Operation Manual

77
Problemen oplossen
Onderwerp in het vastgelegde beeld is te donker.
Er is onvoldoende licht voor het
maken van een opname.
z
Stel de flitser in op (Aan) (Verkorte
gebruikershandleiding p. 8).
Er is een verschil in helderheid
tussen de achtergrond en het
onderwerp.
z
Stel de belichtingscompensatie in op een
positieve waarde (+) (p. 48).
z
Gebruik de spotmeting (p. 47).
Het onderwerp valt buiten het
bereik van de flitser.
z
Zorg ervoor dat u zich binnen de juiste
opnameafstand van het onderwerp bevindt bij
gebruik van de interne flitser (p. 97).
z
Verhoog de ISO-waarde voordat u de opname
maakt (p. 53).
Het onderwerp van de opname is te helder of het beeld
vertoont witte flitsen.
Het onderwerp is te dichtbij,
waardoor het flitslicht te fel is.
z
Zorg ervoor dat u zich binnen de juiste
opnameafstand van het onderwerp bevindt bij
gebruik van de interne flitser (p. 97).
Het onderwerp is te licht ten
opzichte van de achtergrond.
z
Stel de belichtingscompensatie in op een
negatieve waarde (-) (p. 48).
z
Gebruik de functie voor spotmeting (p. 47).
Licht valt rechtstreeks op het
onderwerp of weerspiegelt
daarin.
z
Wijzig de opnamehoek.
De flitser is ingeschakeld.
z
Stel de flitser in op (Flitser uit)
(Verkorte gebruikershandleiding p. 8).
Beeld bevat ruis.
De ISO-waarde is te hoog.
z
Hogere ISO-waarden zorgen voor meer ruis
in het beeld. Als u minder korrelige opnamen
wilt maken, gebruikt u een zo laag mogelijke
ISO-waarde (p. 53).
z
In de modi Auto, (Kleur Accent) en
(Kleur Wissel) van de modus en in de
modi (Night Snapshot), (Kinderen &
dieren) en (Binnen) van de modus
Speciale opnamen wordt de ISO-waarde
verhoogd en kan er ruis optreden.