Instructions

De Arduino microcontroller
Pagina 13
Rekenen
Rekenkundige bewerkingen zijn bijvoorbeeld optellen, aftrekken, vermenigvuldigen
en delen. Het is altijd een resultaat van twee getallen (operands). Voorbeelden:
y = y + 3;
x = x - 7;
i = j * 6;
r = r / 5;
De berekening wordt uitgevoerd afhankelijk van het gekozen datatype. Als er
gekozen is voor een integer dan zal het resultaat 9 / 4 = 2 zijn in plaats van 2.25. Pas
ook op bij rekekundige bewerkingen dat er een “overflow” error kan komen bij te
grote getallen. Een byte kan tot maximaal 255, zodat een variabele die
gedeclareerd is als een byte de optelling 250 + 23 niet kan onthouden.
Zijn de getallen die je gaat bewerken van twee verschillende types, dan wordt het
grootste type gebruikt voor de berekening. Bijvoorbeeld ans één van de getallen
een integer is en het andere getal een float dan zal de uitkomst een getal zijn van
het type float.
Kies dus altijd een type variabele die groot genoeg is voor de gewenste berekening.
Zorg dat je weet wat er gebeurt als de gebruikte variabele door een optelling ineens
van positief veranderd in negatief. Weet je het niet zeker lees dan een paar
pagina’s terug hoe je getallen moet declareren. Let echter wel op dat float
variabelen veel geheugen in beslag nemen en ook de microcontroller zwaarder
belasten (lees: langzamer werken).
Samengestelde opdrachten
Samengestelde opdrachten voor simpele wiskundige berekeningen kent de Arduino
ook. Ze worden veel gebruikt in loops en worden later nog beschreven in deze
manual. De meest voorkomende samengestelde opdrachten zijn:
x ++ // is hetzelfde als x = x + 1, of verhoog x met +1
x -- // is hetzelfde als as x = x - 1, of verlaag x met -1
x += y // is hetzelfde als as x = x + y, of verhoog x met +y
x -= y // is hetzelfde als x = x - y, or of verlaag x met -y
x *= y // is hetzelfde als x = x * y, of vermenigvuldig x met y
x /= y // is hetzelfde als x = x / y, of deel x met y