User manual
2367-5
Een telememo gegevensset verwijderen
1. In de telememo functie, blader door de gegevens en toon de gewenste
gegevensset die u wilt verwijderen.
2. Hou A ingedrukt totdat de knipperende cursor op het display verschijnt.
3. Druk tegelijkertijd op B en D om de gegevensset te verwijderen.
• De boodschap CLR verschijnt op het display en vervolgens de cursor,
klaar voor invoer van gegevens.
4. Voer gegevens in of druk op A om terug te keren naar het telememo
gegevensscherm.
ALARMEN
• Alle bedieningen in deze sectie worden uitgevoerd in de alarmfunctie,
die u kunt selecteren door op C te drukken.
Een alarmtijd instellen
2. Hou A ingedrukt totdat de uurcijfers van het alarm beginnen te
knipperen, wat laat zien dat het instelscherm geselecteerd is.
• Door deze bediening wordt het alarm automatisch ingeschakeld.
3. Druk op C om het knipperen van de uurcijfers naar de minutencijfers en
omgekeerd te veranderen.
4. Als een instelling knippert, druk op D (+) en B (-) om deze te
veranderen.
• Als u de alarmtijd instelt met gebruikmaking van de 12-uur weergave,
let er dan op dat u de tijd correct als a.m. (geen indicatie) of p.m. (P
indicatie) instelt.
• Als u 24-uur weergave in de tijdfunctie geselecteerd heeft, wordt de
alarmtijd ook in 24-uur weergave getoond.
5. Druk op A om het instelscherm te verlaten.
Alarm bediening
• Als de ingestelde alarmtijd bereikt is, klinkt in alle functies een signaal
gedurende 10 seconden, of totdat u deze stopt door op een willekeurige
knop te drukken.
Het alarm testen
In de alarmfunctie, hou D ingedrukt om het alarm te laten klinken.
Een alarm en het uursignaal in- en uitschakelen
1. In de alarmfunctie, druk op D om een alarm of het uursignaal te
selecteren.
2. Als het gewenste alarm of het uursignaal is geselecteerd, druk op A om
deze in of uit te schakelen.
• De alarm aan indicatie ( ) en de uursignaal aan indicatie ( ) worden
op het display in alle functies getoond als deze functies zijn
ingeschakeld.
• Als een willekeurig alarm is ingeschakeld, wordt de alarm aan
indicatie in alle functies op het display getoond.
STOPWATCH
• De meetoperatie van de stopwatch gaat door zelfs als u de
stopwatchfunctie verlaat.
• Alle operaties in deze sectie worden uitgevoerd in de stopwatchfunctie,
die u selecteert door op C te drukken.
BATTERIJ
Dit horloge is uitgevoerd met een zonne-energie cel en een oplaadbare
batterij (secundaire batterij) die wordt opgeladen door de elektrische
energie die door de zonne-energie cel wordt geproduceerd.
Belangrijk!
• Door het horloge gedurende een lange periode in een gebied zonder licht
op te slaan of deze op zo’n wijze te dragen dat deze niet aan licht wordt
blootgesteld, kan de oplaadbare batterij in kracht afnemen. Wees er zeker
van dat het horloge zoveel mogelijk aan licht wordt blootgesteld.
• Dit horloge is uitgevoerd met een zonne-energie cel die licht omzet in
elektriciteit die een ingebouwde oplaadbare batterij oplaadt. Normaliter
dient deze oplaadbare batterij niet vervangen te worden, maar na
intensief gebruik gedurende enkele jaren kan het voorkomen dat de
oplaadbare batterij niet meer in staat is volledig opgeladen te worden.
Als u dit constateert, neemt u dan contact op met uw dealer of CASIO
distributeur om de oplaadbare batterij te laten vervangen.
• De oplaadbare batterij dient uitsluitend vervangen te worden door een
CASIO batterij type CTL1616. Andere oplaadbare batterijen kunnen
schade aanbrengen aan het horloge.
• Activeer de slaapfunctie van het horloge en plaats het op een plek waar
het wordt blootgesteld aan zonlicht als u deze gedurende een lange tijd
bewaart.
Batterijsterkte indicator
De batterijsterkte indicator op het display toont u wat de huidige status van
de sterkte van de oplaadbare batterij is.
• Bij niveau 4, zijn alle functies buiten gebruik. De functies zijn weer
mogelijk als de oplaadbare batterij is opgeladen, maar alles wat daarvoor
in het geheugen was opgeslagen is verdwenen. Derhalve dient u de
huidige tijd en de alarmen in te stellen en opnieuw de telememo
gegevenssets in te voeren nadat de oplaadbare batterij is opgeladen.
U kunt drie onafhankelijke dagelijkse alarmtijden
instellen. Als een alarm is ingeschakeld, klinkt het
alarmsignaal als de tijd bereikt is. U kunt ook een
uursignaal inschakelen waarna het horloge elk heel
uur twee keer een hoorbaar signaal geeft.
• Het alarm en het uursignaal werken in
overeenstemming met de huidige digitale tijd.
• Het alarmnummer (“AL1” tot en met “AL3”)
geeft een alarmscherm aan. “SIG” verschijnt in
plaats van het alarmnummer als het
uursignaalscherm getoond wordt.
1.
In de alarmfunctie, druk op D om het gewenste
alarm waarvan u de tijd wilt instellen te
selecteren.
De stopwatch maakt het mogelijk verstreken
tijd, stoptijden en twee finishtijden te meten.
• Het bereik van de stopwatch is 23 uur, 59
minuten en 59,99 seconden.
• De loopt door, opnieuw startend vanaf 0,
nadat deze zijn limiet heeft bereikt, tenzij u
de stopwatch stopt.







