User manual

2802-4
2. Houd B ingedrukt totdat het horloge een signaal geeft en CLR stopt te
knipperen op het display.
BASISGEGEVENS INVOEREN
Basisgegevens
De term “basisgegevens” verwijst naar informatie over uw huidige gewicht
en de instelling van uw caloriedoel.
Let erop dat u de basisgegevens vernieuwt als een ander persoon van het
horloge gebruik maakt.
Gewicht
U kunt kilogram (kg) of pond (lb) als gewichtseenheid instellen. Het bereik
en interval voor elke eenheid wordt hieronder vermeld.
Kilogram: 30 tot en met 150 kg in stappen van 1 kg.
Pond: 66 tot en met 330 lb in stappen van 2 lb.
Als uw gewicht minder dan het minimum van het hierboven vermelde
instelbereik is, gebruik dan de minimale instelling. Als uw gewicht
groter is dan het maximum, gebruik dan de maximale instelling.
Calorie-eenheid
U kunt kilocalorieën (kcal) of kilojoules (kJ) als calorie-eenheid selecteren.
Caloriedoel
U kunt een caloriedoelwaarde specificeren voor elke dag en elke week.
Nadat u een caloriedoel heeft ingesteld, geeft het horloge gedurende vijf
seconden een signaal als uw totaal aantal verbrande calorieën de
doelwaarde bereikt. De doelgrafiek op het display toont uw voortgang ten
opzichte van de doelwaarde. U kunt een caloriedoel instellen in de
hieronder vermelde bereiken.
Dagelijks caloriedoel
Kcal: 100 tot en met 2.000 kcal in stappen van 20 kcal
kJ: 400 tot en met 8.000 kJ in stappen van 100 KJ
Wekelijks caloriedoel
kcal: 100 tot en met 9.950 kcal in stappen van 50 kcal
kJ: 400 tot en met 40.000 kJ in stappen van 200 kJ
Voorzorgsmaatregelen instelling basisgegevens
Let erop dat u instellingen van basisgegevens niet kunt wijzigen als een
van de volgende condities zich voordoet.
Gewicht: terwijl een caloriemeting in voortgang is
Gewichtseenheid: elke keer als er caloriemeterfunctie-gegevens in het
geheugen zijn opgeslagen en het caloriemeterfunctiescherm niet op
allemaal nullen wordt ingesteld.
Calorie-eenheid: elke keer als er caloriemeterfunctie-gegevens in het
geheugen zijn opgeslagen en het caloriemeterfunctiescherm niet op
allemaal nullen wordt ingesteld.
Caloriedoel: na een meting in de caloriemeterfunctie
Als u het wekelijkse caloriedoel gedurende een week wijzigt, wordt de
wekelijkse calorie-aftelling en de doelgrafiek opnieuw op 0 ingesteld. De
normale wekelijkse caloriemeting zal opnieuw starten beginnend vanaf
de eerste maandag volgend op de dag dat u het wekelijkse caloriedoel
heeft gewijzigd.
Als u de gewichtseenheid of de calorie-eenheid wijzigt, zal de
gewichtsinstelling of het dagelijkse en wekelijkse caloriedoel naar de
hieronder vermelde waarden wijzigen.
Gewicht: 50 kg of 110 lb
Dagelijks caloriedoel: 200 kcal of 800 KJ
Wekelijks caloriedoel: 1.000 kcal of 4.000 kJ
Let erop dat de basisgegevens-invoerfunctie vier schermen bevat. Als u
basisgegevens invoert, toon dan eerst het scherm voor de instelling die u
wilt wijzigen. Voor gedetailleerde informatie, zie “Huidige
basisgegevens instellingen bekijken”.
Huidige basisgegevens instellingen bekijken
In de basisgegevens-invoerfunctie, gebruik D en E om het scherm te tonen
voor de basisgegevens instelling die u wilt bekijken (zie illustratie
hieronder).
Als u op D drukt om van het caloriedoelscherm naar het gewichts-
eenheid-scherm of calorie-eenheid-scherm te gaan, verschijnt DATA
onderaan het display gedurende ongeveer een seconde. DATA verschijnt
niet als u op E drukt om tussen het gewichtseeinheid-scherm en het
calorie-eenheid-scherm te wisselen.
De calorie-eenheid specificeren
1. In de basisgegevens-invoerfunctie, gebruik D en E om het calorie-
eenheid-scherm te tonen.
2. Houd B ingedrukt totdat de calorie-eenheid-instelling (kcal of kJ) begint
te knipperen, wat aangeeft dat het instelscherm geselecteerd is.
Als de calorie-eenheid-instelling niet knippert als u B ingedrukt houdt,
voer dan de volgende twee bedieningen uit en vervolgens nogmaals de
gehele procedure vanaf het begin.
Ga naar de caloriemeterfunctie en verander de meting in allemaal nullen.
Ga naar de oproepfunctie en verwijder alle gegevenssets.
3. Druk op E om de calorie-eenheid tussen kilocalorieën (kcal) en
kilojoules (kJ) te wisselen.
4. Druk op B om het instelscherm te verlaten.
Uw gewicht specificeren
3. Druk op C om het knipperen tussen de instelling van het gewicht en de
gewichtseenheid te verplaatsen.
Als de gewichtsinstelling niet knippert als u op C drukt, voer dan de
volgende drie bedieningen uit en vervolgens de gehele procedure
opnieuw vanaf het begin.
Druk op B om het instelscherm te verlaten
Ga naar de caloriemeterfunctie en verander de meting in allemaal
nullen.
Ga naar de oproepfunctie en verwijder alle gegevenssets.
Als u de gewichtseenheid verandert, wordt het gewicht automatisch
op de fabriekswaarde gezet. Derhalve dient u de gewenste gewichts-
eenheid altijd te specificeren voordat u een gewichtswaarde invoert.
4. Specificeer de gewichtseenheid en uw gewicht.
Terwijl de instelling van de gewichtseenheid geselecteerd is, druk op
E om tussen kilogram (kg) en pond (lb) te wisselen.
Terwijl de instelling van het gewicht geselecteerd is, gebruik E (+) en
A (-) om deze te wijzigen.
5. Druk op B om het instelscherm te verlaten.
De dagelijkse en wekelijkse caloriedoelen instellen
1. In de basisgegevens-invoerfunctie, gebruik D
en E om het gewichtsscherm te tonen.
2. Houd B ingedrukt totdat de
gewichtsinstelling begint te knipperen, wat
aangeeft dat het instelscherm geselecteerd is.
Als de gewichtsinstelling niet begint te
knipperen als u B ingedrukt houdt, ga dan
naar de caloriemeterfunctie en stop de
voortschri
j
dende caloriemetin
g
.
1. In de basisgegevens-invoerfunctie, gebruik D en
E om het dagelijkse caloriedoel of het
wekelijkse caloriedoel-scherm te tonen.
2. Houd B ingedrukt totdat de caloriedoel-
instelling begint te knipperen, wat aangeeft dat
het instelscherm geselecteerd is.
Let erop dat voordat u de caloriemeterfunctie
kunt gebruiken om caloriemetingen uit te
voeren, u uw basisgegevens dient in te voeren.
Alle bedieningen in deze sectie worden
uitgevoerd in de basisgegevens-
invoerfunctie, die u selecteert door op C te
drukken.