Operation Manual
16 Premio/Averso - 14/15 - Ausgabe 09/14 - 2476465 - BUE-0012-12NL
Veiligheid
2
2.7 Elektrische installatie
2.8 Waterinstallatie
X Alleen vaklieden aan de elektrische installatie laten werken.
X Voordat er werkzaamheden worden uitgevoerd aan de elektrische
installatie, alle apparaten en lichten uitschakelen, de accu afklemmen en
het voertuig van het net scheiden.
X Alleen originele zekeringen met juiste waarden gebruiken.
X Defecte zekeringen alleen vervangen, als de foutoorzaak bekend en
verholpen is.
X Zekeringen nooit overbruggen of repareren.
X Staand water in de watertank of in waterleidingen wordt na korte tijd ond-
rinkbaar. Daarom voor ieder gebruik van het voertuig de waterleidingen
en de watertank grondig reinigen. Na ieder gebruik van het voertuig de
watertank en alle waterleidingen volledig leegmaken.
X Bij stilstand van meer dan één week de waterinstallatie vóór het gebruik
van het voertuig ontsmetten (zie hoofdstuk 11).
Z Als het voertuig gedurende meerdere dagen niet wordt gebruikt of bij vorst-
gevaar niet wordt verwarmd, de totale waterinstallatie leegmaken. Zorg
ervoor dat de 12-V-voorziening op het paneel is uitgeschakeld. De water-
pomp loopt anders warm en kan beschadigd worden. De waterkranen in de
middelste stand geopend laten. Het veiligheids-/aftapventiel (indien aan-
wezig) en alle aftapkranen geopend laten. Zo kunnen vorstschade aan de
inbouwapparatuur, vorstschade aan het voertuig en afzettingen in water-
voerende componenten worden vermeden.