Instructions
16
ACTIE:
Daarmee kan het volgende worden bepaald:
SET =inschakelen/activeren/congureren
RESET =uitschakelen/deactiveren/defaultinstellingen
TEST =testen/controleren/opvragen
FUNCTIE:
Hiermee wordt de functie geselecteerd die men wil veranderen of uitvoeren:
TEL = Telefoonboekinvoer aanmaken
NAME = naam van het apparaat
INCALL1 =conguratieINCALLfunctie(gratisschakelen)
PARAMETER:
Niet bij elke functie en actie zijn parameters nodig. Zo hebben de meeste “Reset”-acties geen parameter terwijl
“Set”-acties zonder parameter eerder zeldzaam zijn (wat wil men op welke waarde zetten). Een parameter kan het
volgende zijn:
Lijst: Uit een voorgegeven lijst kan de klant een parameter selecteren, vb.: DE, EN
Schrijfwijze:<DE/EN>
Getal: Een geheel getal zonder cijfer na de komma, vb.: 60 = tijd [minuten] (SET IDLEALARM 60 #1513)
Voorbeelden: (op voorwaarde dat de PIN van het apparaat 1513 is)
SET G3 INCALL1 #1513 Groep 3 kan OUT1 schakelen (=INCALL1)
SET OUT1 #1513 schakelt het OUT1-relais in.
Opmerking m.b.t. het RESET-bevel:
Als een functie moet worden uitgeschakeld of omwille van een fout worden teruggezet, moet de overeenkomstige
RESET-actiemethetovereenkomstigefunctiewoordwordengebruikt!Dezeactieisvoordemeestefuncties/SMS-
bevelen bruikbaar en herstelt de standaardwaarde van de overeenkomstige functie.
Voorbeeld:
RESET OUT2 #1513 Het OUT2-relais wordt uitgeschakeld.
Verdere opmerkingen:
• U kunt willekeurig hoofd- of kleine letters gebruiken (er wordt geen onderscheid gemaakt).
• Elk nieuw bevel van dezelfde functie (2de woord) overschrijft alle eerdere instellingen.
• Na elk SMS-bevel zendt het apparaat een SMS-antwoord ter bevestiging van de programmering terug (wanneer de
PIN bij het SMS-bevel correct was en de oproepnummerdoorschakeling is ingeschakeld).










