Operation Manual
Carpigiani Labo XPL
15
DEEL 2. INSTALLATIE
2.1 VEREISTE RUIMTE VOOR HET GEBRUIK VAN DE MACHINE
De machine is alleen geschikt voor indoor gebruik.
De machine dient zodanig geplaatst te worden dat er aan alle zijden voldoende ruimte is voor
luchtcirculatie.
De machine moet vrij toegankelijk blijven zodat de operator zonder enige belemmering kan
handelen en in noodgevallen de werkplaats onmiddellijk kan verlaten.
Het is aan te raden om rondom de machine een ruimte van minimaal 150 cm vrij te laten voor de
toegang tot de machine, rekening houdend met de opening van de diverse panelen.
2.2 WATERAANSLUITING
De machine dient aangesloten te worden op het water waarvan de druk niet hoger is dan 0,8 MPa
(8 bar). Bij luchtgekoelde machines wordt de aansluiting van water onder de machine gemaakt.
Bij watergekoelde machines worden de aansluitingen onder op de achterkant geplaatst.
2.3 MACHINES MET LUCHTGEKOELDE CONDENSOR
Machines met een luchtgekoelde condensor dienen 50 cm vanaf de wand geplaatst te worden zodat
er voldoende luchtcirculatie rond de condensor is. Reinig de vloer onder en bij de machine
regelmatig om obstructie van luchtstroom te voorkomen. Daarnaast dient de machine maandelijks
gereinigd te worden om stof, papier en alle andere dingen die een juiste bediening voorkomen te
verwijderen.
2.4 MACHINES MET WATERGEKOELDE CONDENSOR
De machine dient te worden aangesloten op de waterleiding en afvoer. De waterdruk dient tussen
de 0,1 en de 0,8 MPa (1-8 bar) te zijn. De levering van het water moet tenminste gelijk zijn aan de
consumptie per uur. De water aanvoer dient aangesloten te worden op de „Water Inlet” en de
afvoer op de “Water Outlet”.
OPGELET
Machines met luchtgekoelde condensor moeten geplaatst worden op minimaal 50 cm
van de wanden om de lucht vrij te kunnen laten circuleren.
OPMERKING
Een slechte luchttoevoer belemmert de goede werking en de capaciteit van de
machine.