Operation Manual

Voor het invoeren van een nieuwe bestemming drukt u in het navigatiescherm
op de toets ‘Ga naar’. De overige toetsen in het scherm ‘Ga naar’ kunnen
worden gebruikt om snel uw bestemming te kiezen. Meer informatie over
snelle bestemmingskeuze vindt u in sectie 3.5.
De Routeplanner functie vindt u in sectie 3.4.
Nadat u de knop ‘Kaart’ heeft ingedrukt volgt de functie ‘point to map’, met
deze functie kunt u een bestemming selecteren door deze op de kaart aan te
wijzen . U kunt de kaart met uw vinger over het scherm slepen en met de
plus en min knop in en uitzoomen. Vervolgens markeert u de bestemming met
de eind knop en klikt u op OK. De route wordt nu berekend en vervolgens
wordt het route overzicht scherm (3) getoond. Meer opties vindt u in sectie
3.6.) Klikt u in het volgende scherm nogmaals op ‘OK’ dan begint u met
navigeren.
3.2 Navigeren met de tekst functionaliteit
Navigatie> Ga naar > Tekst
Voor het invoeren van een nieuwe bestemming drukt u in het navigatiescherm
op de toets ‘Ga naar’. De overige toetsen in het scherm ‘Ga naar’ kunnen