Operation Manual
To move the selector through the list, use the up and down arrows. You can
also tap POI categories directly by placing the selector on your desired
destination and tapping the OK button.
TIP: De lijst met NP’s staat standaard in volgorde van afstand van de huidige
locatie. Door op de toets ‘Naam’ te drukken, worden de NP’s alfabetisch
gerangschikt en zal de toets ‘Naam’ veranderen in de toets ‘Afstand’. Door op
deze toets te drukken wordt de lijst met NP’s weer op afstand gerangschikt.
TIP: Druk op de toetsenbordtoets om de naam van de gewenste NP handmatig in
te voeren. Meer informatie over het gebruik van het toetsenbord vindt u in sectie
2.U keert terug naar de lijst van NP’s door op de toets ‘Lijst’ te drukken.
Nadat u de gewenste NP uit de lijst heeft gekozen drukt u op de toets ‘OK’,
waarna de route wordt berekend en u naar het veld ‘route controleren’ gaat.
3.6 Het scherm ‘route controleren’
[geselecteerde bestemming]
Iedere keer als u een bestemming kiest gaat u naar het scherm ‘route
controleren’. Met dit scherm kunt u de berekende route bekijken en eventueel
wijzigen.
Het scherm ‘route controleren’ bestaat uit:
• EEN kaart die de berekende route weergeeft;
• Een veld ‘route-informatie’ met daarin de verwachte tijd van aankomst
(ETA) en de afstand;
• Een veld ‘huidige bestemming’ met daarin uw huidige locatie (Van) en
bestemming (Naar);
• Een toets ‘Kijk . Druk op deze toets om de werkbalk ‘weergave kaart’ weer
te geven (AAN) of te verbergen (UIT);