User manual

2397-4
Een alarmtijd instellen
• Het alarmnummer (AL1 tot en met AL5) is de indicatie voor een
alarmscherm. SIG verschijnt in plaats van het alarmnummer als het
uursignaalscherm getoond wordt.
2. Nadat u een alarm geselecteerd heeft, hou A ingedrukt totdat de
uurcijfers van de alarmtijd beginnen te knipperen, wat inhoudt dat het
instelscherm geselecteerd is.
• Door deze instelling wordt het alarm automatisch ingeschakeld.
3. Gebruik de onderstaande bedieningsknoppen om de alarmtijd in te
stellen.
Als u dit wilt doen: Voer dan de volgende
handelingen uit:
Verplaats het knipperen van de uurcijfers Druk op D.
naar de minutencijfers.
Verander de uur- of minutencijfers. Gebruik E (+) en B (-).
Verander de instelling van de alarmtijd Druk op C.
met stappen van 30 minuten.
Verander de instelling naar het Hou C gedurende ongeveer 2
dichtstbijzijnde uur (:00) of half uur (:30) seconden ingedrukt.
van de huidige tijd.
• Als u de alarmtijd instelt met gebruikmaking van het 12-uur formaat,
let er dan op dat u de tijd correct als a.m. (geen indicatie) of p.m. (P
indicatie) instelt.
4. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
Dagelijks alarm
Het alarm klinkt elke dag op de ingestelde tijd gedurende 20 seconden, of
totdat u het stopt door een willekeurige knop in te drukken.
• Let er op dat het alarm niet klinkt als de analoge wijzers verplaatsen
nadat u de tijd van uw woonplaats (tijdfunctie) heeft veranderd.
Het alarm testen
Terwijl u in de alarmfunctie bent, druk op E om het alarm te laten klinken.
Een alarm en het uursignaal in- en uitschakelen
1. In de alarmfunctie, druk op E om een alarm of het uursignaal te
selecteren.
2. Als het gewenste alarm of het uursignaal is geselecteerd, druk op A om
het aan of uit te zetten.
ALARM Indicatie dat het alarm is ingeschakeld.
SIGNAL Indicatie dat het uursignaal is ingeschakeld.
• De indicator dat het alarm (ALARM) of het uursignaal (SIGNAL) is
ingeschakeld, worden in alle functies op het display getoond als deze
functies zijn ingeschakeld.
• Als een willekeurig alarm is ingeschakeld, wordt de indicator dat het
alarm is ingeschakeld op het display getoond als u van functie verandert.
COUNTDOWN TIMER (AFTELFUNCTIE)
• De aftelfunctie selecteert u door op D te drukken.
Het instellen van de TIMER
Voer de volgende stappen uit om de timer in te stellen.
De timer instellen
2. Gebruik de hieronder beschreven bedieningsknoppen om de aftel starttijd
in te stellen.
Als u dit wilt doen: Voer deze knopoperatie uit:
Verplaats het knipperen van de uurcijfers Druk op D.
naar de minutencijfers.
Verander de uur- of minutencijfers. Gebruik E (+) en B (-).
Verander de instelling van de afteltijd met Druk op C.
stappen van 15 minuten.
Stel de aftel starttijd op 0:00 in. Hou C gedurende ongeveer 2
seconden ingedrukt.
• Om een 24-uur aftellin g uit te voeren, stel de starttijd op 0:00 in.
3. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
De aftelfunctie gebruiken
In de aftelfunctie, druk op E om de aftelling te starten.
• Als het einde van de aftelling bereikt is en automatische herhaling
uitgeschakeld is, klinkt het alarm gedurende 10 seconden of totdat u het
stopt door op een knop te drukken. De afteltijd wordt automatisch
opnieuw ingesteld op de startwaarde nadat het alarm stopt.
• Als de aftelling in voortgang is, kunt u deze pauzeren door op E te
drukken. Als u nogmaals op E drukt wordt de aftelling weer voortgezet.
• Om een aftelling volledig te stoppen, dient u deze eerst te pauzeren (door
op E te drukken) en vervolgens op A te drukken. Hierdoor keert de
afteltijd terug naar de startwaarde.
Automatische herhaling aan en uit zetten
• Als het einde van de aftelling bereikt is en automatische herhaling is
ingeschakeld, klinkt het alarm, maar start de aftelling automatisch
opnieuw als de aftelling 0 bereikt. U kunt de aftelling stoppen door op E
te drukken, en de aftel starttijd opnieuw kiezen door op A te drukken.
• Veelvuldig gebruik van de automatische herhaling en het alarm kan de
levensduur van de batterij verkorten.
STOPWATCH
• Alle operaties in deze sectie worden uitgevoerd in de
stopwatchfunctie, die u selecteert door op D te drukken.
• De meting van de stopwatch gaat door zelfs als u de
stopwatchfunctie verlaat.
• Als u de stopwatchfunctie verlaat terwijl een tussentijd bevroren
is op het display, wordt de tussentijd verwijderd en keert deze
terug naar de verstreken tijdmeting.
1.
In de alarmfunctie, druk op E om het alarm te
selecteren waarvan u de tijd wilt instellen.
De countdown timer kan worden ingesteld in
het bereik van 1 minuut tot en met 24 uur. Een
alarm klinkt als de aftelling 0 bereikt.
• U kunt ook automatische herhaling selecteren
waardoor de aftelling automatisch opnieuw
start vanaf de vooraf ingestelde tijd als 0 is
bereikt.
1.
In de timerfunctie, hou
A ingedrukt totdat de
uren van de aftel starttijd beginnen te
knipperen, wat inhoudt dat het instelscherm
is geselecteerd.
Als de aftel starttijd op het aftelfunctiescherm
getoond wordt, druk op C om automatische
herhaling aan of uit te zetten (als deze is
ingeschakeld wordt een symbool getoond).
De stopwatch maakt het mogelijk verstreken
tijd, tussen- en twee finishtijden te meten.
• Het bereik van de stopwatch is 23
uur, 59 minuten en 59,99 seconden.
• De stopwatch loopt door, opnieuw
startend vanaf 0, nadat deze zijn
limiet heeft bereikt, tenzij u de