongeacht
de functie waarin het horloge zich bevindt. Bij een wekalarm klinkt het
alarm zeven keer, elke vijf minuten, totdat u het alarm uitschakelt.
De wereldtijd toont de huidige tijd in 30 steden (29
tijdzones) over de gehele wereld.
Voor volledige informatie over stadscodes, zie
de “Stadscodetabel”.
De huidige tijd voor alle stadscodes in de
wereldtijdfunctie wordt berekend in
overeenstemming met het specifieke tijdverschil
met Greenwich in Engeland, gebaseerd op de
ti
j
dinstellin
g
voor uw woon
p
laats.
1. In de wereldtijdfunctie, gebruik B en D om de
stadscode (tijdzone) te tonen waarvoor u de
instelling van de standaardtijd/zomertijd wilt
veranderen.
1. Selecteer de tijdopnamefunctie.
Als u, nadat u voor de laatste keer de
tijdopnamefunctie heeft geselecteerd, een
nieuwe tijdopname heeft opgeslagen,
wordt de laatste gegevensset eerst
getoond. Als u geen nieuwe tijd heeft
opgenomen, verschijnt eerst de
gegevensset die u bekeek toen u de laatste
keer de tijdopnamefunctie verliet.
De alarmfunctie geeft u de mogelijkheid te
kiezen uit vier eenmalige alarmen en een
wekalarm. Gebruik de alarmfunctie ook
om het uursignaal (SIG) in of uit te
schakelen.
1. In de alarmfunctie, gebruik D om het alarm te
selecteren waarvoor u de tijd wilt instellen.