User manual
2634-3
• Zie “Stopwatch” voor meer gedetailleerde informatie over het gebruik
van de stopwatchfunctie en ronde- en tussentijdbedieningen.
Het horloge instellen voor triatlon-meting
U kunt de doelfunctie gebruiken om doel-tussentijden in te stellen en
etappe-indicatoren te tonen tijdens elke etappe. Het horloge instellen voor
het meten van een triatlon bestaat uit de volgende drie stappen.
1. Doel-tussentijden instellen
2. Etappe-indicatoren instellen
3. De gewenste doel-tussentijden inschakelen
Doel-tussentijden en etappe-indicatoren
U kunt vijf doel-ronde/tussentijden instellen (01 t/m 05) en etappe-
indicatoren specificeren (zwemmen, fietsen, lopen) die op tijdens het
meten van elke etappe op het display van het stopwatchfunctiescherm
getoond worden. Het volgende overzicht toont voorbeelden van twee
mogelijke instellingen die u kunt gebruiken.
Voorbeeld 1: Zwemmen: 20 minuten, Fietsen: 3 uur, Lopen: 2 uur
Voorbeeld 2: Zwemmen: 20 minuten, Overgang: 5 minuten, Fietsen: 3 uur,
Overgang: 5 minuten, Lopen: 2 uur
Doel-tussentijden instellen
2. Nadat u een doel-tussentijd geselecteerd heeft, houd B ingedrukt totdat
de uurcijfers van de doel-tussentijd beginnen te knipperen, wat aangeeft
dat het instelscherm geselecteerd is.
• Als de uurinstelling niet begint te knipperen als u B ingedrukt houdt,
betekent dit waarschijnlijk dat de verstreken-tijd-meting of auto-start-
aftelling van de stopwatchfunctie in voortgang is. Ga naar de
stopwatchfunctie en stop de bediening.
3. Druk op D om het knipperen tussen de instelling van het uur, de
minuten en de seconden te wisselen.
4. Terwijl een instelling knippert, wijzig deze met (+) en C (-).
• U kunt een doel-tussentijd instellen tot en met 99 uur, 59 minuten en
50 seconden in stappen van 10 seconden.
5. Druk op B om het instelscherm te verlaten.
Een etappe-indicator voor een tussentijd instellen
Een doel-tussentijd in- en uitschakelen
1. In de doelfunctie, gebruik E en C om door de doel-tussentijd-schermen
(01 t/m 05) te bladeren totdat de tussentijd die u wilt inschakelen
getoond wordt.
2. Druk op B om de huidig getoonde doel-tussentijd in (doel-tussentijd
getoond) of uit (-:-- -- getoond) te schakelen.
Meten tijdens een triatlon
In principe is het meten van een triatlon gelijk aan het meten van de
verstreken tijd en ronde/tussentijd in de stopwatchfunctie. Het enige
verschil is dat u voor het starten van de meting doel-tussentijden en etappe-
indicatoren heeft ingesteld.
Een triatlon meten
• Als u het horloge heeft ingesteld om etappe-indicatoren te tonen, zal
de etappe-indicator op het display knipperen. Het huidige
ronde/tussentijd-numer zal ook getoond worden.
4. Als u het einde van de eerste etappe bereikt, druk op C zodat het horloge
twee keer een signaal geeft.
• Hierdoor zal de eerste etappetijd (ronde/tussentijd-nummer 01) op het
middelste en onderste gedeelte van het display bevroren worden. De
tijden zullen tevens automatisch in het geheugen worden opgeslagen.
5. Na circa acht seconden zal het display automatisch terugkeren naar het
versteken-tijd-display, waarbij de tijd van de huidige etappe (ronde) op
het middelste gedeelte van het display getoond wordt en de totaal
verstreken tijd (tussentijd) op het onderste gedeelte.
6. Herhaal stap 4 voor elke etappe van de triatlon.
• Als u overgangsperiode-doelen heeft ingesteld (zoals getoond bij
voorbeeld 2), voer dan stap 4 uit als u de overgang tussen de etappes
afrondt.
7. Als u de laatste etappe van de triatlon afrondt, houd C gedurende
ongeveer twee seconden ingedrukt totdat het horloge twee korte
signalen geeft, gevolgd door een lang signaal.
• Hierdoor stopt de verstreken-tijd-meting.
8. Om de getoonde etappe(ronde)tijd en de totaal verstreken tijd op
allemaal nullen in te stellen, houd C gedurende twee seconden ingedrukt
totdat CLR op het display stopt te knipperen en het horloge een signaal
geeft.
Noot
• Als u een doel-tussentijd heeft ingesteld en ingeschakeld, zal het
horloge gedurende drie seconden een signaal geven als de in de
stopwatchfunctie gemeten tussentijd de doel-tussentijd bereikt. U kunt
ook het verschil tussen uw doel-tussentijd en uw werkelijke tussentijd
tonen.
• Als u op B drukt terwijl een verstreken-tijd-meting in voortgang is of
gestopt wordt, bladert het onderste gedeelte van het stopwatchfunctie-
display tussen de drie hieronder getoonde schermen.
• Alle Voor alle cijfers van het doel-tussentijd-verschil worden streepjes
(-) getoond als de doel-tussentijd is uitgeschakeld of als de huidige
tussentijd de ingestelde doel-tussentijd overschrijdt. Het doel-tussentijd-
verschil wordt getoond o.b.v. uur, minuten, seconden en 1/100
e
seconde
als deze minder dan 10 uur is. Als het verschil groter is dan 10 uur
worden alleen uur en minuten getoond.
• Etappe-indicatoren kunnen voor maximaal vijf tussentijden getoond
worden. Als u tijdens een verstreken-tijd-meting meer dan vijf
ronde/tussentijden meet, worden alle etappe-indicatoren worden
getoond.
1. In de doelfunctie, gebruik E en C om door de doel-
tussentijd-schermen te bladeren (01 t/m 05) totdat
de tussentijd die u wilt instellen getoond wordt.
1. In de doelfunctie, gebruik E en C om door de doel-
tussentijd-schermen (01 t/m 05) te bladeren totdat
de etappe-indicator die u wilt instellen getoond
wordt.
2. Druk op A als volgt door de instellingen van de
etappe-indicator te bladeren om de gewenste
instellin
g
te selecteren.
1. Gebruik de bediening bij “Het horloge
instellen voor triatlon-meting” om het
horloge voor triatlon-meting in te stellen.
2. Gebruik D om de stopwatchfunctie te
selecteren.
3. Als u de eerste etappe van een triatlon start
(normaliter de zwem-etappe), druk op A
om een verstreken-ti
j
d-metin
g
te starten.







